Ledenraadsvergadering zodat het gemiddeld per bioscoopbezoeker besteed bedrag zelfs een geringe verhoging aanwijst. Spreker spoorde de leden aan tot voortdurende waakzaamheid en tot bestude ring van de omstandigheden, waaronder zij hun zaken exploiteren, teneinde na te gaan op welke wijze de efficiency daarvan zou kunnen worden verhoogd. Vervolgens wees de Bondsvoorzitter op het grote belang van het aan de Ledenraad voorgelegde en inmiddels door dit College aanvaarde voorstel tol wijziging van het Algemeen Bedrijfsreglement. In grote lijnen komt deze wijziging hierop neer. dat het reglement wordt aangepast aan de eisen van de tijd. Ook de wijziging van het Be drijfsreglement ter zake van de Filmvertoning beoogt een dergelijke aanpassing aan veranderde omstandigheden, waardoor het bedrijf wat meer armslag krijgt. Met betrekking tot het instellen van het Bedrijfspen sioenfonds voor het Film- en Bioscoopbedrijf deelde spre ker mede, dat het Pensioenreglement de Sociaal-Econo mische Raad en de Verzekeringskamer reeds is gepasseerd. De Unie van erknemers in de Filmproductie- en Tele visiebedrijven is echter pas een groot aantal weken na de termijn, welke tot het indienen van bezwaren was gesteld, gekomen met bezwaren op het punt van de representatie in het Bestuur van de Stichting Bedrijfspensioenfonds, waardoor de inwerkingtreding van het Pensioenreglement, dat op de handtekening van de Minister wacht, vertraagd wordt. Spreker hoopte evenwel, dat het bericht omtrent de inwerkingtreding van het fonds de leden binnen niet al te lange tijd zou bereiken. Een hartelijk applaus vertolkte de instemming der ver gadering met deze rede. waarna de notulen der op 1 April van dit jaar gehouden jaarlijkse ledenvergadering op advies van de Notulencommissie, bestaande uit de heren L. W. R. Meyer te Amsterdam, G. Schepel te Delfzijl en G. Top te 's-Hertogenbosch, met algemene stemmen wer den goedgekeurd. Tot leden van de Commissie belast met het nazien van de notulen dezer buitengewone ledenverga dering werden benoemd de heren J. Nijland Jr. te Utrecht, P. Vink Sr. te Deurne en W. J. F. van Ewijk te Amster dam. ervolgens werd overeenkomstig artikel 12 der Statuten en Artikel 12 van het Algemeen Bondsreglement voorzien in de vacature, ontstaan door het tussentijdse aftreden van de heer J. \veening. Als enige candikaat voor deze vaca ture was gesteld de heer H. S. Boekman, directeur van de N.V. Filmtrust en directeur van de N.V. Filmproductie Maatschappij ..Amsterdam" te Amsterdam, die derhalve bij enkele candidaatstelling tot lid van hel Hoofdbestuur werd gekozen. De Bondsvoorzitter, de heer Joh. Miedema. wenste de heer Boekman geluk met diens verkiezing en achtte zich in dit geval ontslagen van de op iedere voor zitter ruslende plicht om een nieuw gekozen bestuurslid op zijn verantwoordelijke taak te wijzen. Immers de heer Boekman heeft in de organisatie tal van bestuursfuncties vervuld en heeft al eerder zitting gehad in het Hoofd bestuur, zodat hij over een ruime ervaring en kennis van zaken beschikken kan. Namens het Hoofdbestuur heette de Bondsvoorzitter de heer Boekman van harte welkom in dit College, welk welkom door een hartelijk applaus der vergadering werd onderstreept. De heer Boekman dankte de Bondsvoorzitter voor diens hartelijke woorden. Uit eigen ervaring weet spreker. welke moeilijke en verantwoordelijke taak het Hoofd bestuur te vervullen heeft. Deze taak zal spreker des te moeilijker vallen, omdat de Bedrijfsafdeling Filmverhuur ders kan bogen op een reeks van voorzitters, die hun functie op uitmuntende wijze hebben vervuld. Spreker dankte de leden en inzonderheid ook de leden-exploi- tanten voor het hem geschonken vertrouwen en ver zekerde, dat hij alle krachten zal inspannen zich dit ver trouwen waardig te betonen. Na de rondvraag, waaraan door de heer E. Alter te 's-Gravenhage en de heer L. van Wersch te Simpelveld werd deelgenomen, werd de vergadering door de Bonds voorzitter met een woord van dank gesloten. Op 19 November jl. is op het Bondsbureau een ver gadering van de Ledenraad gehouden, waaraan werd deel genomen door de heren Joh. Miedema. voorzitter; H. S. Boekman, Vice-Voorzitter; S. Barnstijn. J. van Bentum. C. J. Blad. L. van Dommelen. S. Israël. J. A. L. Kemps. P. Kijzer. L. W. R. Meyer. J. Nijland Jr.. J. E. F. de Nijs. J. L. Paerl, J. P. M. A. Smulders. C. van Willigen en H. S. Zondervan. leden; J. G. J. Bosman, secretaris. Afwezig waren wegens verblijf buitenslands de heer J. de ^ilde en wegens ziekte de heer H. P. H. Juten. De Voorzitter, de heer Joh. Miedema, heeft een spe ciaal woord van welkom gesproken tot de heer H. S. Boekman, die na zijn verkiezing tot lid van het Hoofd bestuur gekozen is tot Vice-Voorzitter van dat College en als zodanig ook Vice-Voorzitter van de Ledenraad is geworden. De Voorzitter heette ook de nieuwe leden, de heer S. Israël. P. Kijzer en H. Zondervan van harte welkom. Daarna heeft hij gewezen op de grote verant woordelijkheid, die de leden van de Ledenraad, zijnde het voornaamste wetgevend lichaam in de organisatie, dragen. De behandeling van het voorstel van het Hoofdbestuur tot vaststelling van een nieuw Algemeen Bedrijfsregle ment. waarop niet minder dan veertig amendementen waren ingediend, heeft uiteraard veel tijd gevorderd. Het is binnen de perken van dit verslag niet mogelijk al deze amendementen, die trouwens in de afdelingsvergaderingen grondig zijn behandeld, te releveren. Nadat sommige amendementen waren goedgekeurd, is het nieuwe regle ment ten slotte met algemene stemmen aanvaard. Op het voorstel van het Hoofdbestuur tot wijziging- van het Bedrijfsreglement ter zake van de Filmvertoning waren acht amendementen ingediend, waarvan er over eenkomstig het prae-advies van het Hoofdbestuur enige werden goedgekeurd. Het aldus geamendeerde voorstel werd met algemene stemmen aangenomen. De volledige tekst van het nieuwe Algemeen Bedrijfs reglement en van het gewijzigde Bedrijfsreglement ter zake van de Filmvertoning zal binnen enkele dagen aan de leden worden verzonden. Zij zullen de eerste exem plaren zijn van een nieuwe uitgave van de reglementen en besluiten van de Bond. In de vergadering van de Ledenraad is voorts behan deld het door de N.V. Lumina Film te Amsterdam in gesteld hoger beroep tegen de beslissing van het Hoofd bestuur, waarbij aan genoemde vennootschap op grond van artikel 15 der Statuten de straf van boete ten bedrage van 500.werd opgelegd. De Ledenraad achtte het beroep ongegrond en bevestigde de beslissing van hel Hoofdbestuur. I

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1957 | | pagina 6