ZtmcbOh /r <j*doc4£e... (Vervolg van pag. 41) van de filmindustrie hebben lijkt het plausibel dat de berichtge ving over film en filmcultuur in de kranten eveneens voor een deel wordt opgehangen aan dit fenomeen. Indien er artikelen verschij nen over de fusie van een aantal studio's in de Verenigde Staten of de verkoop van de distributierechten van een grote studio aan een uitgeversconcern, de aankoop van een filmproduktie en distribu tiebedrijf door een televisiemaatschappij of de notering van een produktiebedrijf op de beurs, dan zijn zulke artikelen meestal af komstig van de economische of financiële redactie van een krant. Zij worden dan ook opgenomen op die betreffende pagina's. Vaak blijft het dan ook bij een verhaal waarin de consequenties voor de filmindustrie, de films en de filmmakers, niet worden gesigna leerd. Filmjournalisten zouden met hun deskundigheid hier wel een mening over kunnen formuleren. Er zou een verdeling in de berichtgeving tot stand moeten komen. Het lijkt of filmjournalisten zich in hun berichtgeving buiten de recensies beperken tot aspecten van de filmindustrie die direct zichtbaar en merkbaar zijn voor het Nederlands filmpubliek zoals het programmeringsbeleid van het Filmmuseum, de verkoop van de Movies in Amsterdam, de directiewisseling bij Cannon. Dat met name de laatste twee gebeurtenissen ook invloed uitoefenen op de financieringsmogelijkheden van Nederlandse films - beide distributeurs geven immers ook distributiegaranties - wordt niet gesignaleerd. Voor de ontwikkeling van de filmcultuur in Nederland, van de kennis van het publiek over zo veel mogelijk aspecten van de film industrie, is het van belang dat de filmjournalist zijn berichtge ving verbreedt. L'ART POUR L'ART De sterke nadruk die nu ligt op de filmrecensie zou moeten wor den aangevuld met achtergrondartikelen en commentaar op de ontwikkeling van de filmcultuur in diverse landen. De recensie die vooral is bedoeld om een oordeel op basis van een analyse van een film te geven, wordt dan ingebed in een bredere informatie stroom. Vooral de Nederlandse filmindustrie en de ingrijpende ontwikke ling die zich nu voordoet, vragen om een analyse. Een lezer kan zo een recensie beter plaatsen. De film is geen incident, een uniek verschijnsel, maar meer een produkt van een filmcultuur die door diverse factoren waaronder de financieringsstructuur wordt ben vloed. Wanneer men de berichtgeving in de kranten van andere kunst vormen bekijkt zoals bijvoorbeeld de literatuur of het theater, dan zijn soortgelijke opmerkingen te maken. Ook hier is een recensie, bedoeld als persoonlijke stellingname en oordeel over een boek of theatervoorstelling, de meest voorkomende vorm van een arti kel. Produktieomstandigheden, financiers, het beleid van over heid en schouwburgdirecteuren bij toneel, het beleid van uitgeve rijen, overheid, boekhandels en bibliotheken t.a.v. literatuur wor den in de besprekingen niet meegenomen en krijgen erbuiten, in andere artikelen, nauwelijks aandacht. Wanneer dit wel gebeurt dan worden ook hier opnieuw slechts feiten weergegeven. Een fusie tussen uitgeverijen, het verschijnen van een nieuw toneel gezelschap, de verandering van het toneelbeleid in zake de subsi diëring bij het ministerie van WVC, 5 miljoen meer voor de lette rensector, al deze gebeurtenissen worden niet becommenta rieerd. Welke betekenis deze zouden kunnen hebben voor de kunstpro- duktie of zij een remmende dan wel stimulerende invloed hebben; dit soort vragen worden niet aan de orde gesteld. De financiering van kunstproduktie, de economische betekenis en hun commer ciële impact blijven, het lijkt wel angstvallig, achterwege. Het ta lent en de creativiteit van de kunstenaars staan centraal en het lijkt alsof dezen zonder enige restrictie hun werk in een ideale Tart pour l'art positie kunnen voltooien. BETAALD VOETBAL Hoe gek het ook klinkt, maar berichtgeving over de voetballerij vertoont een ander beeld. Ook hier staat de wedstrijdverslagge- ving centraal. Daarbij besteedt men uitgebreid aandacht aan de inventiviteit en het talent van de voetballers met name van diege nen die doelpunten scoren. Er zijn echter, en men hoeft alleen maar de sportbijlage op maandag te bekijken, ook andere artike len. Het beleid van een club m.n. de aanstelling van de technische directie, de verkoop/aankoop van spelers, de trainingsfacilitei ten, de salarissen en de premies voor overwinningen krijgen aandacht en worden van commentaar voorzien. De financiële positie van een club, de mogelijkheden om als naamloze ven nootschap aandelen uit te geven, komen in artikelen aan de orde. Uitgebreide interviews met spelers, trainers en een sfeerteke ning van de wedstrijd naast een eigen verslag van een wedstrijd geven een zeer gedifferentieerd beeld van de voetballerij. Daarbij komt nog dat het beleid van de overheid, de overkoepelende en machtige KNVB met al haar regels, de eisen van sponsors en andere financiers uitvoerig wordt belicht en uiteengezet. Het is niet aan te nemen dat sportliefhebbers een bredere belangstel ling voor hun vrijetijdsbesteding hebben dan filmliefhebbers. Bij beiden gaat het uiteindelijk om het resultaat: de film of de wed strijd. Sportliefhebbers kunnen echter ook kennis nemen van aspecten die een wedstrijd of de positie van een voetbalclub in de eredivisie mede beïnvloeden zoals vooral het beleid van de finan cierende instanties. Krantenlezers van de kunst- en filmbijlage krijgen zulke informa tie alleen mondjesmaat. Dorothee Verdaasdonk Wetenschappelijk medewerker vakgroep muziek- en theaterwetenschap R.U. Literatuur: Niens, J.M.T. Het recenseren van Nederlandse en buitenlandse films door Nederlandse critici, Utrecht 1990. Westermann-Klepp, W.E.J. Een vergelijkend onderzoek van twee analyse methoden op filmrecensies, 1988. BEZOEK aan de competitie BETAALD VOETBAL in milj. aan BIOSCOPEN in milj. seizoen: 1984-1985 3,1 1985 15,3 1985-1986 2,8 1986 14,9 1988-1987 2,7 1987 15,5 1987-1988 2,7 1988 14,8 1988-1989 2,7 1989 15,6 In de 17 competitiewedstrijden van het afgelopen seizoen trok F.C.Groningen 132.000 bezoekers met een bezettingspercentage van 38%; de negen Groningse bioscopen 535.000 bezoekers in 1989 (27,7%). De voetbalclub doet nog een beroep op de gemeen schap waar het de kosten van politiebewaking en begeleiding enz. betreft. Toch kan deze club voor het komende seizoen rekenen op een bijdrage uit de Gemeentekas van één miljoen gulden. Wat zou het plaatselijke filmhuis aan gemeentelijke subsidie toucheren? 43

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1990 | | pagina 42