den Ledenraad bleek reeds, dat de gevallen, waarvoor het Hoofd
bestuur deze dispensatiebepaling wenschte te hanteeren, in het
reglement zijn voorzien. Dientengevolge werd het voorstel in
kwestie aangehouden, ten einde het bij de voorgenomen coördinatie
der onderwerpelijke reglementen nader onder de oogen te zien.
Uit dit alles blijkt wel van welk een beteekenis het is, dat maat
regelen, welke rechtstreeks een bedrijf raken, door de bedrijfs
organisatie zelve worden genomen en uitgevoerd. Het bedrijf
kan daardoor niet alleen rekenen op een soepele toepassing, maar
ook op de voortdurende zorg, dat de getroffen maatregelen dien
stig blijven aan de belangen van dit bedrijf en het niet in een
keurslijf snoeren.
Het algemeen resultaat van de onderhavige reglementeering
komt dezen keer niet zoozeer tot uiting in een stijging van den
gemiddelden entreeprijs. Zooals in de inleiding is vermeld,
is deze voor de zeven groote gemeenten gedaald van 47 op 46 cent.
Deze teruggang is intusschen meer te wijten aan het feit, dat het
groote aantal nieuwe bioscoopbezoekers van dit jaar voornamelijk
de lagere rangen is gaan bezetten, dan aan een verlaging van den
entreeprijs. In hoeverre in de algemeene prijsstijging, welke thans
valt waar te nemen, een aanleiding moet worden gezocht om
middels de prijzenreglementeering te geraken tot een verhooging
van het gemiddeld prijsniveau, is een vraag, die in de naaste toe
komst zeer zeker de noodige bestudeering waard is. Immers wat
vroeger niet als exces op concurrentiegebied kon worden aange
merkt, kan dit niettemin automatisch geworden zijn, als gevolg van
den inmiddels niet onbelangrijk gestegen kostenindex.
De uitvoering
De samenstelling van de P.C. Colleges was in het afgeloopen
jaar als volgt:
Voor de gemeente Amsterdam A. P. du Mée en R. Minden, voor
de gemeente Den Haag E. Alter en I. Feitsma, voor de gemeente
Rotterdam H. Gerschtanowitz en L. Katz, voor de gemeenten,
behoorende tot het ressort van de Afdeeling „Het Centrum" J. van
Bentum en G. H. Witmondt, voor de gemeenten, behoorende tot
het ressort van de Afdeeling „Het Noorden" J. P. Rust en G. H.
"Witmondt, voor de gemeenten, behoorende tot het ressort van de
Afdeeling „Het Oosten" L. J. Lievenboom en L. Katz, voor de
24