ïjt
ut-,
Hij heeft als belangrijkste taak
het geëigende publiek voor zijn
films te vinden. "Wij zoeken naar
die theaters of bioscopen waar de
doelgroepen van onze film naar
toe gaan. Wij maken daarbij niet
zozeer een onderscheid tussen
een arthouse film of een main-
stream film. In het geval van 'The
Lord of the Rings': deze film is
gebaseerd op een boek. Wij
dachten dat daar een specifiek
publiek voor bestond dat vooral
filmtheaters bezoekt. Dat is ook
gebleken", aldus Hermeling.
Andersom waren de gesubsi
dieerde filmverhuurders verplicht
hun waar eerst aan de filmthe
aters aan te bieden. Het systeem
werd losgelaten om de markt de
gelegenheid te geven zelfregule
rend op te treden.
Harmoniemodel
In de ANF-handreiking wordt
aanbevolen geschillen over het
filmaanbod in goed overleg op te
lossen. De samenwerking tussen
NFC en ANF wordt als voorbeeld
gesteld. Weststrate, voorzitter van
Ted Chiaradia: "Als ik zie dat
'Le Fabuleux destin d'Amélie Poulain' in Calypso
slechts één tiende haalt van de recette bij ons,
dan weet ik zeker dat wij een aanvullende functie
Vlak voor de kerst barstte de bom.
Jogchem's Theaters dreigde het
eerste deel uit de cyclus naar de
boeken van J.R.R. Tolkien te boy
cotten in zijn theaters. Uiteinde
lijk kwam het niet zover en nu
draait de film in bijna alle Jogchem's
Theaters en de bij het concern
aangesloten bookingstheaters.
Geen afgedane zaak
Voor Pim Hermeling van A-Film
is de zaak afgedaan. Jan van
Dommelen denkt daar echter
anders over. Voor hem gaat het
om een principieel punt: gesubsi
dieerde filmtheaters moeten uit
sluitend aanvullend werken op
het filmaanbod in de commer
ciële bioscopen. Als je het zojuist
uitgebrachte "Filmtheaters en
Cultuurbeleid, handreiking voor
bestuurders van provincies en ge
meenten" van de Associatie van
Nederlandse Filmtheaters leest,
lijken nieuwe conflicten op de
loer liggen. Er wordt in deze han
dreiking gesproken over een "dy
namisch grensgebied voor wat be
treft het aanbod van arthouse-
films" en dat "filmtheaters alleen
aanvullend optreden ten opzichte
van de markt". Tegelijkertijd
worden de hoge ambities van de
filmtheaters en het streven naar
professionalisering duidelijk.
Subsidie
Het LUX theater, waar de strijd
om begon, is een mooi voorbeeld
van een filmtheater nieuwe stijl.
De LUX werd op 21 oktober 2000
feestelijk geopend door Cathe-
rine Deneuve. De bouw van het
artplex, kosten 32 miljoen gulden,
werd betaald door de gemeente
Nijmegen. Het filmtheater huurt
het gebouw, maar krijgt daarvoor
van de gemeente de eerste drie jaar
een subsidie van zo'n 474.000
per jaar. Ook ontvangt het the
ater een jaarlijkse subsidie van
328.000 voor de programmering.
Dit geld wordt grotendeels be
steed aan de discussieavonden,
muziekoptredens en theater-
Daarnaast bestaat de mogelijk
heid een bijdrage te ontvangen
uit fondsen van het Ministerie
voor Onderwijs, Cultuur en We
tenschappen (OCenW).
Dit geld is bedoeld voor speciale
projecten als festivals en de ver
toning van films van de vier ge
subsidieerde distributeurs
Cinemien, het Nederlands Film
Museum, Contact Film en Park
Junior.
Aanvullende taak
Voor Jan van Dommelen
betekent de subsidie concurren
tievervalsing als de filmtheaters
dat geld gebruiken om een film
aanbod te vertonen, dat ook in de
commerciële bioscopen te zien is.
"Op die manier verklein je juist
Er blijft dus nog een heel arse
naal aan films over, dat bij ons
niet aan bod komt. Daar moeten
de filmtheaters zich op toeleggen.
Anders wil ik ook wel een paar
miljoen subsidie ontvangen, dan
vertoon ik die films zelf wel."
Ted Chiaradia van het LUX thea
ter heeft zijn eigen opvatting van
de 'aanvullende' taak van het
Spiegelconstructie
Het onderscheid tussen artistieke
en commerciële film is lastig te
maken. Gerard Bunnink
directeur van de Associatie van
Nederlandse Filmtheaters: "Meer
dan 50% van de films, die in de
filmtheaters draaien, is afkomstig
van commerciële distributeurs.
