39
op gezette tijden een overzicht te geven van
wat er nationaal en internationaal gaande is
op het gebied van de film, zoals dit medium
zich in de bioscoop openbaart. Daarbij had
den deze manifestaties, bestaande uit een com
binatie van premièrevoorstellingen van be
langwekkende films uit de wereldproductie,
congressen en tentoonstellingen, een geheel
eigen en van buitenlandse filmfestivals met
hun competitie-element afwijkend karakter
gekregen. Ook hadden de filmweken hun niet
te miskennen nut getoond als ontmoetingscen
trum voor allen, die vanwege functie of beroep
bij het Nederlandse film- en bioscoopwezen
zijn betrokken.
De beantwoording van de vraag, waar men
een eventuele nieuwe filmweek zou moeten
houden, viel wederom uit ten gunste van Arn
hem, welke stad zich onder meer door haar
ligging uitstekend leent voor het doel, dat
men daarbij voor ogen heeft. De gemeente
Arnhem bleek bereid ten tweeden male als
gastvrouwe op te treden en voteerde een aan
zienlijk bedrag als aandeel in de organisatie
kosten. Ook de Minister van Onderwijs, Kun
sten en Wetenschappen was genegen aan een
filmmanifestatie in 1959 in de geest van de
vorige filmweken mede te werken en zegde
belangrijke financiële steun toe. De op 6 April
gehouden jaarlijkse ledenvergadering van de
Bond besloot eveneens de nodige fondsen be
schikbaar te stellen, waarmede de financiële
basis voor de nieuwe filmweek was gelegd.
Op 1 Mei 1959 werd opgericht de Stichting
Internationale Filmweek Arnhem 1959, waar
van het bestuur werd gevormd door de heren
H. S. Boekman, Vice-Voorzitter van het
Hoofdbestuur en Voorzitter van de Bedrijfs
afdeling Filmverhuurders, J. G. J. Bosman,
Directeur van de Nederlandsche Bioscoop-
Bond, Dr. J. Hulsker, Hoofd van de Afdeling
Kunsten van het Ministerie van Onderwijs,
Kunsten en Wetenschappen, Prof. Dr. Ph. J.
Idenburg, Voorzitter van de Raad van Beheer
van de Stichting Nederlands Filminstituut, Dr.
J. M. L. Peters, Directeur van dit instituut, Drs.
B. M. Sweers, in dezen het gemeentebestuur
van Arnhem representerende, en J. de Vaal,
Directeur van de Stichting Nederlands Film
museum. Het voorzitterschap werd bekleed
door de heer Sweers voornoemd. Als secre
taris-penningmeester werd aangewezen Mr. J.
den Daas van het bureau van het Holland
Festival. Behalve het Rijk, de Gemeente Arn
hem en de Bond waren in het Stichtings
bestuur dus de voornaamste bij de filmweek
betrokken instellingen vertegenwoordigd.
De organisatoren besloten de Internationale
Filmweek Arnhem 1959, die evenals de film
weken van 1955 en 1957 in het kader van het
Holland Festival zou plaats hebben, te doen
houden van Vrijdag 19 Juni tot en met
Woensdag 24 Juni, hetgeen het voordeel had,
dat de manifestatie grotendeels samenviel met
de desbetreffende vertoningsweek. De directie
van het Rembrandt Theater stond deze bio
scoop in huur af en stelde tevens bedrijfs
leiding en personeel voor de duur van de
Filmweek ter beschikking van de organisatie
leiding.
Voor de zo moeilijke en niet minder moei
zame taak ter zake van het samenstellen der
filmprogrammering werd een selectiecom
missie in het leven geroepen, bestaande uit
de heren H. S. Boekman, Vice-Voorzitter van
het Hoofdbestuur, J. G. J. Bosman, Directeur
van de Nederlandsche Bioscoop-Bond, Dr. J.
Hulsker, Hoofd van de Afdeling Kunsten van
liet Ministerie van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen, W. K. G. van Royen, Vice-
Voorzitter van de Afdeling Amsterdam van
de Bond, en J. Spierdijk, filmcriticus, alsmede
Mr. J. den Daas als toegevoegd secretaris. De
heer J. C. Schulier, Hoofd van het Bureau
Film van het Ministerie van Onderwijs, Kun
sten en Wetenschappen, verving de heer Huls
ker in voorkomende gevallen. Een woord van
lof is hier stellig op zijn plaats voor de wijze,
waarop de commissie zich van haar taak heeft
gekweten. Uit de beschikbare filmwerken
- liefst 43 hoofdfilms en 47 shorts wist
zij een dusdanige keuze te doen, dat de in
totaal elf middag- en avondvoorstellingen
gevuld werden met hoofd- en bijfilms, die in
alle opzichten representatief waren te achten
voor de stand van de cinematographie op dat
ogenblik. Daarenboven stelde de selectiecom
missie de programma's vast voor de beide
openluchtvoorstellingen, die ook nu weer een
onderdeel van de manifestatie uitmaakten.
De Internationale Filmweek Arnhem 1959
werd op Vrijdagavond 19 Juni geopend met
een galavoorstellino; in het Rembrandt Thea-
ter, die door vele autoriteiten werd bijge
woond. Hiertoe behoorden onder anderen de
Franse ambassadeur in ons land, de Commis
saris van de Koningin in de Provincie Gelder-