Europees unicum
Marmeren Lido- theater te Leiden:
landse Films, alsmede om gedurende
1970 uit het kapitaal van de Weer-
standskas bedragen tot een maximum
van 300.000,- totaal tijdelijk beschik
baar te stellen ten behoeve van film
producenten, die bijdragen ontvangen
van het Productiefonds voor Neder
landse Films.
De begroting van ontvangsten en uit
gaven voor 1970 werd overeenkomstig
het voorstel van het Hoofdbestuur
zonder hoofdelijke stemming goedge
keurd met de bepaling, dat een even
tueel batig saldo over 1970 wordt toe
gevoegd aan de algemene reserve
voor publiciteitskosten.
Het Hoofdbestuur werd voorts ge
machtigd de kosten van een met de
N.V. Algemene Transport en Expeditie
Onderneming Van Gend Loos af te
sluiten overeenkomst voor het vervoer
van filmmateriaal om te slaan over de
leden-bioscoopexploitanten en de le-
den-filmverhuurders.
Overeenkomstig het voorstel van het
Hoofdbestuur werd besloten in artikel
23 der Bondsvoorwaarden, luidende:
,,De verzending van al het in deze
voorwaarden bedoelde materiaal ge
schiedt zowel door de verhuurder als
door de huurder per spoor franco -
expresgoed - leveringstijd verzekerd,
tenzij uitdrukkelijk anders is overeen
gekomen" de woorden „per spoor
franco - expresgoed - leveringstijd
verzekerd" te vervangen door de
woorden „door middel van één of
meer door het Hoofdbestuur aan te
wijzen vervoerdiensten".
Bij enkele kandidaatstelling werden tot
leden van het Hoofdbestuur herbe
noemd de heren M. Gerschtanowitz te
Amsterdam, B. J. Schimmel te Naar
den en J. van Willigen te Zandvoort.
Eveneens werden herbenoemd de af
tredende leden van de Filmbeurs
Commissie de heren H. W. M. Janssen
te Delft en H. Timmer te Haarlem.
Een verbouwing, welke 31/2 jaar heeft
geduurd is op 3 juni gereedgekomen
en heeft Leiden een Europees unicum
opgeleverd: een geheel marmeren
bioscooptheater.
Het is het Lido Theater aan de Steen
straat 39, waarvan de directie na deze
3Y2 jaar besloot voor één keer de
voorstelling af te gelasten (om open
hof te houden voor relaties). Tijdens
de verbouwing is dit nimmer gebeurd!
Tweeënveertig maanden geleden gaf
de directie, de heren Louis en Leo van
Praag, aan het architectenbureau J. H.
Steenkist en Vedder uit Maassluis en
aan de aannemer Dick Halverhout op
dracht het uit de tijd van de „oriën
taalse stijl" daterende Lido te reno
veren op voorwaarde, dat de werk
zaamheden de exploitatie niet zouden
belemmeren. Er volgde een „voor
zichtige aanpak" van de entree, die
werd gevolgd door een geleidelijke
uitbouw van de vernieuwingswerk-
zaamheden, voornamelijk in de uren
tussen 's morgens 6 en 's middags 2
uur. Het publiek geraakte eraan ge
wend af en toe over een plankier te
moeten gaan en tien minuten voor de
film begon, nog ijlings te zien schuie
ren of een emmer specie te zien weg
halen. De vaste bezoekers hebben de
oude stijl langzaam zien veranderen
in een eigentijdse, waarbij gebruik is
gemaakt van naturel panga-panga-
hout uit Suriname, gekloofd marmer
uit Italië en stoffen uit Finland.
Het gehele resultaat staat er nu als
een symbool van het optimisme van
het Nederlandse film- en bioscoop
bedrijf en als een bewijs van vakman
schap van een architect en een thea
terman. Het geheim van de unieke in
richting van Lido schuilt in de goede
materiaalkeuze en het gebruik van
het licht.
Van de entree tot en met de nood
uitgang is voor alle muren gebruik ge
maakt van ruige, wit-marmeren strip
pen.
In de voorhal is het marmer solide
samengebouwd met brede glaspartijen
gevat in aluminium; daar heeft de
kassa een centrale plaats.
In de foyer accentueert het wit de uit
nodigende rode stoffering en con
trasteert met de hardhouten plafond-
betimmeringen en leuningen, waarin
de indirecte verlichting is weggewerkt.
Alleen de bar kreeg een andere, grij
zere tint marmer. Overal, verspreid
in zitjes, staan zwartleren clubs en
poefs.
De bioscoopzaal (546 stoelen) biedt,
vanaf het balkon gezien, een rijk pa
norama over door lichtval gevarieerd
weerkaatsende witte vlakken, waarin
de donkere koof van het projectie
doek is gevat. Deze sluit aan op het
nachtblauwe gewelfde plafond en
kreeg een eigen decoratieve functie
door inventieve betimmeringen ter af
sluiting van het voordoek.
De architect koos als voorhang een
Fins, linnen, handbedrukt doek met
vierkante rode motieven in blauw fond.
Het rood correspondeert met de kleur
van de stoelenbekleding.
De onderzijde van het balkon kreeg
een betimmering in hangende en
vloeiende golf lijn.
Dezelfde materialen (marmer en hout)
zij het dat voor de vloerbedekking
een rose-zwart gevlamde rubbertegel
werd gebruikt vindt men in de ser
viceruimten voor het publiek. Het
comfort is optimaal.
Opvallend is de toegang tot het bal
kon, waar men op de riante bovenhal
door een glazen wand de automati
sche cabine van het kleinere Studio
Theater in hetzelfde gebouw in bedrijf
kan zien. In het Lido Theater is bewust
uitgegaan van duurzame materialen,
waardoor ook in details oogstrelende
soliditeit is bereikt. Deze kwaliteit is
niet beperkt gebleven tot de publieke
ruimten, maar ook de kantoortjes en
de personeelsvertrekken delen erin.
Het verlangen naar finesse zowel
esthetisch als technisch blijkt voor
al uit de keuze van lichtbronnen, meu
bilair, sanitair en allerlei gerief als
b.v. de staande asbakken of de been-
ruimte voor de toeschouwer.
Na de officiële ingebruikneming van
Lido is het theater door een talrijk
professioneel publiek van theaterbou
wers en voorts door vertegenwoordi
gers van overheden, en belangstellen
de architecten bezocht. Zij kwamen
niet alleen uit Nederland. De heren
Van Praag hebben in alle moderne
talen lofprijzingen over Lido moeten
aanhoren.
Het valt te verwachten, dat de stijl
van Lido school zal maken in het
buitenland wat betreft de aankleding
van een bioscoop zoals Duikers Am
sterdamse Cineac nog steeds doet als
voorbeeld van bouwconceptie.
Een beter oordeel is niet te verlanaen
en de trots van Leiden straalt aldus
epn beetie over het aehele hedrüf. al
H11fft men bü 70'n onyet nauwelijks te
schrijven: „wie volgt?"..
Dwarsdoorsnede van Studio-Lido te Leiden.
11