moeten worden geacht te staan beneden het peil, waarop de film zich beweegt. Wij hebben ons bepaald geërgerd aan de lichtzinnig heid, waarmede hier gespeeld werd met de belangen van een aantal bedrijven, welke tezamen de gemeentelijke huishouding met het enorme bedrag van f 100.000 per jaar hielpen verlichten. Zoo beweerde men zonder blikken op blozen, dat de geringe verhooging der entreeprijzen voor de bioscoopbezoekers geen bezwaar van beteekenis zou opleveren. En zooals zoo dikwijls, hebben wij ook hier weer èn in theorie èn aan de hand van onze rijke ervaring op dit gebied omomstootelijk, zonder dat daartegen ook maar iets zou kunnen worden en ook inderdaad maar iets tegen in is gebracht, aangetoond, dat de vermakelijkheidsbelasting niets meer en niets minder is dan een bedrij f sbelasting, die betaald wordt door den exploitant en door niemand anders en dat het zakelijk gesproken absoluut uitgesloten is, dat de entreeprijzen worden verhoogd ter wille van een verhoogde belasting. Blijkbaar wilde Haarlems Gemeentebestuur bij verrassing zijn doel bereiken, want eerst drie dagen voordat de Raadszitting zou worden gehouden, kwam het met dit belangrijk voorstel op de proppen. Deze toeleg van B. en W. is dank zij de vertrouwelijke inlichtingen, welke op denzelfden dag aan het Bondsbureau werden verstrekt, mislukt. Aanstonds is er toen overleg gepleegd met de directies van de vijf bioscoopondernemingen te Haarlem, ■waarna het Hoofdbestuur telegrafisch is bijeengeroepen en eveneens per telegram een onderhoud met B. en W. is aangevraagd. Terstond kwam het Hoofdbestuur in spoedvergadering op het Bondsbureau te Amsterdam bijeen, teneinde te beraadslagen over de ernstige situatie, welke uit een eventueele aanneming door den Raad van ht voorstel van B. en W. zou ontstaan. In den loop van dien dag had een delegatie van het Hoofdbestuur nog een onderhoud met den Wethouder voor Financiën te Haarlem, den heer W. Roo- denburg. Dit onderhoud bleef echter zonder resultaat. In een con ferentie met de Pers te Haarlem heeft de Bondsdirecteur op Dinsdag 8 September vervolgens gelegenheid gehad het standpunt van den Bioscoopbond ten opzichte van de vermakelijkheidsbelasting in het algemeen en den nieuwen maatregel van het Gemeentebestuur van Haarlem in het bijzonder, in den breede uiteen te zetten. Op Woensdag 9 September heeft de Gemeenteraad van Haarlem over het voorstel van B. en W. vergaderd en na uitvoerige discussie met 31 tegen 5 stemmen het fatale besluit genomen uitsluitend ten 63

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1936 | | pagina 63