Ledenvergadering Bedrijfsafdeling Filmverhuurders Afscheid van de Voorzitter, de heer J. Weening Verkiezing van een nieuwe afdelingsvoorzitter Nieuw lid van de Ledenraad In een drukbezette vergadering, die op 2 October j.1. in het Carlton Hotel te Amsterdam is gehouden, hebben de leden der Bedrijfsafdeling Filmverhuurders afscheid genomen van hun voorzitter, de heer J. Weening. Bij ontstentenis van de vice-voorzitter heeft het bestuurs lid, de heer H. S. Boekman, een grote rede gehouden. Hij citeerde Antonio's woorden uit De Koopman van Venetië: „Ik weet waarlijk niet waarom ik zo somber ben. Ik hoor, Gij zijt dat ook". Deze sombere stemming heeft zich mees ter gemaakt van alle Afdelingsleden, aldus de heer Boek man, nu zij van een zo eminente voorzitter afstand moeten doen. Anderzijds is er reden tot vreugde en voldoening, omdat juist onze voorzitter is uitverkoren om een groot bedrijf in het buitenland te gaan leiden. Iets van deze glorie straalt toch ook af op onze organisatie en ons be drijf. Wij mogen ons gelukkig prijzen, dat onze afdeling zo lange tijd heeft geprofiteerd van de vele gaven van verstand en hart, waaraan de heer Weening zijn grote promotie heeft te danken. De heer Weening, aldus ging de heer Boekman verder, heeft onze afdeling met waardigheid en kundigheid ge leid. Hoezeer ook het belang der leden individueel hem ter harte ging, kunnen zij getuigen, die zijn raad en bij stand nimmer tevergeefs hebben gevraagd als zij zich met hun moeilijkheden tot hem wendden. Zijn talrijke vrien den, waartoe zeker ook de gezamenlijke afdelingsleden gerekend moeten worden, zullen de heer Weening steeds als een welkome gast begroeten, telkens als hij weer een bezoek aan Amsterdam gaat brengen. Ten slotte vertolkte de heer Boekman de gevoelens van erkentelijkheid en dankbaarheid van de filmverhuurders voor het vele belangrijke werk, dat de heer Weening in zijn verschillende functies voor de organisatie in het alge meen en voor de Bedrijfsafdeling in het bijzonder heeft verricht. Hij wenst hem veel succes in zijn nieuwe positie. Hoe juist de heer Boekman de gevoelens der vergade ring jegens de scheidende voorzitter had weergegeven, bleek wel uit het daverend applaus, dat op zijn rede volgde. Kennelijk diep ontroerd sprak de heer Weening woor den van dank aan de Heer Boekman en aan de vergaderde leden. Hij liet er geen twijfel aan bestaan, dat het afscheid nemen van zijn vrienden, zijn werkkring en de goede stad Amsterdam hem terneerdrukte. Hij was echter van plan Nederland en Amsterdam nog vele malen te bezoeken en hij was er zeker van, zoals de heer Boekman ook reeds had gezegd, dat zijn vrienden en bedrij f sgenoten hem dan weer hartelijk zullen ontvangen. De heer Weening betuigde zijn erkentelijkheid voor het vertrouwen, dat de leden der Afdeling in hem geschonken hadden. Hij dankte de bestuursleden voor de sfeer van vriendschap, welke het werken in de verschillende Bonds colleges zo bijzonder prettig en vruchtdragend heeft ge maakt. En reeds nu wenste hij zijn opvolger wijsheid en kracht in de vervulling van zijn nieuwe taak. Bij het afscheidsdiner, dat het Bestuur der Bedrijfs afdeling Filmverhuurders op 2 October in het restaurant De Boerderij te Amsterdam de heer Weening aanbood, is hem door de Administrateur, de heer H. W. Hagenberg, namens de Bestuursleden als souvenir een bijzonder fraaie reiskoffer overhandigd. Hij greep deze gelegenheid aan onder andere om de heer Weening te kenschetsen als een voorzitter, wiens sterk ontwikkeld stijlgevoel aan de door hem geleide vergaderingen en aan de gehele bestuurs- arbeid niveau heeft gegeven. De heer Weening dankte met enige welgekozen woorden. In de ledenvergadering der Bedrijfsafdeling Filmver huurders van 2 October moest voorzien worden in de vacature in het bestuur, die was ontstaan door het aftre den van de heer Weening. Candidaat gesteld waren de heren E. Alter, H. P. H. Juten en C. S. Roem. Eerstge noemde trok zich als candidaat terug. Van de 33 geldige stemmen werden er op de heer Juten 19 en op de heer Roem 12 stemmen uitgebracht. Er waren twee blanco stemmen. De heer Juten was dus gekozen tot bestuurslid. Hierna werd overgegaan tot verkiezing van een nieuwe voorzitter, hetgeen ingevolge artikel 4 van het afdelings reglement uit de leden van het bestuur moet geschieden. Van de zeven bestuursleden verklaarden de heren H. S. Boekman, L. Groen en D. J. van Leen zich bereid een eventuele benoeming te aanvaarden. Bij de stemming werden uitgebracht 31 stemmen, waar van op de heer Boekman 18, op de heer Groen 7 en op de heer Van Leen 4 stemmen. Er waren twee stemmen blanco. De heer Boekman had dus de volstrekte meerder heid verworven en was hiermede tot Afdelingsvoorzitter gekozen. In een buitengewone vergadering, gehouden op 28 October j.1. in Hotel Krasnapolsky, heeft de Bedrijfsafde ling Filmverhuurders in de vacature, ontstaan door het aftreden van de heer D. Raphel, bij enkele candidaatstel- ling tot lid van de Ledenraad gekozen de heer S. Israël, directeur van R.K.O. Radio Films NV. te Amsterdam. Daarna werd uitvoerig van gedachten gewisseld over het voorstel van het Hoofdbestuur tot vaststelling van een nieuw Algemeen Bedrij f sreglement. De Bondsvoorzitter, de heer Joh. Miedema, die evenals de Bondsdirecteur, de heer J. G. J. Bosman deze vergadering bijwoonde, heeft hierbij in den brede uiteengezet, welke motieven het Hoofdbestuur lot het ontwerpen van deze reglements wijziging hebben bewogen. Ook de heer Bosman heeft het voorstel zowel in het algemeen als op onderdelen toe gelicht. De Afdelingsleden toonden een grote belangstelling voor het onderhavig voorstel en de beraadslagingen namen zoveel tijd in beslag, dat ten slotte wegens het vergevor derd uur de vergadering moest worden geschorst. In een volgende, binnenkort te houden ledenvergadering zal de Bedrijfsafdeling Filmverhuurders haar beraadslagingen over deze reglementswijziging voortzetten. 15

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1957 | | pagina 17