TELEVISIE
]\J A onderhandelingen, die zich over een periode van bijna twee
jaar uitstrekken, werd op 1 October 1952 een akkoord gesloten
tussen de Nederlandsche Bioscoop-Bond en de Nederlandse Tele
visie Stichting respectievelijk de in deze stichting georganiseerde
Algemene Vereniging Radio Omroep, de Stichting Katholieke
Radio Omroep, de Nederlandse Christelijke Radio Vereniging, de
Vereniging van Arbeiders Radio-Amateurs en de Vrijzinnig Pro
testantse Radio Omroep,
Over deze onderhandelingen werd reeds in de verslagen van
1950 en 1951 uitvoerig bericht; zij hebben ten slotte geleid tot een
overeenkomst welker feitelijke inhoud niet afwijkt van het reeds in
het verslag over 1951 omschreven ontwerp.
Aangezien met het gebruik van films bij televisie-uitzendingen
door het omroepbedrijf het terrein van de filmexploitatie betreden
wordt, is het mèt het Nederlandse film- en bioscoopbedrijf van
oordeel dat men door samenwerking dient te komen tot een harmo
nische ordening van beide functies op dit punt. Dit nu is het doel
dezer overeenkomst, welke een voorlopig karakter heeft, omdat men
gedurende de periode van experimentele televisie-uitzendingen
enerzijds met de levering en anderzijds met de uitzending van films
ervaring wil opdoen.
Voorop moet worden gesteld, dat de toestemming tot uitzending
van films beperkt blijft tot de uitzending als zodanig, aangezien de
uitzending van films uitsluitend bestemd is voor de ontvangst in
huiselijke kring zonder winstoogmerk.
Buiten deze overeenkomst vallen vastgelegde televisieuitzendin
gen, kortom al hetgeen aan de kop van de Braunsche Buis wordt
opgenomen en als televisie uitgezonden, bijbelfilms, schoolfilms,
voorlichtingsfilms, toeristische films, door amateurs vervaardigde
films waarvoor geen vergoeding wordt gegeven en films, welke
uitsluitend zijn vervaardigd met het doel om ze door middel
van de televisie uit te zenden.
De omroepen zullen de overige, niet tot het commerciële bioscoop
repertoire behorende films en de wel daartoe behorende voorzover
dit door een Gemengde Commissie op aanvrage wordt toegestaan,
uitsluitend betrekken van de leden van de Bond. Harerzijds zullen
de omroepverenigingen het gebruik van films beperken tot circa
twintig minuten per zenduur, waarvan ten hoogste zeven minuten
worden gebruikt voor uitzending van journaals of actualiteitenfilms,
welke zij, voorzover het Nederlandse actualiteiten betreft, uit
sluitend zullen betrekken van of laten vervaardigen door leden van
de Bond.
In twijfelgevallen doet de Gemengde Commissie uitspraak. Zij
beslist tevens op verzoeken tot afwijkingen van de bepalingen der
21