Biobakentwegnaar
nieuwe expansie
Uitbreidingsplannen onthuld:
Tweemaal per jaar rinkelen collecte
bussen in de bioscopen. Er staat BIO
op en de bussen zijn Bio-actief, want
de opbrengsten stijgen. Vorig jaar
werd een absoluut recordbedrag in
uw theaters bijeengebracht.
En het is goed dat dit gebeurt, want
de Bio-activiteit ligt op terreinen, waar
op dit ogenblik wordt gerekend in mil
joenen. In het middelpunt staat het
revalidatiecentrum in Arnhem: Lang
zaam wijkt het Russenduin in Bergen
terug naar de horizon. Tussen beide
objecten bestaat niet alleen een archi
tectonische afstand, maar vooral een
van sociale ontwikkeling. Ook is er
een verrijking van de inzichten over
waar de prioriteiten liggen als wordt
gesproken van „waar mogelijk hulp
verlenen aan het minder bedeelde
kind". In het woord „bedeeld" ver
schuilen zich geen guldenstekens
meer, maar geluksfactoren die te ma
ken hebben met gezondheid. Een te
kort ervan is niet te koop. Dat is al
leen aan te vullen met efficiënte,
doelgerichte bewogenheid. Bio-Arn-
hem heeft Bio-Bergen overvleugeld.
In het afgelopen jaar zijn markante
dingen gebeurd in het bestaan van
De Stichting Bio Vacantieoord.
Een ervan was de benoeming van een
nieuwe geneesheer-directeur de heer
F. B. Venema.
Een ander was het zoeken naar moge
lijkheden om het besluit van het alge
meen bestuur, Russenduin in Bergen
af te stoten, te realiseren.
Een derde was het vormgeven aan
plannen, welke de Stichting na het
afstoten van Russenduin in staat zul
len stellen de zorg voor het gehandi
capte kind in het revalidatiecentrum
te Arnhem op nog betere wijze uit te
voeren.
Onder andere door uitbreiding aan de
verzorgingsgedachte te geven met
research ten algemene nutte. Bio's
tweeledige karakter leent zich daar
toe. Enerzijds is het een gesubsi
dieerd revalidatiecentrum, anderzijds
een landelijk researchcentrum voor
gehandicapte kinderen in algemene
zin. Research, die zich richt op het
onderzoeken van functiegebonden
problemen, die voortkomen uit het
eigenlijke werk op het centrum, zoals
paardrijden, film en adaptie waarvoor
Bio. gelden ter beschikking stelt. Voor
het onderzoeken van maatschappelijk
gebonden problemen (zoals b.v. de
sexuele problematiek bij gehandicap
ten) ziet Bio zich een taak gesteld
mee te helpen in de stimulering.
18
Keukenprinses in Bio-Arnhem.
Bio zelf probeert een eigen afgeba
kend pad te volgen naar uitvoerbare
oogmerken en vermijdt onder te gaan
in te veel onderwerpen en samen
werkingsverbanden welke snel on
overzichtelijk worden en minder goed
bestuurbaar.
In dit kader worden de plannen van
Bio gericht.
Van belang is, dat thans een harmoni
sche opbouw is gecreëerd van de top,
waarin de leiding bij directrice èn
directeur van het instituut berust, maar
gescheiden verantwoordelijkheden
worden gedragen voor respectieve
lijk de psycho-pedagogische en de
medische begeleiding, alsmede de
economische leiding, die berust bij de
stichtingsdirectie.
Deze harmonisering maakt de weg
vrij voor verdere ontwikkeling van de
externe contacten van het personeels
bestand, en van verreikende uitbrei
dingsplannen.
De huidige stand van zaken is uitvoe
rig samengevat in een uiteenzetting,
welke de voorzitter van het bestuur
van de stichting, de heer M. Gerschta-
nowitz, in de algemene bestuursver
gadering heeft gegeven. Hieruit is
gebleken, dat het dagelijks bestuur
buiten hetgeen reeds is geschied met
betrekking tot de personeelsbezetting
speciaal aan de top, door de bouw
van een tweetal paviljoens en de in
stelling van een film- en foto-afdeling,
een groot plan heeft ontwikkeld tot
afbouw en perfectionering van het
Bio Revalidatiecentrum.
Met dit plan heeft het bestuur zich
volledig akkoord verklaard.
Door dokter Venema zijn contacten
gelegd met enkele Arnhemse Zieken
huizen en met de Nijmeegse Univer
siteit. Deze contacten zijn voor Bio
uitermate belangrijk, niet alleen omdat
bepaalde vormen van samenwerking
leiden tot kwalitatieve verdieping van
vraagstukken, maar ook omdat op re
gionaal niveau Bio hierdoor op het
gebied van de revalidatie een duide
lijke inbreng kan hebben.
Het staat vast dat de medische staf,
die naast dokter Venema nu gevormd
wordt door dokter Kouters, uitbreiding
behoeft men ten minste nog een 2de
revalidatie-arts en met een part-time
kinderarts. Wervingspogingen hiervoor
worden ondernomen.
ARTSENOPLEIDING
Na aanstelling van een 2de revalidatie
arts zal de opleiding van revalidatie
artsen op het centrum ter hand wor
den genomen. De tijd hiervoor acht
het centrum nog te prematuur; ener
zijds omdat de huidige onderbezetting
dit nu nog niet toelaat, anderzijds om
dat gedacht wordt in een bepaald
samenwerkingsverband met een of
meerdere Arnhemse ziekenhuizen een
volledige opleiding, (waarbij ook vol
wassenen betrokken zijn), te kunnen
geven. Dit houdt in dat een arts in op
leiding niet voor één maar voor drie
jaar aan het centrum verbonden kan
zijn. Met uitzondering van de afdeling
fysiotherapie die, zoals overigens in
nagenoeg alle andere instituten, ook
bij Bio sterk onderbezet is, zijn de
overige afdelingen zowel kwalitatief
als kwantitatief redelijk op sterkte.
Voor het aantrekken van fysiothera
peuten worden alle mogelijkheden be
nut. Zelfs in het buitenland (Zwitser
land en België).
MAATSCHAPPELIJK WERK
Vermeldenswaard is dat in samen
werking met het ministerie van cul
tuur, recreatie en maatschappelijk
werk begonnen is met de opzet van
een aangepaste maatschappelijke
dienst, die zich bijzonder beijvert
voor vernieuwing, uitbouw en onder
zoek van het maatschappelijk werk
in het revalidatiecentrum en in de
contacten daarbuiten. Hiervoor zijn
twee maatschappelijk werkers aange
trokken van hoog niveau.
UITBREIDING
Uit het zojuist kort samengevat per
soneelsbestand op het centrum moge
blijken dat, met een enkele uitzonde
ring, in deze sector feitelijk alle moge
lijkheden aanwezig zijn. Minder bril
jant staat Bio ervoor wat betreft de
beschikbare ruimtes.
De nieuwe paviljoens die medio vorig