'Als je goede films vertoont,
dan komen ze!'
feature 2
Afscheidsinterview met Cerard Bunnik
Cerards favorieten
Bijna twintig jaar lang was hij de man die filmhuizen advi
seerde hoe ze met uitbreidingsplannen en subsidieaanvragen
om konden gaan. Bijna twintig jaar was hij het gezicht van
de filmtheaters op brancheorganisatieniveau. Dat is nu afge
lopen. Want Gerard Bunnik, consulent filmvertoning van het
Filmfonds en voorheen directeur van de ANF, vertrekt uit het
filmbedrijf.
Door Jeroen Huijsdens
'Niemand is onmisbaar', zegt Gerard
Bunnik als ik hem confronteer met de
stelling dat er na Frank van der Putte
van de NVB opnieuw iemand met een
flinke dossierkennis de sector verlaat.
Bunnik:'Enige bescheidenheid is ook
wel op z'n plaats. Het zijn de verto
ners die het moeten doen. Ik heb als
adviseur en consulent alleen gepro
beerd het vuur brandende te houden.'
De meeste mensen blijven jou
associëren met de ANF, de associ
atie van filmtheaters. Is het begin
van de ANF destijds tevens jouw
entree geweest in het filmbedrijf?
'Nee, de ANF bestond al. Die werd in
1984 opgericht. De ANF nam het stok
je over van het Vrije Circuit.
De ANF stelde wel als eis dat alleen
vertoners die een professioneel
niveau ambieerde lid konden worden.
Dus veel filmhuizen die met wat klap-
stoelen en portable projectoren werk
ten, konden aanvankelijk geen lid
worden. Je had een kleine koepel met
een harde kern die zichzelf ook film
theaters noemden en niet langer film
huizen. Die ANF functioneerde al vier
jaar toen ik er in 1988 ben gaan wer
ken. Ik ben direct instellingen gaan
bezoeken, want er was nog genoeg te
doen in het veld. Daarna zijn we gaan
praten over uitbreiding. Dat is toen
ook gebeurd en werd het een groep
van circa vijfentwintig leden.'
Hoe was toen de verhouding met
de toenmalige NBB?
'De NBB was een kartel waar was
geregeld dat er alleen aan de eigen
leden werd geleverd. Maar men kon
niet meer om de filmtheaters heen.
Uit diverse hoeken is er toen druk uit
geoefend om de
'Het is bij mij begonnen met de westerns zoals Once
Upon a Time in the West. Op de middelbare school
ben ik bekend geworden met de Antonioni's van deze
wereld. Ik kan heel moeilijk kiezen, mmi Andrei
Rublyov van Tarkovski is mij toch wel heel erg bijge
bleven omdat er zo mooi wordt geschilderd met het
licht. En wat de acteurs en actrices betreft, vind ik
Isabelle Huppert geweldig. Ik zag haar onlangs weer
terug in César et Rosalie. Ze zal toen achttien of zo
zijn geweest. Ik vond het ook zo leuk dat ze de zaal in
Filmhuis Den Haag kwam openen.'
deur te openen.
In 1984 kwam het
associatieverdrag.
Dat verdrag bete
kende in feite dat
commerciële
distributeurs wel
aan de filmthea
ters mochten leve
ren als ze hun film
eerst wel aan de
plaatselijke bios
coop aanboden.
Als die hem niet
hoefde, mocht de
film naar het filmtheater.'
Kon jij je vinden in die regeling?
'Ik vond het eerlijk gezegd een beetje
kunstmatig. De regeling werd inge
haald door de praktijk. Er gingen al
snel films van Concorde Film en Cor
Koppies in filmtheaters draaien omdat
de bioscoopexploitant er geen brood
in zag.'
i Bunnik. Foto Tanja van Rooden.
Filmtheaters staan bekend om
hun vrijzinnige rol. Die laten zich
niet gemakkelijk leiden door een
brancheorganisatie. Heb je dat als
moeilijk ervaren?
'Ze zijn inderdaad erg gesteld op hun
autonomie. Dat leverde regelmatig
spanningen op, maar het is altijd een
uitdaging geweest om de boel in
beweging te houden en ze ook samen
tot actie aan te zetten.'
HOLLAND FILM NIEUWS - 27