Zwitserland Dreigende oververzadiging Tan de Zwitserse bioscoopmarkt Gemeenschappelijke film- en televisiestudio in Ziirich? Festival te Loearno Pictures Association of America zal treden. Skouras ver klaarde, dat dit uittreden met grote spijt plaats vond, maar hij gaf er geen reden voor op. Wel legde hij er de nadruk op, dat het opzeggen van het lidmaatschap geen verband hield met de activiteiten van de Association, maar een uitvloeisel was van een verschil van mening binnen de organisatie. In Amerikaanse filmkringen wordt verondersteld, dat het uittreden van Fox verband houdt met de omstandig heid, dat er tussen de grote Amerikaanse filmproducenten diepgaande meningsverschillen zijn ontstaan ten gevolge van de fundamentele wijzigingen, die zich in de laatste jaren in de filmindustrie hebben voorgedaan. Ook acht men het waarschijnlijk, dat er geschillen van persoon lijke aard tussen leidinggevende figuren uit de filmwereld zijn ontstaan. Twentieth Century-Fox voelt zich ernstig benadeeld, doordat een aantal maatschappijen films in voorbereiding hebben, in productie hebben of reeds in distributie heb ben gebracht, over onderwerpen, die Fox ook wenst te verfilmen. Naar uit het verslag van de Zwitserse Bond van Bio scoopexploitanten voor het Duitse en Italiaanse deel van het land blijkt, is het aantal permanente bioscooptheaters opnieuw met twintig gestegen. Telde men in het Duitse en Italiaanse deel van Zwitserland op 1 Januari 1950 slechts 310 permanente bioscopen en reisbioscopen, tien jaar later wat dit aantal met 144 tot 454 gestegen. In het overige deel van Zwitserland zijn in 1959 vier bioscopen geopend, ïn 1950 waren daar 147 bioscoopbedrijven, op 1 Januari 1960 telde men er 185. In geheel Zwitserland steeg het aantal bioscopen in een tiental jaren dus met 182, namelijk van 457 tot 639. Bovendien is binnen afzienbare tijd nog de opening van een dertigtal nieuwe bioscooptheaters in het land te ver wachten. Daar het bioscoopbezoek sedert 1959 een vrij ernstige stagnatie vertoont en in een groot aantal steden een teruggang is opgetreden, is men in kringen van de Zwitserse Bond van Bioscoopexploitanten van mening, dat de bioscoopmarkt als verzadigd moet worden beschouwd. Het feit doet zich voor, dat ongeveer zeventig procent van de sedert 1950 geopende bedrijven toebehoren aan niet-leden van de Zwitserse Bioscoopbond. Men is dan ook van mening, dat de privaatrechtelijke ordening van de filmmarkt, zoals die in Zwitserland door de exploitan tenorganisatie is geregeld, in genen dele een voldoende bescherming tegen nieuwe concurrenten kan bieden. Ten gevolge van deze ontwikkeling is er in de kringen van het Zwitserse bioscoop- en filmbedrijf een sterke drang ontstaan om te komen tot een verscherping van de be staande vestigingsregeling. Om te voorkomen, dat het Zwitserse bioscooppark zal blijven groeien verlangt men meer bevoegdheden van overheidswege om tot een algehele afsluiting van het bedrijf te kunnen geraken. De Vereniging van Zwitserse Speelfilmproducenten, die onlangs is opgericht, heeft voorgesteld om in Ziirich een gemeenschappelijke film- en televisiestudio te bouwen. De vereniging is daarbij van de overweging uitgegaan, dat in een klein land noch de filmindustrie, noch de televisie in staat zullen zijn om de grote gebouwen te stichten, die voor een continue produktie nodig zijn. Samenwerking acht men noodzakelijk om de beide bedrijfstakken, die niet in staat zijn alleen een grote staf van medewerkers voortdurend emplooi te geven, voldoende mogelijkheden te geven om zich volledig te kunnen ontwikkelen. Het Zwitserse filmbedrijf ondergaat evenals dat in andere landen het geval is, de concurrentie van de tele visie, maar men is niettemin van mening, dat een strijd tussen beide bedrijfstakken een nutteloze verspilling van krachten zou betekenen en dat een of andere vorm van samenwerking veel aantrekkelijker is, omdat beiden daar van zullen kunnen profiteren. Door met de televisie samen te werken zou een ratio nele benutting van studioruimten mogelijk worden, het geen van grote betekenis is voor het bereiken van de rentabiliteit van een filmstudio in een klein land. Uit bedrij f stechnische en financiële overwegingen, zo menen de Zwitserse speelfilmproducenten, zou men zo spoedig mogelijk deze samenwerking tot stand moeten brengen. Het dertiende internationale filmfestival van Loearno vindt van 21 tot 31 Juli plaats. Zoals ook in voorgaande jaren het geval was, zullen twee jury's „Gouden" en „Zilveren Zegels" aan de beste speelfilms en korte films uitreiken. In het kader van dit filmfestival wordt onder beschermheerschap van de Unesco een congres over de problemen van de jeugdfilm gehouden. Aan de Mexi caanse film zal een tentoonstelling worden gewijd. Ook zal ruimschoots de aandacht vallen op het oeuvre van de Mexicaanse filmregisseur Luis Bunuel. Links: Zaterdagochtend, acht minuten voor vijf, al een queue voor het Van Swinden Theater. 20

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1960 | | pagina 20