ARBITRAAL VONNIS INZAKE: N.V. Profilti, gevestigd en kantoor houdende te 's-Graven- hage, (verder te noemen eischeres), en N.V. Algemeen Nederlaiidsch-Indisch Filmsyndicaat te Bata via, ten deze domicilie kiezende ten kantore van Mr. J. Lubbers. Nieuwe Doelenstraat 20-22 te Amsterdam, (verder te noemen gedaagde). De ondergeteekenden: Jhr. Dr. J. C. Mollerus, wonende te Haarlem, Mr. J. Huyts. wonende te Rotterdam, en W. Mullens, wonende te 's-Gravenhage, krachtens het tusschen partijen in haar na te melden over eenkomst gemaakt arbitraal beding benoemd tot arbiters in het hier volgend, uit die overeenkomst ontstaan geschil, welke benoeming door hen op 6 November 1937 is aan genomen, IN AANMERKING NEMENDE: dat eischeres in hoofdzaak stelt: Op 17 Augustus 1936 werd tusschen partijen een over eenkomst gesloten betreffende de distributie van een Indisch geluidsfilmjournaal in Nederland. Deze overeenkomst kwam na langdurige onderhandelingen met de heeren Mr. Belinfante en A. Balink, optredende voor Anif, tot stand. Doordat van Anif nog geen filmproducten verschenen waren, w'erd in de overeenkomst niet volstaan met het op leggen aan Anif van de verbintenis tot levering, wekelijks, van een Indisch journaal, zonder nadere omschrijving, doch werd déze verbintenis wat haar inhoud betreft nader om schreven voor wat betreft de kwaliteitseischen, waaraan voldaan moest worden (art. 3). Correspondeerend daarmee werd het recht op ontbinding met schadevergoeding, ingeval aan deze eischen niet werd voldaan, aan Profilti toekomend, nader bepaald. In de verhuurcontracten van Profilti betreffende het Anif- journaal met de theater-directeuren in Nederland werden aan de afnemers van de journaals dezelfde garanties en rechten gegeven. Deze ketting bedingen zijn volkomen begrijpelijk, indien men bedenkt, dat Profilti in economischen zin niet anders dan de tusschenpersoon tusschen Anif en Nederland- sche afnemers was. Teneinde Anif zooveel mogelijk behulpzaam te zijn, wer den voor 1 Januari 1937, den datum waarop het eerste jour naal geleverd moest worden, door ons talrijke technische adviezen aan Anif gegeven. Reeds spoedig bleek, dat de Anif-journaals in velerlei opzicht niet aan de gestelde eischen voldeden en hebben wij Anif herhaaldelijk nadrukkelijk hierop opmerkzaam ge maakt en op omgaande verbetering aangedrongen, o.a dd. 5-1. 26-1. 9-2, 16-2. 3-3, 24-3, 2-4, 13-4, 16-4, 26-4, 27-4, 3-5, 16-6, 19-6, 29-6, 1937, Cnze Hollandsche afnemers waren eveneens zeer ontevre den en deelden ons herhaaldelijk schriftelijk mede, dat de geleverde journaals niet aan de gestelde eischen voldeden, van welke klachten wij Anif in kennis stelden. Tijdens een bezoek aan Indië bleek ons, dat de leiders van Anif niet voor hun taak berekend waren en dat de Com missarissen geheel andere opvattingen omtrent een voortzet ting van het Anif-bedrijf hadden dan Profilti. zoodat de Directeur zonder vertrouwen in de toekomst in Nederland terugkeerde en de theater-directeuren niet mocK mededeelen, dat hij en verbetering verwachtte. Inmiddels was op 3 September j.1. Anif schriftelijk ver zocht een arbiter als bedoeld in art. 23 der overeenkomst aan te wijzen. Anif weigerde dit op formeele gronden en teneinde ook hieraan tegemoet te komen, heeft Profilti op 23 September Anif er van in kennis gesteld, dat de vier laatste journaals niet voldeden aan de eischen, omschreven in art. 3 van het contract en Anif aangemaand omgaand verbetering in de te leveren journaals aan te brengen. Op 2 en 9 Octobcr hebben wij Anif medegedeeld, dat de inmiddels geleverde journaals geen verbetering hadden onder gaan, zoodat wij wederom verzochten een arbiter aan te wijzen om tot arbitrage te komen. Ook hierop heeft Anif geantwoord, dat hij