Een grotestads bioscoop en een theater in een kleine gemeente De exploitatievorm Consequenties Een beschouwing over de verbouwing van Cinema Palace te Groningen en het Fulco Theater te IJsselstein door Ir. H. van Vreeswijk De projectie Beide verbouwingen verschillen in opzet Vloerbedekking en lambrizering Toevalligerwijs trof het zo, dat in 1959 onder mijn directie twee bioscopen verbouwd werden, waarvan de één te Groningen een typisch representatief grotestads theater is, terwijl de andere exploitatie gevestigd is onder de rook van de stad Utrecht in de gemeente IJsselstein. Daar beide theaters vrijwel gelijktijdig gereed kwamen, leek het mij aardig ze ook gelijktijdig onder de aandacht van de lezers van „Film" te brengen. Ik zou willen wijzen op de typische verschillen in opzet en daarnaast iets willen zeggen over de kenmerken, die beide bioscopen toch als bioscoop ook weer gemeen hebben. De Cinema Palace, geëxploiteerd door de N.V. Theater maatschappij van de Nederlandsche Bioscoop Trust (N.B.T.), geeft een matinee en twee avondvoorstellingen, op zon- en feestdagen vier doorlopende voorstellingen. Het aarual plaatsen bedroeg voor de verbouwing 600 en is thans ruim 900. Het Fulco Theater is gehuurd van de K.A.B, door de Geco-Filmonderneming van de heer C. Geerts te Breda, die dit voor eigen rekening liet verbouwen en thans voor stellingen geeft van Vrijdag tot en met Maandagavond met een matinee op Zondag. De overige tijd is deze zaal beschikbaar voor andere doeleinden, waaronder toneel- en muziekuitvoeringen. Het aantal plaatsen be draagt 313, waarvan 57 op het balcon. De exploitatie te Groningen verlangt een ruime cassahal, ruime wachtruimte voor het publiek in verband met de dagelijks voorkomende doorlopende voorstellingen, voorts een scheiding tussen het publiek dat de zaal verlaat en het publiek dat de volgende voorstelling komt bijwonen. Bovendien dient van het exterieur een zekere aantrek kingskracht op het publiek uit te gaan: het theater moet in het stadsbeeld de aandacht trekken. 22 De geheel vernieuwde zaal met het toneel van het Fulco Thea ter ie IJsselstein. De exploitatie in IJsselstein vindt plaats in het oude gebouw Concordia, dat door zijn ligging geen enkele mo gelijkheid biedt door de uiterlijke verschijning het publiek aan te trekken. Het is evenwel de enige bioscoop ter plaatse en daarom dient de aantrekkingskracht gezocht te worden in de sfeer van het interieur en het comfort, dat daar de bezoekers geboden wordt, waarbij uiteraard tevens de qualiteit van het geboden programma van door slaggevende betekenis is. Natuurlijk geldt hetzelfde voor het interieur van het grotestads theater, maar in een geval als bij Cinema Palace, dat op het beste punt van de stad Groningen ge legen is, aan de Grote Markt, recht tegenover één van de drukste daarop uitmondende verkeersaders, die naar de uitbreidingen van de stad in het Noorden voeren, ligt het voor de hand om de gevel en de entree van het theater met bijzondere zorg af te stemmen op zijn functie om de aandacht van het publiek, zowel overdag als bij avond, te trekken. Het is duidelijk, dat de zaal in IJsselstein een toneel moest krijgen. Immers, naast de bioscoopexploitatie dient de zaal voor velerlei doeleinden, waarbij een toneel met accommodatie een eerste vereiste is. Het oude Concordia had reeds een soort toneelnis, maar deze was te laag en had te weinig opening naar de zaal. Bij de verbouwing is dus de hoogte vergroot en de toneel opening zo breed mogelijk gemaakt. Daarnaast zijn kleed kamers en toiletten aangebracht, terwijl het toneel van