NBF-FILMFORUM
Vervolg van pagina 11.
CONCLUSIES
- De grote aantrekkingskracht op het
publiek van nieuwe multiplexen is
onmiskenbaar. Vast staat ook, dat
deze op in de zelfde regio's geves
tigde bioscopen een grote, in vele
gevallen fatale invloed hebben. De
mate waarin dat het geval is, en
daarmee ook de netto-effecten op
het bezoek, dient nog verder te wor
den onderzocht.8 Rekening dient
daarbij te worden gehouden met te
verwachten negatieve effecten op
het bezoek ten gevolge van door
multiplexen veroorzaakte bioscoop
sluitingen.13
- De aantrekkelijkheid van de nieuwe
multiplexen voor het publiek berust
in belangrijke mate op een kwalita
tieve voorsprong in diverse opzich
ten. Sommige van de desbetreffende
kwaliteitsaspecten zijn ook in con
ventionele bioscoopcomplexen mo
gelijk, resp. reeds aanwezig, maar
t.a.v. enkele is dat in mindere mate
of nauwelijks het geval. Het gaat
evenwel te ver, alleen van "multi
plex" te spreken als er sprake is van
volledige nieuwbouw (purpose
built).
- Het tot dusverre verrichte onder
zoek heeft de invloed van het aantal
zalen per gebouw nog onvoldoende
duidelijk gemaakt. Te veronderstel
len is, dat de meerwaarde van addi
tionele zalen na ongeveer tien zalen
snel afneemt. De onmiskenbare aan
trekkingskracht van nieuwe multi
plexen, met name t.o.v. zeer goed ge
outilleerde conventionele bioscoop
complexen, lijkt nog niet geheel te
zijn verklaard. Wellicht speelt een
mede door publiciteit veroorzaakt
imago een grote rol.
- De optimale bioscoopdichtheid in
een land (resp. in een regio) is afhan
kelijk van de bevolkingsdichtheid en
van de mate waarin de bevolking is
verspreid. Grote multiplexen kunnen
alleen rendabel zijn in grote bevol
kingscentra met een groot verzor
gingsgebied. (London Economics
spreekt hier van multiplexen in de
centra van steden met minstens een
miljoen inwoners.) Voor Nederland
betekent dit dat er slechts een klein
aantal nieuwe multiplexen van be
trekkelijk beperkte omvang econo
misch verantwoord is.
- De economische haalbaarheid van
grote multiplexen nieuwe stijl is ui
teraard afhankelijk van de toestand
van het aanwezige bioscooppark in
een regio, doch dit inzicht is kenne
lijk nog onvoldoende doorgedrongen
tot een deel van degenen tot wie het
juist doorgedrongen zou moeten
zijn. Het gevolg daarvan zijn betreu
renswaardige verliezen bij zowel in
vesteerders in nieuwe multiplexen
als bij bestaande, goed uitgeruste
bioscopen in de omgeving daarvan.
Vestiging van nieuwe multiplexen in
Italië en Spanje ligt dan ook meer
voor de hand dan in West-Duitsland
(en Nederland).
De keuze van een definitie van het be
grip multiplex (nieuwe stijl) is uiter
aard van groot belang i.v.m. vergelij
kende analyses. Het zou op de weg
van organisaties als UNIC of Media
Salles liggen, tot een internationaal er
kende definitie te komen. Dit wordt
evenwel bemoeilijkt door de situatie
in Italië, waar de bouw van nieuwe
bioscopen aan wettelijke beperkingen
is gebonden. De vertegenwoordigers
van de Italiaanse bioscoopbond zijn
op grond daarvan gekant tegen een of
ficiële definitie volgens welke een
"multiplex" iets anders zou zijn dan
een conventioneel bioscoopcomplex,
aangezien dat zou kunnen leiden tot
een door hen niet gewenste vrije ves
tiging van nieuwe multiplexen.
De in een diagram geplaatste gege
vens uit de kolommen 1 en 3 van
Tabel III vallen duidelijk uiteen in twee
subgroepen met tot 1 naderende cor
relaties. De op deze wijze te onder
scheiden subgroepen zouden evenwel
uit landen bestaan zonder evident re
levante overeenkomsten.
Nadat de redactie van Screen Digest
had geweigerd, gelegenheid tot reage
ren te geven, werd de reactie,
"Specious Arguments and Dangerous
Use of Economie Power - A Reply", via
de UNIC verspreid. De Nederlandse
versie daarvan verscheen in FILM,
dec. 1989.
Door BIPE Conseil is de aanbeveling
van 6-8 zalen dus zelfs teruggebracht
tot 6-7. Dit is wellicht wat overdreven.
Anderzijds kan worden geconstateerd
dat er in Groot-Brittannië met zijn veel
grotere bevolkingsconcentraties sinds
enkele jaren geen grotere multiplexen
worden gevestigd dan van acht a tien
zalen.
Noten:
1. Zie: "Witboek over het bioscoopbe
drijf in West-Europa" (FILM, dec.
1992).
2. P.H. Admiraal en S.R. Maltha, "Econo
misch beeld van de bioscoop" (EUR,
1991); besproken in: "Structuuronder
zoek van de bedrijfstak; basis voor het
komende beleid" (FILM, mei 1991)
3. Th. Hoehn, "Retailing European Films.
The Case of the European Exhibition
Industry. A Report for the Media
Business School by London
Economics" (1992; in boekvorm 1993);
besproken in "De verhuurbaarheid
van Europese films" (FILM, okt. 1992).
4. "Multiplex Paper - Draft 2" (London
Economics, 8 sept. 1993)
5. Zie: "De verhuurbaarheid van
Europese films". (FILM, okt. 1992).
6. Geciteerd in: J.Ph. Wolff, "Het com
plexe probleem van de supercom
plexen". (FILM, sept. 1989).
7. "Uit de luwte".(FILM, dec. 1989).
8. FILM, juni 1993. Hiervan is op verzoek
van London Economics een Engelse
vertaling gemaakt, die ook over de
zusterorganisaties is verspreid.
9. "Het complexe probleem van de su
percomplexen".
10. Het complexe probleem van de super
complexen". (FILM, okt.1989); "EG-
geld voor bioscopen?" (FILM, aug.
1990); Het gevaar van ongefundeerde
opbrengstverwachtingen". (FILM, juni
1990); "De gevolgen van 21/2 jaar
nieuwe multiplexen in Duitsland"
(FILM, juni 1993)
11. P.H. Admiraal, "Qualitative Report.
The European Film Exhibition Sector.
The Netherlands" (EUR, aug. 1993),
blz. 23
12. "Synthese - Pays-Bas (Version provi-
soire)" (BIPE Conseil, sept. 1993), blz.
7 (vertaling van de Franse tekst)
13. Zie bijv. ook: J.Ph. Wolff, "De nieuwe
multiplexen: Trend en bedreiging in
de jaren 90" (FILM, mei 1991), blz. 7.
Van 30 oktober tot 8 november
wordt in Amsterdam de derde en
laatste sessie gehouden van de
EAVE workshop '93. EAVE is het
Europese Mediaprogramma dat
producenten, aan de hand van
eigen projekt, opleidt in het inter
nationaal co-produceren.
In het NBF-Filmforum zullen Frank
Bak, Eckart Stein en Herman
Pohle de ins en outs van deze
workshop bespreken.
Het NBF-Filmforum vindt plaats
op zondag 7 november van 14.00
tot 15.30 uur in het Nederlands
Filmmuseum te Amsterdam.
13