KERSTNUMMER FILM afzonderlijk bioscooptype nog tot een eindeloze discussie en vermoedelijk tot onbevredigende resultaten zou leiden. Door deze verduidelijking van de kant van 'Media 92' waren de Duitse en Britse voorstellen van de baan, en werd het Nederlandse voorstel, de Europese film in publicitair opzicht te ondersteunen, door alle U.N.I.C.-vertegenwoordigers overgenomen. Een gelukkige omstandigheid daarbij is, dat mevr. Lhoest en haar medewerkers deze voorstellen graag willen overnemen. Het zelfde geldt voor de o.a. door Nederland voorgestelde subsidiëring van onderzoek, en voor die van training. Hiervoor is een subsidiëring tot 50% van de kosten mogelijk, waarbij de steun t.a.v. training niet zal worden ondergebracht bij het in Rome te vestigen bureau, maar bij een reeds bestaand onderdeel van 'Media 92'. Opmerkelijk is het standpunt van de leiding van 'Media 92', dat de in het kader van dat program bestede bedragen een zg. multiplicator-effect van ongeveer dertig hebben. (Het begrip (inkomens)multipljcator of multiplier is afkomstig uit de macro economie, en wordt gebruikt als maatstaf voor het verschijnsel dat een verhoging van de investeringen uiteindelijk een enige malen groter effect op het nationaal inkomen heeft. Bij deze multiplier gaat het echter om een getal van veel bescheidener hoogte.) De aan de verwachting bij 'Media 92' ten grondslag liggende gedachte is, dat de impulsen van E.G.-geld inkomsten van veel grotere omvang zullen veroorzaken; bijv. bij E.F.D.O. via de 50% ten laste van de verhuurder komende kosten, de herbesteding van de terugvloeiende gelden en van de succespremies, naar de omzet van het door het uitbrengen van een film in andere landen veroorzaakte additionele bioscoopbezoek.)5 Die gedachte is op zich juist. Niet juist acht ik echter het uitgangspunt dat de uiteindelijke omzetten uitsluitend door de impulsen van 'Media 92' worden veroorzaakt, en dat er geen rekening wordt gehouden met de mogelijkheid dat de ene omzet gedeeltelijk in de plaats komt van een andere. Het getal van dertig lijkt mij dan ook te hoog. C.I.C.A.E. Na afloop van het symposium te München zijn er door het presidium van de U.N.I.C. direct besluiten genomen, die inmiddels hebben geleid tot de van diverse bioscoopbonden ontvangen voorstellen. Door het daar eveneens aanwezige bestuur van C.I.C.A.E.-Européen is dat kennelijk achterwege gelaten. Ook heeft dat bestuur zich niet met de leiding van 'Media 92' in verbinding gesteld. Het gevolg daarvan was, dat vertegenwoordigers van de C.I.C.A.E. op de werkconferentie te Brussel ontbraken. Door de meeste U.N.I.C.-bestuurders werd dat niet betreurd. Als reden daarvoor werd aangevoerd, dat de C.I.C.A.E.-theaters tevens zijn aangesloten bij de respectieve nationale bioscoopbonden, en dat zij dus ook door de vertegenwoordigers daarvan worden vertegenwoordigd. Deze mening, hoewel in formeel opzicht niet onjuist, wordt door mij niet gedeeld. In diverse landen zijn en worden er door de nationale afdelingen van C.I.C.A.E. goede resultaten behaald bij de introductie en promotie van de wat moeilijker Europese films. In de in mei van dit jaar te Cannes gehouden ledenvergadering van de U.N.I.C. aangenomen resolutie is o.m. terecht gesteld, dat het media-program van de E.G. vooral gericht dient te zijn op de stimulering van de productie van films voor een breed publiek. Dat neemt niet weg dat er altijd ook films voor een klein publiek zullen zijn, en vooral dat de regisseurs van sommige zeer populaire films als makers van films voor een select publiek zijn begonnen, waarbij Cl.C.A.E.-bioscopen en ook de filmhuizen vaak een verdienstelijke rol hebben gespeeld. Het is m.i. niet goed, bij het publiek de indruk te versterken dat Europese films moeilijk zijn. Gezien deze overweging, lijkt het mij beter, bij de introductie van zg. moeilijke films een rol toe te kennen aan een aparte organisatie. Uit gesprekken met mevr. Lhoest is mij duidelijk geworden dat zij voorstander is van het verstrekken van garanties voor het roulement van bepaalde films in circuits van Cl.C.A.E.- bioscopen. Zoals vermeld, is ook de Exploitantenraad bij zijn voorstellen impliciet daarvan uitgegaan. Nu het bestuur van C.I.C.A.E.-Européen zijn beurt voorbij heeft laten gaan, ziet het er m.i. naar uit, dat de voor Cl.C.A.E.-bioscopen te bestemmen gelden via de nationale bioscoopbonden aan de nationale afdelingen van C.I.C.A.E. ter beschikking zullen worden gesteld. HET VERVOLG Na afloop van de werkconferentie is besloten, de nationale orga nisaties in de gelegenheid te stellen, verder uitgewerkte voorstellen op het gebied van promotie en publiciteit voor de Europese film bij de U.N.I.C in te dienen. Over die voorstellen zal op 29 oktober door het algemeen bestuur van de U.N.I.C in Parijs worden ver gaderd, waarna de definitieve voorstellen schriftelijk aan de leiding van 'Media 92' zullen worden voorgelegd. Ter bespreking van de verdere uitwerking der Nederlandse voorstellen is inmiddels een vergadering van de Exploitantenraad op 24 oktober geconvoceerd. Drs.J.Ph. Wolff Noten 1. Zie "Inside Italia. Enige aspecten van het Italiaanse bioscoopwezen - een vergelijking" ("Film", dec. 1989). 2. F.I.A.P.F., "Comparative Study of the Film Industry" (Parijs, april 1989) 3. "Encouraging Europe's Media Industry. A Review of Media 92" by a Committee of Experts appointed by the European Commission" (maart 1990), blz. 3; opgenomen in: "Media 92. Progress Report of the Pilot Projects" (Europese Commissie, sept. 1990), blz. 378. 4. "Media 92. Progress Report of the Pilot Projects", blz. 72; "1Juni 1988 bis 31 Dezember 1989. Pilotphase des European Film Distribution Office" (E.F.D.O., Hamburg 1990), blz. 64 5. "The Media Programme in Figures: For every ECU spent, 30 ECU's generated" (in "Media. Newsletter of the Media 92 Programme", Europese Commissie, Brussel, 09- 90), blz.6 Het eerstvolgende nummer verschijnt op vrijdag 14 december Reserveren van pagina's voor verslagen, ingezonden brieven, enz. vóór 19 november bij de redactie: Annita Dekker Tel.: 03402-70202 Fax: 03402-70283 Reserveren van pagina's voor advertenties vóór 19 november bij Filmplan Tel.: 020-793843 Deadline kopij: 26 november Deadline artwork: 3 december 13

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1990 | | pagina 13