aan deze arbi trage niet wenschte mede te werken, wederom omdat volgens hem door ons niet voldaan was aan de voorwaarden, waar onder arbitrage zou kunnen worden uitgelokt: aan welke voorwaarden wij niet zouden hebben voldaan heeft Anif niet nader omschreven. Na de weigering van Anif een arbiter te benoemen, heb ben wij ons tot den heer A. de Hoop gewend, teneinde tot arbitrage te geraken. Wij zijn van oordeel, dat het journaal in geen enkel opzicht voldoet aan de te stellen eischen, omschreven in art. 3. De journaals zijn zoowel vanuit een film-journalistiek standpunt als vanuit een filmbeeld- en geluidstechnisch oogpunt bezien zeer slecht verzorgd. Belangrijke gebeurtenissen, welke in Indië plaats vonden, zijn niet verfilmd geworden, zoo o.a. aardbeving aanbieding van prauwen aan de visschers, welke geholpen hebben bij de redding der slacht offers van de ,,v. d. Wijck" belangrijke sportgebeurtenis sen, o.m. de kamp van Java enz., terwijl volgens de overeenkomst ten hoogste 20 van het te leveren aantal meters mocht gebruikt worden voor het verfilmen van z.g. documentaire opnamen, waaraan in geen enkel opzicht de hand is gehouden, zoodat ook wat dit punt betreft, Anif in overtreding is. Wij schreven dan ook dd. 23 September 1937. dat de 10 laatste journaals een gezamenlijke lengte hadden van 2100 meter, waarvan ca. 850 meter documentaire opnamen waren. Geluidstechnisch zijn de journaals zeer slecht verzorgd. Het gesproken commentaar is meestal moeilijk te verstaan. Daarenboven voldoen de gezonden blue-prints niet aan de eischen. welke men aan een behoorlijke blue-print stellen kan. Deze vertoonen ontwikkel-vlekken en zijn dikwijls wazig en zeer slordig afgewerkt. In de geluidsmontage zijn vaak de aan- en uitloopstukken van het opgenomen geluid niet behoorlijk weggesneden. Inmiddels zijn door de arbitrage van den Nederlandschen Bioscoop-Bond de verschillende klachten van theater-direc teuren tegen Profilti behandeld en zijn door die arbitrage de aangegane contracten ontbonden verklaard. Uit het bovenstaande volgt, dat Anif zich aan ernstige wanprestaties heeft schuldig gemaakt, door niet te leveren volgens de kwaliteitseischen in art. 3 der tusschen partijen gesloten overeenkomst, terwijl, waar voldaan is aan de voor waarden, daarvoor in art. 23 dier overeenkomst gesteld, Profilti het recht heeft de overeenkomst als ontbonden te beschouwen op grond van voormelde wanprestatie en scha devergoeding terzake van de wanprestatie en de ontbinding geleden en te lijden. De door Profilti geleden en te lijden schade bestaat o.m. in de volgende schadeposten: 1. alle schadevergoedingen, waartoe Profilti gehouden zal blijken te zijn t.o.v. haar Nederlandsche afnemers, zooals die zullen worden bepaald door de arbitrage-instanties van den Nederlandschen Bioscoop-Bond, vermeerderd met de geschilkosten; 2. de journaal-huur-bedragen volgens de overeenkomsten met de afnemers in Nederland verschuldigd, vanaf den datum der ontbinding van .elk dier overeenkomsten tot den datum van ingang van welken Uw Commissie de overeenkomst Anif-Profilti ontbonden zal verklaren; 3. een bedrag van fper week, vanaf den datum per welken de overeenkomst Anif-Profilti ontbonden verklaard wordt tot het einde van den overeengekomen contract duur (31 December 1937), zijnde dit bedrag ad het gemiddelde van de netto-winst per week over de eerste 41 contractweken. Het is op al deze gronden, dat Profilti concludeert voor eisch: tot verklaring voor recht, dat de tusschen partijen ge sloten overeenkomst als bovengesteld, is ontbonden per 9 October 1937 (dag, waarop Profilti tegenover Anif beroep deed op art. 23 der overeenkomst), subsidiair par

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1938 | | pagina 8