ECONOMISCHE ASPECTEN VAN DE UITGEBRACHTE FILMS 1980 -1989
1989
1988
1987
1986
1985
1984*
1983
1982
1981
1980
174,1
165,7
165,8
155,2
155,1
160,4
196,0
189,0
212,0
213,0
15,6
14,8
15,5
14,9
15,3
17,4
21,6
22,0
26,7
27,9
4,5
12,1
21,4
13,9
4,0
19,3
14,5
13,0
12,6
7,5
4,6
11,9
21,5
14,2
3,6
19,4
14,3
12,5
12,4
7,1
213
239
249
289
297
328
312
345
371
336
13
10
17
13
16
12
16
13
11
7
SCRIPT ALS BASIS
Een ieder die een produkt of een dienst aanbiedt, vraagt zich van-
tevoren af of er daadwerkelijk vraag naar het produkt of dienst is
c.q. gecreëerd kan worden. (En ook dan zijn ongelukken niet uit
gesloten.)
Zijn er producenten/filmmakers, die zich eerlijk in volle rust af
vragen of het script dat zij nu in handen hebben ook werkelijk inte
ressant is voor de consument. Ongeacht of men daaronder het
hele Nederlandse volk, een doelgroep of een splintergroep ver
staat? En ook terdege beseffen dat het budget in verhouding
moet staan tot de grootte van de beoogde doelgroep, daarbij het
voordeel genietend dat de fondsen gelden ter beschikking stel
len, zonder de eis dat deze ook dienen te worden terugbetaald. De
eigen inbreng en de investeringen van derden (niet-fondsen)
moeten worden afgewogen aan de bezoekpotentie van de doel
groep.
Ja, die producenten/filmmakers zijn er, maar te weinig!
Film moet publiek trekken. Film moet voor een publiek, hoe groot
of klein ook, gemaakt worden. Voor een publiek dat vooralsnog
de Nederlandse film niet het voordeel van de twijfel gunt. Daar
voor is het in het verleden te vaak teleurgesteld of -zo men wil-
bedrogen uitgekomen.
Het scenario, het script, de basis van de film, moet degelijk, afge
wogen, goed en -binnen het genre- uniek zijn. Dit vereist tijd. Tijd
om te rijpen, tijd om te bezinken, om te bewerken. Deze tijd wordt
om velerlei redenen niet genomen. Te vaak beginnen de opnamen
zonder hechte basis. Een producent moet de tijd en de middelen
hebben het script te begeleiden naar zijn visie als filmondeme-
mer. Zolang dat niet gebeurt blijft het keutelen, klooien en kanke
ren.
LOKETTEN
Aan de andere kant moet een genommeerde filmmaker of produ
cent ook niet nodeloos tijd, geld en energie steken in het aflopen
van de vele loketten, waarachter zich subsidiegevers verschan
sen, die allen een andere interpretatie hebben van zijn script. Te
commercieel, te mager, te artistiek, te pretentieus', zijn meningen
over eenzelfde projekt.
Het criterium moet zijn: Trekt deze film publiek?
Zij, die via vakwerk en visie bewezen hebben films af te leveren,
welke gerede inkomsten hebben genereerd, moeten het voordeel
van de twijfel krijgen bij nieuwe projekten en niet telkens opnieuw
in de rij behoeven te staan voor een volgend projekt. Voor hen zou
de 'studio-gedachte' moeten gelden.
PUBLIEK-AANTREKKELIJK
Het is een fictie te veronderstellen dat in de negentiger jaren een
Nederlandse film de totale produktiekosten inspeelt, (films onder
èèn miljoen buiten beschouwing gelaten.) En dat is - gezien het
huidige subsidie-systeem - ook niet nodig.
Wel moeten ze publiek-aantrekkelijk zijn.
De Nederlandse filmproduktie wordt deels gefinancierd door al
gemene middelen opgebracht door de belastingbetaler. Deze
mag een tegenprestatie verwachten, nl. enkele boeiende uren,
ongeacht of deze worden gevuld met FLODDER, DE AANSLAG
DE AVONDEN of SPOORLOOS.
Films, gebaseerd zijn op een solide script, die de consument het
huis uitzuigen.
Derhalve moet meer tijd en geld worden geinvesteerd in de ont
wikkeling van ideeën, van scenario's en scripts. Ongeacht of zij
een pure ontspanningsfilm of een artistiek hoogstandje beogen.
Investeringen die op de lange duur een hoog rendement zullen
opleveren. Daarover is geen diskussie mogelijk.
WJAvF
Openingsfilm van de Nederlandse Filmdagen: KRACHT van Frouke Fokkema
Bruto-recette in miljoenen guldens
Aantal bezoekers in miljoenen
Percentage van bezoek aan Nederlandse films
Percentage bruto-recette Nederlandse films
Aantal uitgebrachte films
Aantal uitgebrachte Nederlandse films
1984 en voorafgaande jaren: inbegrepen 16mm