De wereldpremière van de Surinamefilm van Her
man van der Horst, „Faja Lobbi", die op Donder
dag 23 Juni in het Métropole-Tuschinsky Theater te
's-Gravenhage heeft plaatsgevonden, is door de aanwezig
heid van Hare Majesteit de Koningin en talrijke hoog
waardigheidsbekleders een gebeurtenis geworden, waar
aan het Nederlandse film- en bioscoopbedrijf een bijzon
dere waarde mag toekennen. Immers, het is eens te meer
gebleken, dat ook ons land in staat is films te vervaar
digen van zodanig hoge artistieke en technische kwalitei
ten, dat de eerste vertoning daarvan mag worden be
schouwd als een gebeurtenis van nationale betekenis.
Verheugend is dit verschijnsel in de eerste plaats als
symptoom van de in technisch en artistiek opzicht steeds
toenemende waarde van de Nederlandse filmproductie, die
een sterke stimulans heeft gevonden in het door overheid
en bedrijfsleven gezamenlijk in het leven geroepen Pro-
duktiefonds voor de Nederlandse Film. Het is wel over
duidelijk gebleken, dat in een klein land als het onze een
goede voedingsbodem kan worden geschapen voor het
cultuurverschijnsel film, wanneer alle daarbij betrokkenen
tot een hechte vorm van samenwerking weten te komen.
Het voor onze verhoudingen grote aantal films, dat op
stapel staat en waarover grote verwachtingen bestaan,
onderstreept dit nog eens.
Maar ook voor de kunstenaar Herman van der Horst
en zijn collega's houdt de Koninklijke belangstelling voor
de wereldpremière van „Faja Lobbi" een waardevolle
erkenning in van het hoge peil, waarop zij hun arbeid
ten dienste van het filmleven van ons land verrichten.
Nederland telt op het ogenblik een aantal zeer capabele
filmers, die hun vak beheersen en bij herhaling tot
prestaties komen, die glansrijk een vergelijking met
het werk van vooraanstaande buitenlandse vakgenoten
kunnen doorstaan.
Tegen deze achtergrond nu krijgt het succes van de
Nederlandse manifestaties op het filmfestival te Berlijn,
die zich rond de vertoning van „Faja Lobbi" hebben af
gespeeld, een nieuw accent. De weloverwogen en oor
spronkelijke opzet van het public relations-werk rond de
vertoning van „Faja Lobbi" in Berlijn heeft in de inter
nationale filmwereld indruk gemaakt, hetgeen de good
will van ons land vooral als jeugdig filmland zon
der enige twijfel in sterke mate heeft vergroot. Ook de
weerslag daarvan op de openbare mening in ons land is
als men tenminste op de publiciteit in de dag- en
weekbladpers mag afgaan duidelijk merkbaar.
Tenslotte mogen wij ons allen gelukkig prijzen met de
glorievolle bekroning van het jongste werk van Van der
Horst met de Gouden Beer voor de beste documentaire,
de hoogste onderscheiding van het Berlijnse Filmfestival.
Tweemaal achtereenvolgens de erepalm weg te dragen uit
een wedkamp, waaraan heel de vrije filmwereld deel
neemt het vorige jaar werd immers „Prijs de Zee" in
Berlijn met goud bekroond is een zeldzame prestatie.
Het getuigt van onbetwist meesterschap van internationaal
formaat. Het succes hiervan straalt af op het Nederlandse
film- en bioscoopbedrijf, dat een intense belangstelling
voor de nationale ontwikkeling aan de dag legt.
De Koninklijke belangstelling voor de wereldpremière
van „Faja Lobbi" in 's-Gravenhage en de geslaagde mani
festaties rond de vertoning van deze film in Berlijn heb
ben waardevolle vruchten afgeworpen. In de eerste plaats
voor de zozeer gewenste groeiende waardering van de
film als cultuurverschijnsel in ons land. In de tweede
plaats voor de goodwill van het Nederlandse film- en bio
scoopbedrijf. Maar vooral ook om de verheugende en
waardevolle ervaringen, die ze hebben opgeleverd.
Bovenal vervult het ons met trots, dat de film zulk een
geslaagd vlagvertoon van ons land heeft mogelijk ge
maakt, een vlagvertoon, dat tot heel ver over onze gren
zen reikt.
Geslaagd vlagvertoon
