ACHTERAF
BEZIEN.
Tot de meest favoriete genres van
de bioscoopbezoeker behoorde
ongetwijfeld de komische film, en
dan met name die waarin een komisch
duo de hoofdrol speelde. Opmerkelijk
was, dat de betreffende akteurs als
duo veel sukses oogstten, maar indivi
dueel weinig of geen, uitzonderingen
daargelaten.
Het optreden van komische duo's
begon in de jaren twintig met het kop
pel Wheeler Woolsey. Zij maakten
in 1929 "Rio Rita", de verfilming van
een Ziegfield-show met dans en muziek
en veel komische scènes. De film was
bovendien van geluid voorzien, iets
bijzonders voor die tijd, met als extra
attractie een deel in Technicolor.
Hoewel de film zelf nu als een curiosi
teit wordt beschouwd, werd het duo
internationaal niet zo bekend. De regie
was in handen van Luther Reed. "Rio
Rita" werd in 1942 opnieuw verfilmd
onder regie van Sylvan Simon.
De volgende film van het tweetal
Wheeler Woolsey was "Girl Crazy"
uit 1932, de beroemde musical van
George en Ira Gershwin, door regis
seur William A.Seiter aangepast aan
het duo. Deze film kreeg een remake in
1943 en in 1965 onder de titel "When
the Boys meet the Girls".
In 1935 maakten Wheeler Woolsey
onder regie van George Stevens "The
Nitwits", een kostelijke klucht, waarin
spanning en komedie op bijna niet te
overtreffen wijze waren vermengd,
met een finale, die tot het beste be
hoort, dat ooit als slapstick is ver
toond.
In 1973 volgde hun laatste film: "High
Flyers".
Intussen had zich een nieuw duo aan
gemeld en wel het meest suksesvolle
dat de filmindustrie heeft voortge
bracht: de inmiddels door het uitbren
gen van hun volledige oeuvre tot de
onsterfelijken behorende Stan Laurel
en Oliver Hardy.
Beide komieken begonnen hun car
rière in korte komische kluchten van
Hal Roach. In 1931 werd de eerste, wat
langere film gemaakt, "Pardon Us". De
grote doorbraak van het duo vond in
hetzelfde jaar plaats met "Beau
Hunks". Het is ondoenlijk alle films van
het suksesvolle, nooit geëvenaarde
tweetal hier te noemen, maar het moge
duidelijk zijn dat de erfenis die zij ach
terlieten tot in lengte van dagen zal
worden gewaardeerd door de ware
filmliefhebber. Ook zullen er altijd
weer komieken worden geïnspireerd
door het duo, zoals in Nederland
André van Duin er trots voor uitkomt
een fanatiek bewonderaar van Stan
Laurel te zijn en veel van hem opgesto
ken te hebben.
In Europa kenden we eigenlijk maar
één duo, dat meer dan landelijke be-
door F.P. van den Berg
Filmgenres die verdwenen en
nooit meer terugkomen:
De komische duo-films
kendheid kreeg. Het waren de Denen
Madsen en Schenström, in Nederland
beter bekend als Watt Halfwatt. Met
name hun Deense produkties uit de be
ginjaren dertig, zoals 'Watt Halfwatt
op avontuur" en "Watt Halfwatt in de
penairie", bleven tot in de jaren zestig
in roulatie.
Een vergelijking met Laurel Hardy
gaat niet op, maar in een overzicht van
komische duo's mogen zij zeker niet
ontbreken.
In 1940 treedt een nieuw duo voor het
voetlicht met de film "One Night in the
Tropics", in hetzelfde jaar gevolgd
door "Carribean Tropics". Het waren
Bud Abbott en Lou Costello, die in de
voetsporen van Laurel Hardy traden.
Abbot als de overheersende figuur en
Costello als de schlemiel, die altijd te
recht komt in de hoek waar de klappen
vallen. Het duo beleefde zijn defini
tieve doorbraak met "Buck Privates"
(1941), een soldatenklucht met veel
muziek. De behoefte aan ontspanning
tijdens de oorlogsjaren heeft zeker bij
gedragen aan de grote populariteit van
Abbott Costello. Aan hun gezamen
lijk optreden kwam een einde in 1956.
Niet onvermeld mag hier blijven de
kortstondige filmcarrière van een
ander Amerikaans komisch duo: Olsen
Johnson. Aan hen hebben wij ten
slotte de (vermoedelijk) meest gekke
filmklucht uit de gecshiedenis van de
film te danken, "Helzapoppinge
maakt in 1942. De film is met niets te
vergelijken, nooit overtroffen en zal -
hoe dikwijls je hem ook ziet - blijven
verbazen.
Intussen was er een wat 'moderner'
duo gevormd dat vanaf 1949 een aan
tal films maakte: Dean Martin Jerry
Lewis; weliswaar suksesvolle films,
maar als duo toch niet te vergelijken
met eerder genoemde komische film-
duo's. Aan hun samenwerking kwam
een einde met "Hollywood or Bust" in
1956.
Het duurde tot 1969 voor zich het vol
gende - en naar mag worden aangeno
men laatste - komische filmduo aan
kondigde in de personen van Bud
Spencer en Terence HUI. Onder regie
van Guiseppe Colizzi maakten ze in
1969 twee films, Dio perdonna...io no"
en "La colinna degli stivalli" en daar
mee brak voor dit duo een periode van
grote populariteit aan. Dat hun films
eigelijk komische westerns waren,
deerde de bioscoopbezoeker blijkbaar
niet, al was deze bioscoopbezoeker
een heel andere dan die zich in de
voorgaande decennia met Laurel
Hardy, Abott Costello en Martin
Lewis vermaakte.
Daar de films van Spencer Hill door
vrije producenten werden gemaakt,
ontbrandde er tussen de filmverhuur
ders in vrijwel alle landen een felle
concurrentiestrijd om de vertonings-
rechten.
Aan hun suksesvolle samenwerking
kwam in 1983 een eind met "Chi si
ferma e perduto", waarna ieder zijn
eigen weg ging. Terence Hill verwierf
daarna wereldfaam met "My name is
nobody", Bud Spencer bleek minder
suksesvol.
Sinds Spencer Hill heeft zich geen
nieuw duo aangemeld en gevreesd
moet worden dat ook dit genre voor
goed uit de bioscooptheaters verdwe
nen is.
Scenario-kursussen op semi-
professioneel nivo
Stichting "In Sight" organiseert het
komend jaar een kursus scenario
schrijven op semi-professioneel
nivo. De kursus is bestemd voor een
ieder, die zich verder wil bekwamen
op het gebied van scenario-schrij
ven voor film, televisie- en opdracht-
film, zowel documentair als fictie.
Vereist is basiskennis van het film-
vak en ervaring op de set.
Tijdens de kursus/workshop wordt
aandacht besteed aan uiteenlo
pende aspekten van het filmvak en
ontwikkelen de studenten een sce
nario.
De kursus wordt samen met twee
gastdocenten gegeven door cineaste
Albertien Pareau Dumont.
Nadere informatie: Stg."In Sight",
Korte Leidsedwarsstraat 12, 1017 RC
Amsterdam, tel. 020 - 626.82.47
63