Images Fantastiques en Bioseope
Het verleden herleefde
'Een bijzondere vermelding werd verleend aan de film
„De Lage Landen" van George Sluizer, geproduceerd door
Shell Nederland N.V., voor de wijze, waarop dit werk de
levenswijze illustreert van het Nederlandse volk in zijn
strijd tegen de zee. Een bijzonder vermelding is eveneens
verleend aan de Duitse speelfilm „Am Galgen hangt die
Liebe" van Edwin Zbonek, geproduceerd door Rex Film.
wegens zijn artistieke en menselijke waarde. Ook de regis
seur Zbonek sprak woorden van dank.
De prijs voor het journaal werd toegekend aan de film
„State Opening of Parliament". geproduceerd door World
Wide Pictures. Deze film werd bekroond wegens de voor
treffelijke wijze, waarop in een journaalonderwerp een
beeld gegeven wordt van een eeuwenoude traditie. De
journaalprijs werd in ontvangst genomen door een ver
tegenwoordiger van de Britse ambassade in ons land.
In het filmprogramma was behalve voor de aangekon
digde films tevens ruimte opengelaten voor de vertoning
van de film, die de filmprijs van de Raad van Europa
had gewonnen, zodat men nog dezelfde avond gelegenheid
kreeg om van „La Parole est au Fleuve" kennis te nemen.
In het journaal, dat het programma opende, was een ver
zorgde reportage opgenomen van de aankomst van de
Zweedse actrice Bibi Andersson op Schiphol, welke repor
tage uitliep op een begroeting van de charmante actrice,
die ook na de vertoning van de hoofdfilm „Djavulens Öga"
(Het Oog van de Duivel) van Ingmar Bergman, waarin zij
een belangrijke rol speelde, een ovatie van het publiek in
ontvangst had te nemen. Tenslotte werd in het voorpro
gramma nog vertoond „Romance in Blauw" van N.V.
Multifilm, geregisseerd door P. Alsemgeest.
Na afloop van de openingsvoorstelling hield het ge
meentebestuur van Arnhem een receptie in restaurant
Royal, waar een opgewekt publiek nog geruime tijd bij
een was.
Een bijzondere attractie in de Internationale Film-
week vormden de vertoningen van oude filmdocumenten
in een getrouwe nabootsing van een reisbioscoop uit de
beginjaren van deze eeuw, die door het Nederlands Film
museum op de Jansplaats te Arnhem was opgeslagen.
Hier werd een stukje belangwekkende filmhistorie op een
zeer aantrekkelijke wijze tot leven gebracht en uit de grote
belangstelling, die voor de voorstellingen in de tent met
de illustere naam „Images Fantastiques en Bioscope" be
stond, mag men afleiden dat het filmminnende publiek
deze confrontatie met een betrekkelijk jong verleden ten
zeerste op prijs heeft gesteld.
De opening van de reisbioscoop, die 's maandagsoch-
tends om half twaalf geschiedde, was de eerste plechtig
heid in de Filmweek. Vele belangstellenden waren daar
voor naar de Jansplaats gekomen: leden van het Bestuur
van de Stichting Internationale Filmweek Arnhem 1961,
van het Hoofdbestuur van de Nederlandsche Bioscoop-
Bond, vertegenwoordigers van de overheid en van de pers
en vele figuren uit het film- en bioscoopbedrijf.
De opening werd verricht door de heer Joh. Miedema,
Voorzitter van de Nederlandsche Bioscoop-Bond, die met
enkele woorden door de Voorzitter van het Stichtingsbe
stuur, de heer A. J. Delorm, was ingeleid. De heer Mie
dema begroette het hooggeëerd publiek volkomen in stijl
en gaf aldus duidelijk blijk zijn ervaring, in vroeger jaren
opgedaan, nog niet te zijn vergeten.
„De directie van dit theater", aldus de heer Miedema,
„heeft kosten noch moeite gespaard om het grootste spek
takel, dat ooit is vertoond, op dit witte doek te brengen.
De beroemdste sterren ter wereld spelen voor u in een
serie fotografische momentopnemingen, die met een snel
heid van meer dan negenhonderd beeldjes per minuut op
het doek zullen worden gebracht. U zult dan ook versteld
staan van wat op dit doek wordt vertoond".
„De reizende bioscooptent", zo ging de Bondsvoorzitter
verder, „is verdwenen, maar het gezwollen laaltje. door
spekt met vele superlatieven, treft men ook nu nog wel
aan. De jongere generatie heeft deze sfeer nooit geproefd
en daarom is het een gelukkige gedachte van het Neder
lands Filmmuseum geweest om in Arnhem iets van deze
sfeer terug te brengen. Maar ook voor ouderen zullen de
filmvertoningen in de bioscooptent een grote attractie vor
men omdat ze herinneringen oproepen aan een tijd. waar
aan men met weemoed terugdenkt''.
De heer Miedema roemde de directeur van het Neder
lands Filmmuseum, de heer J. de Vaal, die door middel
van de „Images Fantastiques en Bioscope" een hommage
heeft willen brengen aan de bioscooppioniers, waarvan wij
er in ons land vele hebben gehad. Deze mensen hadden
het niet gemakkelijk; het film- en bioscoopbedrijf maakte
een snelle ontwikkeling door en in de grote steden ver
schenen al spoedig de vaste theaters. Maar ook de pro
blematiek van de exploitatie lag geheel andersmen kende
nog geen rijkskeuring, geen nakeuring, geen vermakelijk-
heidsbelasting en geen filmcritici en ook hadden de ex
ploitanten nog geen culturele aspiraties.
112