Frankrijk
Groot-Brittannië
Internationale Festival Tan de
Korte Film
Cannes 1960
Een bijzonder jaar
Film belangstel! ing en
vermakelijkheidsbelasting 1950-1958
Van 22 tot 27 Februari a.s. worden te Oberhausen in
West-Duitsland de „Vle Westdeutsche Kurzfilmtage" ge
houden. Deze manifestatie is door de F.LA.P.F. officieel
als „Internationaal Festival van de Korte Film" erkend,
aangezien het reglement thans voldoet aan alle door ge
noemde organisatie voor de erkenning van festivals ge
stelde normen.
Het festival zal het middelpunt vormen van verschil
lende congressen onder meer van de Landsbond der Volks
hogescholen van Noordrijn-Westfalen, het Duitse Volks-
hogeschoolverbond en het Verbond der Filmclubs van
Noordrijn-Westfalen. Er wordt deelgenomen door films
uit Argentinië, Australië, België, Canada, Denemarken,
Finland, Frankrijk, Groot-Brittannië, Hongarije, India,
Israël, Japan, Joegoslavië, Nederland, Nieuw-Zeeland,
Polen, Roemenië, Spanje, Tsjechoslowakije, de Verenigde
Staten, de Unie van Sovjet Republieken en Zweden.
Uit de ingezonden films wordt door de keuzecommissie
een selectie gemaakt, zoals dit ook in vorige jaren is ge
schied, zodat een binnen- en buitenlandse deelneming
met in kunstzinnig opzicht boven de middelmaat liggende
korte films verzekerd is. De internationale jury zal onder
voorzitterschap van John Grierson vijf films bekronen,
welke met geldprijzen zullen worden beloond.
Dit jaar zal het Internationale Filmfestival van Cannes
voor de dertiende maal worden gehouden en wel van 4 tot
20 Mei a.s. Deze manifestaties, welke ten doel hebben om
in een geest van vriendschap en algemene samenwerking
de evolutie van de filmkunst te stimuleren en de weder
zijdse kennis van elkanders werk en de ontwikkeling van
de filmindustrie over de gehele wereld te bevorderen
staan thans niet alleen onder beschermheerschap van de
Minister van Buitenlandse Zaken maar ook onder de
nieuwe Minister van Culturele Zaken, André Malraux, die
aan dit festival grote waarde hecht.
Per land kunnen een lange en een korte of twee korte
films worden ingezonden, welke vervaardigd moeten zijn
in de twaalf voorafgaande maanden, mits deze in Europa
nog niet buiten het land van oorsprong uitgebracht of op
enige internationale filmcompetitie gepresenteerd zijn.
Er zijn twee internationale jury's, namelijk één voor
hoofdfilms en één voor korte films, die de volgende prij
zen kunnen uitreiken: de „Gouden Palm van het Inter
nationale Filmfestival 1960" voor de beste hoofdfilm; de
„Bijzondere Prijs van de Jury" voor een lange documen
taire of een andere film van uitzonderlijk karakter; de
prijs voor het beste oorspronkelijke scenario; de prijzen
voor de beste vrouwelijke en mannelijke vertolkingen;
twee prijzen voor nader te definiëren bijzondere prestaties.
De korte films worden bekroond met: de „Gouden Palm
van het Internationale Filmfestival 1960" voor de beste
korte film en nog twee prijzen voor nader vast te stellen
bijzondere prestaties. Voorts wordt een speciale oorkonde
uitgereikt voor de beste landelijke inzending.
Ongetwijfeld was het afgelopen jaar voor het Britse
filmwezen rijk aan gebeurtenissen, die van invloed zullen
zijn op zijn toekomstige ontwikkeling: Ultimo October
werd een nieuw ontwerp van wet ingediend tot wijziging
van de „Cinematograph Film Acts 1938 and 1948", welk
wetsontwerp op het ogenblik zijn laatste „reading" in het
Lagerhuis beleeft en onder meer betrekking heeft op ver
schillende steunmaatregelen, zoals een handhaving van
de screenquotering en het scheppen van de mogelijk
heid tot co-productie met andere landen, wat tot nu toe
niet mogelijk was. Op de tweede plaats kon de FIDO
(Film Industry Defence Organisation, een door exploi
tanten, verhuurders en producenten ingesteld lichaam,
dat tot taak heeft zich van de rechten van uitgerouleerde
films te verzekeren, teneinde haar ontijdige projectie door
middel van de televisie te voorkomen) haar eerste succes
sen boeken, maar moest ook haar eerste ernstige tegen
slagen incasseren. Het filmbezoek onderging een verdere
aanzienlijke terugloop, welke, al zullen de definitieve cij
fers pas over enige maanden bekend zijn, op een kleine
20 wordt geschat, terwijl het aantal televisietoestel
len nog steeds steeg en het verzadigingspunt nog niet
scheen te hebben bereikt. Maar als de belangrijkste ge
beurtenis werd toch gezien het feit, dat, hoewel de Mi
nister van Financiën bij de indiening van de begroting
op 1 April 1959 aanvankelijk met geen enkel woord van
enige verzachting van de discriminerende fiscale last van
het filmbedrijf melding had gemaakt, hij door het Lager
huis zo goed als het Hogerhuis werd gedwongen tot een
verdere aanzienlijke verlaging, welke voor een aantal
kleine exploitanten in de provincie een redding op het
laatste ogenblik betekende.
Maar hiermede hebben de onderscheiden takken van het
Britse filmwezen geen genoegen genomen. Sedert 1956
werken zij op dit punt samen in de A.I.T.C. (All Industry
Tax Committee), die grote successen heeft weten te be
reiken aanzienlijke verlagingen in 1957, 1958 en 1959
en de laatste maanden in haar campagne voor een totale
opheffing van de vermakelijkheidsbelasting een mogelijk
nog grotere activiteit ontplooid heeft dan ooit tevoren.
Jaar
Filmbezoek
Bruto-recettes
In millioenen
Totaal in
millioenen
1950
1951
1952
1953
1954
1955
1956
1957
1958
1.396
1.365
1.312
1.285
1.276
1.182
1.101
915
755
2.2
3.9
2.1
0.7
7.4
6.9
—16.9
—17.5
105.2
108.3
109.9
108.8
110.0
105.8
104.2
92.9
83.4
3.0
1.4
1.0
1.1
3.8
1.5
10.8
10.2
e a
35.0
34.4
34.7
34.4
32.6
31.6
32.5
29.9
18.7
Het bedrijf weet zich echter in zijn strijd voor de alge
hele opheffing van de vermakelijkheidsbelasting ge
steund zowel door vele leden van de regerings- en de
19
eS
es
O""
c
-O
CU C
so es
es es
aJ?
tu es
ej h
u o
<u o
P*
es
cS
-o
<u C
bc es
es es
C h-
oj es
o Sh
u o
V o
Ph
v bc
-* a <u
H en eS O
>U 1) l<