een voordelige verlichtingsinstallatie is voorzien. Ook in Cinema Palace is bij de verbouwing het toneel gehandhaafd. De zich onder dit toneel bevindende kleed kamers bleven bestaan en werden in het nieuwe gedeelte nog met een kamer uitgebreid. Zo biedt ook de Cinema Palace de gelegenheid iets op het toneel te brengen, wanneer de omstandigheden dit mochten verlangen, al wordt er op het ogenblik niet over gedacht. De projectie vindt in het Fulco Theater plaats op de wit afgepleisterde achterwand van het toneel. Op deze wand zijn de kaderlijsten bevestigd; de onder- en boven- begrenzing van het beeld zijn vast aangebracht, terwijl de zij begrenzingen zich kunnen verplaatsen, waarbij zij uit de cabine gecommandeerd worden. De luidsprekerinstal latie is onder het beeld geplaatst. De projectie in de Cinema Palace geschiedt op een voor de achterwand opgesteld enigszins gebogen scherm, waar bij variform-projectie mogelijk is met een maximale breedte van 12 m. en een maximale hoogte van 5,5 m. Achter dit scherm zijn de luidsprekers opgesteld, waarbij de hoornluidspreker gedeeltelijk in een nis in de achter wand kon worden opgenomen. Het ligt voor de hand, dat de verbouwing van Cinema Palace veel ingrijpender en kostbaarder was, dan de ver bouwing van Concordia tot Fulco Theater. De Cinema Palace werd namelijk, op de zijmuur langs de Gelkinge- straat en een gedeelte van het toneel na, geheel vernieuwd, terwijl het te IJsselstein in hoofdzaak een inwendige ver bouwing betrof. Evenzo ligt het voor de hand, dat een zo intensief te exploiteren theater als de Cinema Palace eerder een grote investering wettigt -temeer wanneer daar een plaatsenwinst van 50 mee bereikt wordt dan een moeilijk en zeer weinig intensieve exploitatie van een theater in een kleine plaats onder de rook van een grote stad, waarbij het aantal zitplaatsen slechts in ge ringe mate kon worden opgevoerd. Hoewel er bij beide verbouwingen naar gestreefd is om de bouwkosten zoveel mogelijk binnen de perken te houden, kon dus toch in Groningen kostbaarder materiaal worden verwerkt, dan te IJsselstein toelaatbaar mocht worden geacht. Met name is in Groningen veel ten koste gelegd aan de geheel in geanodiseerd aluminium uitge voerde voorgevel, met omlijsting van Italiaans marmer, aan de neon-installatie, aan de zich onder de luifel be vindende lichtwand waarop de films worden geannonceerd (met doorschijnende kleurige plastic-letters), en aan de met traventin en Italiaans marmer beklede cassahal, waarin zich aan de zijwanden de fotokasten bevinden. Als vloerbedekking is in beide theaters in hoofdzaak marmoleum toegepast, waarmede ook de trappen zijn bekleed. In de Cinema Palace zijn echter in de zaal en op het balcon de gangpaden, voorts de baignoire en de toe- gangstrap tot het balcon met moquette bekleed. De lambrizering bestaat in de Cinema Palace uit met Vinyde omplakte stroken hout, breed 6 cm., die op onder linge afstanden van 2 cm. voor de wand zijn aangebracht. De achtergelegen wand bestaat bij de zijwanden uit don kerblauw gekleurd heraklith, terwijl tegen de achterwand en de borstweringen rockwool is aangebracht, overspan nen met eveneens blauw gekleurd jute. Hierdoor is een voldoend groot absorberend oppervlak in de zaal aanwezig om de nagalm tot de juiste tijd terug te brengen, zonder dat dit opvalt. Voor het Vinyde zijn vier kleuren gebruikt, en wel anthraciet voor de achterwand en alle daaraan evenwijdig De cassahal van de Cinema Palace te Groningen. M ARCHITECT AAN HET WOORD

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1960 | | pagina 23