Onderzoek in Apeldoorn
Het Samenwerkingsorgaan Oost-Ve-
luwe heeft onder de titel „Bioscopen
in Apeldoorn" een sociologisch rap
port laten verschijnen, waarin verslag
wordt uitgebracht over een uitgebreid
onderzoek naar de filmvoorziening,
het bioscoopbezoek en de wensen van
het bioscooppubliek in Apeldoorn.
Zowel door het Bureau van de Bio
scoopbond als door de betrokken bio
scoopexploitanten is assistentie ver
leend bij dit onderzoek, in de eerste
plaats, omdat het vergaren van ge
geven over de wensen en de menin
gen van het (potentiële) bioscooppu
bliek op zichzelf van belang is, en
voorts, omdat Apeldoorn in menig
opzicht representatief te achten is
voor de bioscoopexploitatie in een
bepaalde categorie van provincieste
den.
Het onderzoek is uitgevoerd door de
heren W. J. van Diggele en H. W. J.
Kloosterhof van de Afdeling Sociolo
gisch Onderzoek en het is zeker de
moeite waard er in dit blad aandacht
aan te besteden. Daarbij is niet onze
bedoeling al te diep in te gaan op de
resultaten van dit onderzoek voorzo
ver ze specifiek betrekking hebben
op de Apeldoornse situatie. Een van
de conclusies van het onderzoek is,
dat het bioscoopbezoek in Apeldoorn
relatief ver achterblijft bij dat van ver
gelijkbare steden en dat dit onder
meer een gevolg is van de verouderde
accomodatie van de vier bestaande
theaters (als we ze gemakshalve even
over één kam scheren).
Het renoveren van theaters en het
inbouwen van kleine zaaltjes vergt
echter aanzienlijke investeringen en
het rapport zelf maakt eigenlijk al
duidelijk, dat, landelijk gezien, Apel
doorn niet het meest geschikte bio
scoopklimaat heeft om de daarbij be
horende financiële risico's lichtvaar
dig op de koop toe te nemen.
Het onderzoek als geheel bestaat uit
drie gedeelten: de bezoekscijfers in
Apeldoorn (vergeleken met die van
negen andere gemeenten), het film-
aanbod in Apeldoorn (eveneens in
vergelijking met die negen gemeen
ten) en de opinies en de wensen van
het Apeldoornse publiek.
Bezoekscijfers in Apeldoorn
Voor dit hoofdstuk werd uitgegaan
van negen vrij bekende films die in
de eerste helft van 1974 in tien ste
den, waaronder Apeldoorn, vertoond
zijn en die samen een representatief
beeld geven van het "main stream"
aanbod in de Nederlandse bioscopen.
De betreffende steden zijn: Apel
doorn, Arnhem, Breda, Den Bosch,
Nijmegen, Dordrecht, Enschede, Ede,
Deventer en Zutphen, samen met
1.027.000 inwoners, waarvan 128.600
in Apeldoorn. De genoemde negen
films trokken in de tien steden sa
men gemiddeld 83 bezoekers per
1000 inwoners, maar in Apeldoorn
slechts 43 bezoekers per 1000 in
woners.
Dit resultaat was uiteraard te voor
spellen. Immers, in Apeldoorn bedroeg
het jaarlijkse bioscoopbezoek (in
1974), 1,8 per hoofd van de bevol
king, tegen 3,0 in de tien genoemde
steden samen, zoals uit de cijfers van
het Bondsjaarverslag 1974 berekend
kan worden.
Hoewel het Apeldoornse filmbezoek
lager ligt dan het bezoek in de tien
genoemde gemeenten samen en
vooral lager dan in Arnhem, Nijmegen
en 's-Hertogenbosch heeft de ont
wikkeling van dit bezoekscijfer sedert
1964 wel precies de landelijke trend
gevolgd. De onderzoekers constate
ren dit feit wel, maar zij sluiten er geen
gevolgtrekkingen uit. Eén gevolgtrek
king zou namelijk kunnen zijn, dat va
riabelen op landelijk niveau (welvaart,
vrije tijd, filmaanbod, televisieverza
aantal doeken, maatgevend geacht,
en in plaatsen waar het bioscooppark
gemoderniseerd is, is het gemiddeld
aantal zitplaatsen per bioscoop aan
zienlijk lager dan waar dit nog niet
gebeurd is.
