Afdeling Speelfilmproducenten
43
kers in lovende bewoordingen afscheid genomen van de
heer Silvius, waarbij hem enige welverdiende attenties
werden overhandigd. Met voldoening moge voorts aan
dacht worden geschonken aan het feit, dat de heer Silvius
op de Bondsvergadering van 22 juni werd benoemd tot
erelid van de Nederlandse Bioscoopbond. De heer Silvius
heeft de Bond gedurende vele jaren in tal van functies op
voorbeeldige wijze gediend, ongeacht zijn eigen zeer
drukke zakelijke beslommeringen en terecht de erkente
lijkheid van de leden verdiend, welke door deze benoe
ming tot uiting werd gebracht.
De heer B. H. Wilton trad in het verslagjaar eveneens af,
na sedert 1975 te hebben gefunctioneerd als bestuurslid
en in het verslagjaar als vice-voorzitter van de Afdeling.
De heer Wilton vervulde daarnaast nog andere functies in
diverse Bondscolleges. Op deze plaats zij hem voor zijn
werkzaamheid hulde gebracht.
Op 9 juli overleed op 68-jarige leeftijd de heer J. J. ter Lin
den. De heer Ter Linden was kort na de oorlog directeur
van het filmverhuurkantoor N.V. City Film en functioneer
de in die tijd tevens als bestuurslid van de Bedrijfsvereni
ging Filmverhuurders. Nadien bewoog hij zich op het ge
bied van de filmproduktie en was onder andere produktie-
leider van de film 'Ciske de rat'. De heer Ter Linden werd
op 14 juli begraven op de R.K. begraafplaats Buitenvel-
dert te Amsterdam.
Op 20 september overleed het erelid van onze organisa
tie, de heer D. J. van Leen, op de leeftijd van 76 jaar.
Al voor de oorlog exploiteerde de heer Van Leen het film
verhuurkantoor Centrafilm, welk kantoor hij vooral na de
oorlogsjaren tot grote bloei heeft gebracht. Hij exploiteer
de daarnaast enige bioscopen te Dordrecht en Amster
dam. De heer Van Leen is vele jaren actief bij de gang
van zaken in het film- en bioscoopbedrijf betrokken ge
weest en heeft sedert 1945 tal van functies in de Neder
landse Bioscoopbond vervult. Zijn nagedachtenis zal bij
ons in hoge ere blijven.
Vooruitzichten
De in het verslagjaar sterk gedaalde bezoekcijfers heb
ben bewezen hoe gevoelig het film- en bioscoopbedrijf
reageert op ongunstige omstandigheden, ondanks de toe
name van de bioscoopaccomodatie in den lande. De Af
deling Filmverhuurders is er evenwel van overtuigd, dat
de filmprodukten in het komende seizoen de belangstel
ling van het publiek zullen trekken, hetgeen moge blijken
uit de gestegen bezoekcijfers van de eerste maanden van
het nieuwe jaar.
A. C. Nieuwland, Secretaris
Er zijn gedurende het verslagjaar drie ledenvergaderin
gen gehouden en vier bestuursvergaderingen. In de jaar
vergadering van 12 maart werd het bestuur dat tot dus
verre uit drie personen bestond, aangevuld, zodat het vol
ledige bestuur nadien was samengesteld uit de heren R.
P. Houwer, voorzitter, F. Rademakers, vice-voorzitter, J.
Stelling, penningmeester, F. Rasker en W. Verstappen.
Als secretaris fungeerde de heer L. Claassen.
Het ledental van de afdeling steeg van 13 tot 17 als ge
volg van toelating tot het Bondslidmaatschap van Scorpio
Verstappen Films B.V., Cine/Vista B.V. (G. Visscher),
Castor Films (Karst v.d. Meulen) en Hollandia Filmproduk-
ties B.V. (R. Logger).
Er zijn nog enige lidmaatschapsaanvragen in bewerking
en er is bij een aantal andere bedrijven op aangedrongen
niet te lang te dralen met het indienen van zulk een aan
vraag. Door het bestuur is, na raadpleging van de leden
vergadering, formeel besloten dat alleen positief geadvi
seerd zal worden op bij de Commissie Nieuwe Zaken in
gediende aanvragen, als vaststaat dat de betrokken pro
ducent tenminste één bioscoop-speelfilm zelfstandig
heeft geproduceerd. Uiteraard moet de aanvrager ook
voldoen aan de overige te stellen eisen van vakman
schap, kredietwaardigheid en dergelijke.
Er zijn gedurende het verslagjaar 13 nieuwe speelfilms
geproduceerd (tegen 11 in 1981), waaronder twee co-
produkties met België, 2 jeugdfilms en 1 zogeheten drie
luik. Verder was nog een aantal andere films in produktie
of in voorbereiding. Uitvoerige gegevens hieromtrent zijn
vermeld in het Bondsjaarverslag, onder andere onder het
hoofd 'Nederlandse Filmproduktie', waarnaar op deze
plaats wordt verwezen.
Het Nederlandse aandeel in het totale bioscoopbezoek
beliep in 1982: 13%, overeenkomende met bijna 2,7 mil
joen bezoekers, tegen 12,4% in 1981. Het aandeel in de
totale bioscooprecette bedroeg 12,5% tegen 12,4% in
het voorgaande jaar. Wanneer men bedenkt dat er naast'
genoemde 13 films 332 buitenlandse films in roulatie zijn
qekomen, dan is het Nederlandse aandeel in dit aantal
slechts 4%, waartegen de bezoek- en recettecijfers
zeer gunstig afsteken. Er wordt met deze getallen een dui
delijke extra belangstelling van het publiek gede
monstreerd voor de nationale filmproduktie.
Ondanks deze optimistische geluiden moet worden ge
constateerd dat de omstandigheden in het filmproduktie-
bedrijf op zijn zachtst benard zijn te noemen. De kosten
van de jaarproduktie 1982 hebben circa 15 miljoen gulden
belopen, waartegenover bijdragen stonden van het Pro-
duktiefonds ter hoogte van circa 7 miljoen gulden in to
taal. Dit betekent dat het produktiebedrijf de resterende 8
miljoen gulden zelf heeft moeten financieren, hetgeen
een steeds moeilijker opgave wordt. De financiële steun
van de kant van het verhuur- en bioscoopexploitatie
bedrijf neemt onder druk van de omstandigheden eerder
af dan toe en ook elders wordt het verkrijgen van financie
ring er niet eenvoudiger op. Vandaar ook dat er geduren
de het verslagjaar wederom langs allerlei wegen bij de
overheid op is aangedrongen de steunverlening te verho
gen en aldus doende meer in overeenstemming te bren
gen met hetgeen voor andere kunsten gebruikelijk is. He
laas heeft dit ook in 1982 nog niet tot de gewenste door
braak geleid.