Zooals den leden bekend zal zijn, kwam in 1935 tot stand de
oprichting van den Afdeelingsraad, de vertegenwoordiging uit
de verschillende Afdeelings-besturen der plaatselijke en provinciale
afdeelingen van exploitanten.
De vele werkzaamheden, welke het Afdeelingsbestuur zich heeft
moeten getroosten in verband met de oprichting van den Afdee
lingsraad, moge voor de leden een aansporing zijn, om de Afdee-
lingsvergaderingen zooveel mogelijk te bezoeken.
Een nieuwe concurrentie-factor, welke het Bestuur noch wenschr.
te overschatten, noch te onderschatten, liet zich aanzien door de
aankondiging van een zekere maatschappij, welke zich hoofdzakelijk
toelegde op het verhuren van apparaten en geluids-smalfilms voor
cafés, restaurants etc.
Het Bestuur liet niet na, onmiddellijk in het belang der leden die
maatregelen te nemen, welke mogelijk waren, teneinde de belangen
der leden zooveel mogelijk te beschermen. Verschillende bespre
kingen werden met het Hoofdbestuur en de autoriteiten gevoerd.
Hoofdzakelijk kwamen deze besprekingen hierop neer, dat het
Bestuur onzer Afdeeling meende te mogen verlangen, dat voor
vertooningen van geluidssmalfilms in café's en restaurants etc.
dezelfde eischen gesteld zouden worden, als die ten behoeve van
de gewone films in de bioscopen.
Eenige malen kwamen bij het Afdeelingsbestuur klachten binnen
omtrent de benadeeling van de belangen eeniger leden door per
sonen, welke meenden bij het aanbieden van filmreclame aan koo-
pers te moeten suggereeren, dat de vertooning in bepaalde theaters
niet op een wijze zou geschieden als in overeenstemming met hunne
belangen. Het Afdeelingsbestuur heeft inmiddels een onderzoek
ingesteld en verder die maatregelen genomen, welke onmiddellijk
een eind aan dergelijke praktijken hebben gemaakt.
Met genoegen kan geconstateerd worden, dat, ten aanzien van
de omzetbelasting, welke oorspronkelijk geheven zou worden op
de levering van electriciteit, inmiddels door de autoriteiten besloten
werd, deze belasting niet te heffen..
Voor zoover het Bestuur heeft kunnen nagaan, hebben de ver
tooningen van Nederlandsche geluidsfilms gedurende 1935 niet
aan de verwachtingen beantwoord, als oorspronkelijk door de bio
scoop-exploitanten gekoesterd.
Of dit niet beantwoorden van deze verwachtingen moet worden
toegeschreven aan de kwaliteit der geproduceerde films of aan
andere factoren, wenscht het Afdeelingsbestuur hier buiten be
spreking te laten. Rest het Afdeelingsbestuur alleen hier mede te
125