Een horle pauze lassen de zilingen van de U.Z.E.C. De heer halo Gemini, voorzitter der Unie. in ge sprek met de Nederlandse gedelegeerden de heren M. P. M. Vermin. Voorziller. en G. Bos man. Direcfeur van de Nederlandse Bioscoop-Bond. Men zou de rol, welke het kwaad in het leven van de mens speelt, althans in zijn ernstigste conflicten, zeker niet kunnen begrijpen, als men de ogen zou sluiten voor de dwalingen, welke vaak aan deze conflicten ten grond slag liggen. Maar het kwaad te erkennen en bij godsdienst en filo sofie naar een verklaring en geneesmiddel daartegen te vragen is iets heel anders dan het tot voorwerp van ont spanning en van een schouwspel te maken. Kan de ideale film een dergelijke stof tot onderwerp kiezen? De grootste dichters en schrijvers van alle tijden en alle volkeren hebben zich met deze moeilijke vraag bezig gehouden en zullen het ook in de toekomst doen. Een negatief antwoord op deze vraag wordt als vanzelf gegeven, wanneer het kwaad om zijns zelfs wil wordt voorgesteld, ten minste als het kwaad blijkbaar gerecht vaardigd wordt, als het in een opwindende, arglistige en verderfelijke vorm geschilderd wordt, als het aan toe schouwers vertoond wordt, die niet in staat zijn het te weerstaan. Als dergelijke voorbehouden echter niet aanwezig zijn, indien het conflict met het kwaad, en zelfs zijn tijdelijke overwinning, bijdraagt tot een dieper begrip van het leven en tot beheersing van het gedrag of dient ter verheldering en versteviging van oordeel en handeling, dan kan een dusdanige stof gekozen worden als onderdeel van de ge hele filmhandeling. Men kan op de film dan hetzelfde beginsel toepassen, dat ten grondslag ligt aan alle vormen van kunst, zoals roman, drama, treurspel en ieder literair werk. Ook de heilige boeken van het Oude en het Nieuwe Testament, getrouwe spiegel van het werkelijke leven, bevatten bladzijden waarop de invloed van het kwaad wordt beschreven op het individu, van geslachten en vol keren. Laat de ideale film dus ook het kwaad voorstellen, ook zonde en zondeval; maar dit geschiede met ernstige be doelingen en in passende vormen, opdat de film er toe bijdrage de kennis van het leven van de mens te verdiepen en zijn geest te verbeteren en te verheffen... Met betrekking tot de verhouding van de film ten op zichte van de gemeenschap merkte de Paus op, dat zij iets waardevols, zelfs zeer waardevols kan bieden aan gezin, staat en kerk. Het valt te betreuren, dat zekere films de instelling van het gezin met ironie en scepticisme behandelen door zekere ontbindende aspecten in het gezin te beklemtonen en vooral de waardigheid van echtgenoten en ouders te ondermijnen. Maar welk ander goed zou de schepselen op aarde blijven, indien het gezin, zoals dit door de Schepper is gewild, zou worden verwoest? Het is daarom voor de film een zware doch verheffende taak om de men sen achting en vertrouwen in het gezin in te boezemen. De film, die dagelijks een zo grote belangstelling voor dit onderwerp heeft, zou deze taak kunnen vervullen door een natuurlijk en edel begrip van het gezin te verbreiden, door het geluk der echtelieden, ouders en kinderen te be schrijven. Een speelfilm, welke dit alles op interessante en leven dige wijze zou weten te vertolken en wel in een kunst zinnig volmaakte vorm, zou, van het standpunt van de gemeenschap uit gezien, een ideale film zijn in de volle betekenis van het woord. Ten aanzien van de verhouding van de film tot de staat, wees de Paus er op, dat ook de staat in zijn kern een door God gewilde en gegeven instelling is. De men sen moeten dus het gezag van de staat erkennen, aanvaar den en eerbiedigen. Ook op dit gebied kan de film be langrijke diensten bewijzen, hoewel hier niet haar voor naamste taak ligt. Wat tenslotte de verhouding van de film tot de Kerk betreft verklaarde de Paus, dat, wil de film, vooral de speelfilm, aan het gestelde ideaal beantwoorden, zij niet alleen een volmaakte artistieke vorm dient te vinden, maar bovendien zodanig opgevat en verwerkelijkt moet worden dat zij bij de toeschouwers begrip en eerbied voor de Kerk te voorschijn roept. Tot zover de Pauselijke toespraak. Zij hier nog met grote erkentelijkheid vermeld, dat de Italiaanse organisatie de vertegenwoordigers uit het buitenland, waaronder ook de Bondsvoorzitter en de Bondsdirecteur, met buitengewone hartelijkheid heeft ontvangen en niets heeft nagelaten om het verblijf te Rome tot een aangenaam, boeiend, en leerzaam geheel te maken.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1955 | | pagina 6