In ons onderzoek Publiek en bio
scoop" (zie „Film, november 1973)
werd reeds geconstateerd, dat veel
bioscoopbezoekers na afloop van de
voorstelling een horeca-gelegenheid
bezoeken.
Er is hier natuurlijk niet sprake van
een oorzakelijk verband (als er veel
café's zijn dan gaat men ook wel naar
de bioscoop)maar van een gezamen
lijke oorzaak: als er een uitgaans-
minded publiek is (de gemeente heeft
een centrum-funktie, er zijn veel stu
denten e.d.) dan zijn er zowel veel
café's als veel bioscoopbezoek. In
verband hiermee is de onderstaande
tabel illustratief.
Zij geeft aan de rangorde in het aan
tal café's per 10.000 inwoners en het
bioscoopbezoek per hoofd van de be
volking (1974).
1Breda
2. Den Bosch
3. Nijmegen
4. Arnhem
5. Deventer
6. Enschede
7. Ede
8. Dordrecht
9. Zutphen
10. Apeldoorn
Gemiddeld
diging) ook in Apeldoorn belangrijker
zijn voor de verklaring van de fluc
tuatie in het bioscoopbezoek dan va
riabelen op lokaal niveau.
De onderzoekers hebben een aantal
variabelen op lokaal niveau in hun
studie opgenomen. Het gemiddelde
aantal draaiweken per film overi
gens eerder een symptoom voor dan
een oorzaak van belangstelling voor
een bepaalde film hangt met zo
veel andere faktoren samen (o.m. het
aantal zitplaatsen en de vereiste be
zettingsgraad van een bioscoop, en
de hoogte van de filmhuur), dat we
dit gegeven maar beter kunnen ver
geten.
Het aantal zitplaatsen per 1000 in
woners was vroeger, toen de biosco
pen nog vaak vol zaten, een relevant
gegeven, ook al was het toen reeds
de vraag of hier met het oog op de
omvang van het bioscoopbezoek
sprake was van een oorzaak dan wel
een gevolg. Tegenwoordig wordt het
aantal bioscopen, dat wil zeggen het
Café's per
10.000
inwoners
25,2
Bioscoop
bezoek per
hoofd v. d.
bevolking
(1074)
3,5
20,7
3,1
15,2
4,5
12,7
5,1
12,7
2,7
12,2
2,1
12,2
0,5
11,9
2,3
10,1
2,3
7,2
1,3
14,2
3,0
Het is opvallend, dat de drie steden
met een méér dan gemiddeld aantal
café's per 10.000 inwoners ook alle
drie een hoger dan gemiddeld bio
scoopbezoek per hoofd van de bevol
king hebben.
De bijzondere positie van Arnhem (als
enige van de tien gemeenten in het
bezit van tien bioscopen) en Ede (één
in een zeer uitgestrekte gemeente)
behoeft in het kader van dit artikel
geen nadere bespreking.
Ook hebben de onderzoekers bekeken
hoe groot het aantal van de ongehuw
den en de gehuwd geweest zijnden,
in de totale bevolking van de tien
steden was, uitgaande van het be
kende gegeven, dat ongehuwden ver
antwoordelijk zijn voor het merendeel
van de bioscoopbezoeken. Gemiddeld
was het 25,4 van het inwonersaan
tal. Wederom waren de vier gemeen
ten die boven het gemiddelde scoren:
Nijmegen (28,1%), Arnhem 28%),
Breda (26,1 en Den Bosch
(25,8%). Apeldoorn scoorde 24,4%
11