ze blijven hangen. Het terrein is zo
aangelegd, dat het middengedeelte
naar alle zijden iets afloopt. Het re
genwater kan daardoor via geulen
langs de rand van het terrein worden
afgevoerd. De toeschouwersruimte
achter de cabine met snackbar moet
zodanig opgehoogd zijn, dat de toe
schouwers in de zich daarachter be
vindende auto's eroverheen kunnen
kijken, tenzij men de ruimte in deze
omgeving niet benut, zoals tengevolge
van een technische fout in ons voor
beeld het geval was. De ophoging
achter de cabine loopt dan langzaam
glooiend zowel rechts als links en
naar achteren weer af tot de normale
terreinhoogte. Ter illustratie van het
geen hiervoor is bedoeld is in dit
overzicht een doorsneeschets opge
nomen van het terrein van een auto
bioscoop inclusief projectiescherm en
centraal gebouw.
AANVULLENDE GEGEVENS
Dit tweede overzicht wordt afgesloten
met een aantal aanvullende gegevens,
waarmede dan kan worden vastge
steld, dat in dit kort bestek een vrij
wel volledige opsomming is gegeven
van de voornaamste punten, waaraan
aandacht moeten worden geschonken,
behoudens voorzover het betreft de
technische installatie, waarop in een
volgend artikel nader zal worden in
gegaan.
Voor het gebruik van verwarmingsap
paratuur worden vaak extra kosten in
rekening gebracht.Men stelt.dat de in
richtingskosten van een autobioscoop
ongeveer de helft bedragen van die
van een stadsbioscoop onder dezelfde
omstandigheden. Te overwegen valt
of het aanbeveling verdient om boven
dien toeschouwerspaviljoens voor
wandelaars en fietsers aan te leggen.
Vast staat wel, dat het zeer gewenst
is om op de voorgrond van het pro
jectiescherm een van het bioscoop
terrein afgescheiden speeltuin in te
richten. Dit heeft vele voordelen.
Ouders die hun kinderen meenemen
kunnen hen daar laten spelen totdat
de voorstelling begint. Bovendien is
het zeer wel mogelijk, dat een drive-in
die gelegen is in een natuurrijke om
geving overdag functioneert als res
taurant met speeltuin. Het is boven
dien gewenst, dat kinderen zich amu
seren. Zij zullen dan degenen zijn, die
hun ouders opnieuw overhalen tot
bioscoopbezoek.
Rekening houdende met de mogelijk
heid, dat verscheidene auto's kort na
elkaar het terrein opkomen, is het ge
wenst, dat elke autobioscoop een
wachtruimtecapaciteit heeft. Deze
wordt gesteld op een kwart of een
vijfde van de autobioscoop als zo
danig, hetgeen ons overigens vrij
royaal lijkt. Het is gewenst, dat de
luidsprekerpalen met hoezen kunnen
worden afgedekt. In- en uitgangs-
wegen behoren door heggen van el
kaar gescheiden te zijn, evenals het
gehele terrein dient te zijn afgeschut
door een hek, ten einde het onrecht
matig betreden daarvan te verhinde
ren. De beeldschermconstructie moet
een windsnelheid van 160 km per uur
(dat is een druk van 125 kg per nf)
kunnen weerstaan. Dit is 20 km meer
dan de windsnelheid die werd waar
genomen tijdens de Zeelandramp. Zij
kan dus als voldoende veilig worden
beschouwd. Het scherm moet worden
geschilderd met een verf van hoge
reflectiegraad. Ervaring heeft uitge
wezen, dat men tweemaal moet voor-
strijken plus vier a vijf maal nastrijken
met een mat van witte verf. De reflec
tie vermindert door weersinvloeden en
vuil aanzienlijk. Daarom is het gewenst
het scherm tenminste eenmaal per
jaar opnieuw te verven. Ook de ach
terzijde moet door schilderwerk tegen
weersinvloeden worden beschermd.
Het aanbrengen van spreid- of strijk-
lichtlampen aan de bovenzijde van het
scherm voor het verlichten van het
terrein tijdens de pauze voor en na
de voorstellingen is zeer nuttig ge
bleken. Het spreekt wel bijna vanzelf,
dat de kabels die in de grond worden
gelegd geaard behoren te zijn. Boven
dien is met het oog op storingen de
aanleg van een reserveleiding zeer
gewenst.
Werkfoto uit de korte Nederlandse film „Tussen de wielen". Regie: Fons Grasveld, produktie Ytzen Brusse.