Zolang het niet gaat om kaskra
kers is er kennelijk niets aan de
hand. Nu draait "The Lord of the
Rings" in een filmtheater en er
ontstaat commotie. Het gebeurt
ook wel eens andersom. De film
"Antonia" werd aanvankelijk
vooral uitgebracht in de filmthe
aters. Toen "Antonia" een Oscar
won hadden de bioscopen opeens
Pim Hermeling: "Wij zoeken naar die theaters of
bioscopen waar de doelgroepen van onze film naar toe
gaan. wij maken daarbij niet zozeer een onderscheid
voorstellingen. Een deel kan ook
gebruikt worden voor de filmpro-
grammering, waarbij de gemeen
te als enige voorwaarde stelt dat
het accent moet liggen op artfilms.
Veel filmtheaters zijn afhankelijk
van gemeentelijke subsidies.
het aanbod voor het publiek en
dat is onzin. Ik vind het prima
dat filmtheaters artistieke films
vertonen. Het is nu eenmaal zo
dat wij in de commerciële bios
copen met twintig titels 70% van
onze omzet draaien.
filmtheater: "In Nijmegen draait
'The Lord of the Rings' alleen in
Calypso 1, een zaal met 186 stoe
len. Er zijn veel meer mensen die
de film willen zien. De LUX
werkt daar als aanvulling. In een
stad als Nijmegen zijn slechts
acht commercieel gerunde zalen.
Dat is veel te weinig. En als ik zie
dat 'Le Fabuleux Destin d'Amélie
Poulain' in Calypso slechts één
tiende haalt van de recette bij
ons, dan weet ik zeker dat wij een
aanvullende functie hebben."
Filmdistributeur Pim Hermeling
voelt zich niet per se gebonden
aan de culturele taakstelling van
de filmtheaters.
ook belangstelling."
Ad Weststrate, voorzitter van de
NVB, voelt er niets voor om een
soort filmpolitie te zijn, die elke
film keurt op zijn artistieke
gehalte. Ook Van Dommelen ziet
daar niets in. Hij zou liever terug
willen naar de situatie voor 1993,
toen de zogenaamde Spiegelcon
structie werd gehanteerd. Com
merciële distributeurs waren ver
plicht hun filmaanbod eerst aan
te bieden aan de bioscopen. Als
deze niet binnen een bepaalde
termijn reageerden dan was de
distributeur vrij om naar de
filmtheaters te gaan.
de NVB, heeft zich nog niet
beraden op de kwestie. In febru
ari volgt overleg tussen de NVB
en ANF. Hij zal daar zeker de
concurrentievervalsing aan de
orde stellen en wil de ANF
houden aan de verplichtingen die
het NVB-lidmaatschap stelt.
Van Dommelen staat echter niet
voor het harmoniemodel. "Ik wil
best overleggen met de ANF,
maar anders dan bij de NVB kan
de ANF haar leden niets
opleggen, alleen adviezen uit
brengen. Een aantal prominente
NVB-leden is op dit moment
bezig om te kijken wat wij kun
nen doen aan concurrentiever
valsing.. Nu heeft de NVB een
aantal zaken georganiseerd, zoals
de afdracht aan de Buma/Stemra
en het Filmtransport. Ik kan mij
voorstellen, dat wij tegen de ANF
zeggen, regelen jullie dat zelf
maar."
Van Dommelen is op dit mo
ment bezig juridisch advies
in te winnen. "Het is volgens
Europese richtlijnen verboden
bedrijven te subsidiëren.
Kijk maar wat er bij MW in
Maastricht gebeurt. Daar on
derzoekt de Europese
Commissie of de subsidie aan
de voetbalclub wel geoorloofd
is. De EC beschouwt MW als
een bedrijf."
Volgens Van Dommelen hebben
de advocaten al wat ammunitie
gevonden om de zaak mee te
bestoken, maar hij houdt zijn
kruit droog.
I H
..-.■".. .-
24
2 5
HEBBEN."
TUSSEN EEN ARTHOUSE FILM OF EEN MAINSTREAM FILM."
JAN VAN DOMMELEN: "ER BLIJFT NOG EEN HEEL ARSENAAL
AAN FILMS OVER, DAT BIJ ONS NIET AAN BOD KOMT.
DAAR MOETEN DE FILMTHEATERS ZICH OP TOELEGGEN.
ANDERS WIL IK OOK WEL EEN PAAR MILJOEN SUBSIDIE
ONTVANGEN, DAN VERTOON IK DIE FILMS ZELF WEL."
pWMff
PGMUBfc
IN