raad, de heer R. U g e s J r. dankt het Hoofdbestuur voor de wijze, waarop het Prijsbescherming-Reglement is tot stand ge komen. Met de verschillende opmerkingen, welke uit het bedrijf voortkwamen en door den Afdeelingsraad naar voren werden gebracht, is bij de samenstelling van het reglement rekening gehouden. De Afdeelingsraad heeft daarom weinig wenschen. Slechts heeft de Afdeelingsraad er be zwaar tegen, dat het Hoofdbestuur zich het recht voorbehoudt schriftelijk toestemming te geven voor reductie of eenigerlei korting op de toegangs prijzen. De Raad zou deze restrictie gaarne notu- lair omschreven zien. Liever ziet hij een en ander nauwkeurig bepaald. Toestemming voor het ver strekken van reductie aan leden van sociëteiten acht de Afdeelingsraad in ieder geval niet juist; zeer zeker niet, wanneer de betreffende sociëteit lid is van den Bond. De heer H. J. H a r t w ij k (Voorburg) vraagt, waarop het Hoofdbestuur het recht grondt afwij kingen toe te staan. De heer E. A 1 t e r verzoekt artikelsgewijze be handeling van het reglement. Met het oog op de couponkaarten, die nog in omloop zijn, bepleit spreker de wenschelijkheid, de considerans in zoover te wijzigen, dat het reglement niet in wer king zal treden op 4 Januari a.s., doch op den 28sten d.a.v. De Bondsdirecteur, de heer A. de Hoop, dankt den heer Uges namens het Hoofd bestuur voor de woorden van erkentelijkheid jegens dit college geuit. Wanneer het Hoofdbe stuur niet aan alle wenschen tegemoetkomt, ge schiedt zulks om te voorkomen, dat de exploitanten in alles aan handen en voeten gebonden worden. De wijze van exploiteeren moet, voorzoover niet in strijd met het algemeen bedrijfsbelang, zooveel mogelijk vrij blijven. Het Hoofdbestuur heeft er geen bezwaar tegen, dat het Reglement eerst in werking treedt op 28 Januari a.s., echter op voorwaarde, dat van af heden geen nieuwe reductiebiljetten in omloop worden gebracht. Spreker zet nader uiteen de be doeling van de in artikel 6 gemaakte restrictie. Het Hoofdbestuur heeft daarmede uitsluitend op het oog gehad datgene, wat door de traditie ge groeid is, zooveel mogelijk onaangetast te laten. Verschillende sociëteiten hebben immers verhuurd aan bioscoopexploitanten onder bepaalde bedin gingen met betrekking tot de toegangsprijzen voor haar leden. Hier betreft het een bestaande rechts verhouding, waarin het Hoofdbestuur niet kan ingrijpen. De restrictie heeft echter geenszins de bedoeling een mogelijkheid open te laten voor het verstrekken van zgn. zomerkaarten, coupon boekjes e.d. De heer D. Pint o (Zwolle) vraagt, of ook uitzonderingen zullen worden gemaakt voor socië teiten, die zelve exploiteeren. De heer J. W i 1 s o n (Hoorn) is van meening, dat het reglement slechts doel heeft voor de zaken in de grootere gemeenten, waar immers op percen tage gedraaid wordt. Voor de zaken in de kleine gemeenten beteekent het echter een ingrijpen, dat de exploitatie moeilijk maakt. Voor de kleine ex ploitanten zijn de couponboekjes een bron van inkomsten. De heer R. Uges J r. vreest, dat in de toe komst meerdere sociëteiten zullen worden opge richt om het reglement te ontduiken. De bioscoop exploitanten ondervinden van de ongelijke con currentie der sociëteiten veel nadeel. De Bondsdirecteur betoogt, dat het reglement juist in het belang is van de bioscoop exploitanten in de kleine gemeenten. Voorstellin gen met drie hoofdfilms tegen entreeprijzen van 15 cent doen de waarde van de film in de oogen van het publiek dalen tot beneden nul en vormen een bedreiging voor een gezonde bedrijfsvoering. De meeste exploitanten ook in kleine gemeenten zijn er juist mede ingenomen, dat de entreeprijzen tegen geknoei en onjuiste concurrentie worden be schermd. Zij kunnen daarvan slechts voordeel hebben. Tot 28 Januari mogen de reductie-biljet ten, welke in omloop zijn, worden opgeteerd. Zij mogen echter vanaf 4 Januari niet meer worden verkocht. Met betrekking tot de kwestie der socië teiten deelt spreker mede. dat het Hoofdbestuur zich over het standpunt, dat zal moeten worden ingenomen ten opzichte van sociëteiten, die zelve exploiteeren en die nog zullen worden opgericht, nader zal beraden. Vanzelfsprekend zal tegenover deze gevallen een geheel ander standpunt worden ingenomen. De heer J. Fris (Utrecht) kan niet inzien, dat het geven van eenige reductie een gevaar betee kent voor het bedrijf. De Bondsdirecteur zet uiteen, dat het onderhavig reglement niet uitgaat van een bepaal den prijs, maar zich veeleer keert tegen alles, wat men cadeau geeft op den algemeen geldenden standaardprijs. Het is onze trots, dat wij de eersten zijn, die radicaal het cadeaustelsel den rug toe- keeren. Naar aanleiding van een opmerking uit de vergadering betreffende een plaatselijke situa tie verklaart spreker, dat met de omstandigheid, dat in een gemeente twee van de drie bioscoop exploitaties in handen zijn van sociëteiten, zeer zeker rekening zal worden gehouden. Het toestaan van het verstrekken van couponboekjes was onder de werking van dit reglement niet langer mogelijk aangezien anders iedereen door de uitgifte van couponboekjes met reducties zou zijn gaan werken, zoodat het resultaat van het reglement averechtsch zou zijn geweest. Bij de artikelsgewijze behandeling oppert de heer E, Alter tegen art. 1 het bezwaar, dat de leden exploitanten daardoor niet voldoende be schermd worden tegen voorstellingen, die krach-

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1938 | | pagina 11