Firebird Tornado
(The junkman)
De gendarme in paniek
(Le gendarme et les gendarmettes)
De overtocht
(Traversées)
Perziken met slagroom
(Peaches and cream)
Sesso et volentieri
(Sesso e volentieri)
Zapped
(Zapped)
Het cadeau
(Le Cadeau)
Universal F.A.
ADVIEZEN RAAD VOOR DE
KUNST
In de maand december 1982 werd
positief advies uitgebracht voor de
realisering van het filmproject 'De
mannetjesmaker' van H. Hylkema,
'Geen weg terug' van H. van Don
gen, 'Chili heet u welkom' van R.
Hof en 'Paardentekenaar' van M.M.
Chanowski.
17
Geschil no. 3767
De Commissie van Geschillen (Derde Ka
mer) van de Nederlandse Bioscoopbond
heeft het
ARBITRAAL VONNIS
gewezen inzake:
B.A.G. Heemskerk, te Woerden, en kan-
toorhoudend Plantsoen 5b, aldaar,
eiser
contra
Apollobioscoop B.V. en B.V. Bioscoop
Exploitatie Maatschappij Vabomex, beide
te Gouda, en kantoorhoudende Helena
Rietbergstraat 22, aldaar, gedaagden
De Commissie van Geschillen (Derde Ka
mer) van de Nederlandse Bioscoopbond,
volgens de Statuten en het Arbitrage
Bondsreglement van deze Bond benoemd
en aangewezen als arbitragecollege voor
de beslechting van geschillen o.a. tussen
leden en donateurs van de Bond.
IN AANMERKING NEMENDE:
dat eiser bij request van 8 februari 1982
een geschil contra gedaagden heeft aan
hangig gemaakt, van welk stuk een af
schrift aan dit vonnis is gehecht en het
welk beschouwd wordt als hier te zijn in
gelast;
dat de raadsman van gedaagden, Mr.
L.J.H. de Vink, op dit request heeft ge
reageerd met een verweerschrift, tevens
eis in reconventie gedateerd 23 juni 1982,
van welk stuk een afschrift aan dit vonnis
is gehecht en hetwelk beschouwd wordt
als hier te zijn ingelast:
dat Mr. E.A.P. Engels, raadsman van eiser,
op 17 september 1982 een conclusie van
repliek in conventie en van antwoord
reconventie heeft ingediend, van welk
stuk een afschrift aan dit vonnis isgehecht
en hetwelk beschouwd wordt als hier te
zijn ingelast;
dat de Commissie van Geschillen partijen
heeft opgeroepen tot haar zitting, gehou
den op 3 november 1982 op het Bureau
van de Nederlandse Bioscoopbond te Am
sterdam;
dat aldaar zijn verschenen de heer B.A.G.
Heemskerk, eiser, alsmede Mr. E.A.P.
Engels, raadsman en gemachtigde van
eiser, verder te noemen verhuurder;
voorts Mevrouw C.M. Vos-v.d. Steenho-
ven, directrice van gedaagde B.V. Apollo
bioscoop en de heren W.G.M, van Bom
mel, P.J. van Bommel, directeur en advi
seur van gedaagde Vabomex B.V., verder
te noemen huurders, vergezeld van hun
raadslieden/gemachtigden Mr. L.J.H, de
Vink en Mr. P. van Berg.
dat Mr. Engels namens verhuurder zich in
eerste instantie aan de stukken heeft gere
fereerd en voorts in hoofdzaak heeft ver
klaard, dat het beroep van huurders op
wanprestatie zijdens verhuurder wegens
achterstallig onderhoud onjuist is omdat
contractueel anders is overeengekomen;
dat ook indien het huurcontract tussen
partijen geen speciale voorzieningen kende
ten aanzien van het onderhoud van het
bioscoopgebouw, huurders uit hoofde van
hun schadebeperkingsverplichting zelf
voor het noodzakelijke onderhoud had
den moeten zorgen onder ingebrekestel
ling van verhuurder; dat het een noch het
ander is geschied en dat de in het geding
gebrachte brief van november 1978 van
huur-Apollo aan verhuurder niet als
zodanig kan worden beschouwd; dat ten
tijde van de eerste huurperiode (1967/
1977) door huurder-Apollo onderverhuur
heeft plaatsgevonden aan huurder-Vabo-
mex, zonder dat verhuurder daarvan in
kennis is gesteld, laat staan dat hem toe
stemming of medewerking is gevraagd;
dat derhalve verhuurder formaliter geen
bemoeienis had met partij Vabomex; dat
derhalve de tegenvordering van huurders
moet afstuiten omdat verhuurder geen ver
plichtingen had tegenover huurders en dat
integendeel huurder-Apollo in gebreke
was wegens onderverhuur, wegens wanbe
taling en wegens onjuist gebruik, respec
tievelijk niet-gebruik van het gehuurde;
dat in tegenstelling tot hetgeen door
huurders wordt beweerd, door verhuurder
nimmer toezeggingen zijn gedaan omtrent
verbouwingen, groot onderhoud en/of
huurverlenging; dat hiervan ook niet is ge
bleken tijdens het door huurders gei'nsti-
geerde getuigenverhoor via de Rechter
commissaris te Utrecht; dat huurders dan
ook ten onrechte de exploitatie in decem
ber 1978 hebben gestaakt waardoor ver
huurder schade heeft geleden; dat ver
huurder daarom op 6 februari 1979 via
een deurwaardersexploit nakoming van
haar verplichtingen en schadevergoeding
heeft gevorderd; dat verhuurder derhalve
persisteert bij zijn eis tot betaling van ach
terstallige huurpenningen tot aan de expi
ratiedatum van het huurcontract, zijnde
27 april 1982, als in de stukken omschre
ven, benevens de overeengekomen rente
ad 10 procent 's jaars onder afwijzing
van de tegenvorderingen van huurders;
dat Mrs. Vink en Van den Berg namens
huurders in hoofdzaak onder verwijzing
naar de stukken hebben verklaard, dat als
gevolg van voortdurende wanprestatie
door verhuurder, het aan huurders onmo
gelijk is gemaakt na 1 december 1978 ef
fectief van hun huurrechten gebruik te
maken; dat derhalve naast schadevergoe
ding restitutie van de tevergeefs gemaakte
verbouwingskosten tot een bedrag van f..
wordt gevraagd, alsmede ontbinding van
het huurcontract per 1 december 1978 en
afwijzing van de huurvordering van ver
huurder wegens het niet nakomen van
zijn verplichtingen als verhuurder; dat het
beroep van verhuurder op onbekendheid