GESCHIL MET EENIGE
AMERIKAANSCHE LEVERANCIERS
TT ET geschil tusschen een aantal Amerikaan-
sche filmleveranciers, vereenigd in de Mo-
tion Picture Export Association Inc., en den
Nederlandschen Bioscoop-Bond, dat ruim een
jaar geduurd heeft, heeft den Bond andermaal
zwaar op de proef gesteld, een proef, welke dub
bel ongelegen kwam te midden van de zeer vele
problemen, waarvoor het Hoofdbestuur zich in de naoorlogsche
periode zag geplaatst.
Een onmiddellijke aanleiding tot dit geschil is er niet ge
weest. Men heeft beweerd, dat de invoering van het K.B. E. 84,
evenals de regeeringsmaatregelen, welke in andere landen on
middellijk na den oorlog waren getroffen, bij de betrokken Ame-
rikaansche maatschappijen tegenacties heeft opgeroepen. De
centralisatie van den export van de grootere maatschappijen in
Amerika in de M.P.E.A. mocht wellicht veroorzaakt zijn door
het meer gecentraliseerd optreden van den filmh^indel in de
onderscheidene landen, nochtans gelooven wij niet, dat het ge
schil, zooals het met Nederland is ontstaan, zijn oorsprong
vindt in het K.B. E. 84. Deze oorsprong lag wat dieper.
Onder de weinige gegevens, welke wij uit het verloren gegane
archief van den Nederlandschen Bioscoop-Bond hebben kunnen
redden, bevinden zich toevalligerwijze nog eenige aanteekenin-
gen betreffende bijeenkomsten van Europeesche managers van
Amerikaansche huizen in Parijs omstreeks 1939. In een dezer
bijeenkomsten is toen besloten, dat de grootere maatschappijen
voor het lidmaatschap van den Bond zouden bedanken. Toen
reeds leverden de ordenende arbeid van den Nederlandschen
Bioscoop-Bond, zijn bedrijfsreglementeering en zijn leverings
condities bezwaren op voor deze buitenlandsche leveranciers.
Deze bezwaren golden niet zoo zeer de onredelijkheid van de
condities, als wel de te sterke organisatie van den binnenland-
schen handel, die geleidelijk paal en perk wenschte te stellen
aan een z.g. vrije economie, die slechts de vrijheid kende van den
sterkste, en de opslorping beoogde van de zelfstandige leveran
ciers en de afnemers.
43