FILM IN DE POLITIEK Of filmers, producenten, distributeurs en theaterexploitanten het nu leuk vinden of niet: direct en indirect wordt hun werk beïnvloed door de politiek. De hoeveelheid geld, die wordt uitgetrokken om filmproduktie mogelijk te maken, de hoogte van de BTW op bioscoopkaartjes en de toekomst na 1992 worden allemaal mede bepaald door de houding van politici in deze kwesties. Jan Heijs ging te rade bij vijf fractiespecialisten uit de Tweede Kamer en peilde hun betrokkenheid bij het filmbeleid in ons land. Wie het boek 'Kunst, Kroniek en Parlement 86-89' er op na slaat, een uitgave van de Boekmanstichting, komt er al snel achter dat film in de politiek in de laatste jaren zeker geen hot issue is ge weest. Vreemd is dat niet, want 'Film' stelt op de WVC-begroting met een bedrag van rond de drieëntwintig miljoen gulden al nau welijks wat voor, laat staan op de totale Rijksbegroting. "Je scoort er niet mee," zegt CDA-Kamerlid Frans Jozef van der Heijden. 'Voor een politicus valt er niet veel aan te verdienen." Waar de gemoederen rondom musea, letteren en podiumkunsten in de laatste jaren politiek nog wel eens hoog op konden laaien, bleef het stil aan het filmfront. J. v. Nieuwenhoven (P.v.d.A) Het meest spraakmakend nog was begin dit jaar bij de begro tingsbehandeling van WVC de motie van PvdA-Kamerlid Jeltje van Nieuwenhoven, die ervoor zorgde dat distributeur Cinemien financieel gelijk gesteld zou worden aan de eveneens gesubsi dieerde collega NFM/IAF. Dat betekende voor Cinemien twee ton erbij, die binnen het filmbudget zelf gevonden moest worden. Praktisch de hele Nederlandse filmwereld protesteerde - te laat overigens - bij de Kamer tegen deze motie, omdat aanneming daarvan het einde zou betekenen van het bij het Fonds voor de Nederlandse Film ondergebrachte potje ter ondersteuning van de distributie van kunstzinnige Nederlandse speelfilms. Zo dacht men, want in het juni-nummer van 'Skoop' ontkende Neerlands hoogste filmambtenaar drs A.M.Hoogervorst deze optie. Het geld zou volgens hem gewoon van het totaalbudget van het Fonds afgaan Dat was dan kennelijk de strekking van de ambte lijke mededeling aan Van Nieuwenhoven - voordat zij de motie indiende - dat er voor die extra twee ton ruimte binnen de begro ting was en er geen directe gevolgen uit zouden voortvloeien voor de bestaande - gesubsidieerde - instellingen. Zoveel eendracht in het Nederlandse filmwereldje als bij de brief aan de Kamer was nog maar zelden vertoond, hoewel de eerste afvallers zich ook al weer snel meldden, toen bleek dat de handte kening onder een wel erg tégen Cinemien gesteld stuk was gezet. TEGENGAAN VAN VERVAL Terwijl de één (Van der Heijden) bij het begrip 'film' eerder denkt aan een commerciële bedrijfstak dan aan kunst, dan de ander (WD-Kamerlid Hans Dijkstal bij voorbeeld) en het voor Van Nieu wenhoven gelijk opgaat, zijn de Kamerleden, die als lid van de Vaste Commissie voor Welzijn en Cultuur 'film' in hun portefeuil le hebben, het erover eens dat de overheid wel degelijk iets op dit gebied te zoeken heeft. Maar Van der Heijden wijst daarbij meteen op het gevaar van een steeds sterker gesubsidieerde sector, zoals het toneel. "Daar heeft men het contact met het publiek verloren. Je moet alleen zeer bijzondere dingen ondersteunen, waar je niet direct een groot publiek warm voor krijgt, bij voorbeeld de kunst zinnige produkties." H. Dijkstal (V.V.D.) Dijkstal neemt voor film het algemene WD-standpunt in: "Daar subsidiëren waar men er op eigen kracht niet uitkomt. In de film- branche betekent dat steun aan het Nederlands Filmmuseum en het behoud van cultuurgoederen." Ook Van Nieuwenhoven wijst nadrukkelijk op de steun die gegeven wordt aan (de conserve- ringspraktijk van) het Nederlands Filmmuseum en geeft toe dat het natuurlijk "altijd mooier en beter kan. Maar het budget heeft de laatste jaren een groei doorgemaakt." Ze vindt dan ook dat de film op dit moment "in voldoende mate" wordt gesubsidieerd. Kamer lid voor Groen Links Peter Lankhorst plaatst het relatief lage be drag voor film meer in het historisch perspectief. Hij ziet de film primair als een commerciële bedrijfstak en denkt bij - te subsidië ren - kunst toch eerder aan disciplines als dans en theater. Aad Nuis, specialist voor D'66, memoreert de "al sinds jaar en dag vastgespijkerde kunstbegroting, waar op grote schaal niet in te schuiven valt. Er is nu extra geld voor conservering uitgetrokken, om het verval tegen te gaan. Maar dat geldt ook voor monumen ten etcetera." BTW Eensluidend zijn de antwoorden als gevraagd wordt naar de wen selijkheid van invoering van het lage BTW-tarief voor de filmsec tor. Dijkstal plaatst de invoering daarvan in Europees verband, maar voegt daar in één adem aan toe dat "het nog een lange weg zal zijn." D'66 heeft verlaging van het tarief in het laatste verkie zingsprogramma staan en de PvdA is op voorhand niet tegen, 9

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1990 | | pagina 9