DE FILMKEURING TOONT BEGRIP VOOR
ONZE BEZWAREN
We hebben er met verheugenis kennis van ge
nomen, dat de Centrale Commissie voor de Keu
ring van Films de film Sneeuwwitje, heden,
Woensdag, voor alle leeftijden heeft goedgekeurd.
Nadat dezerzijds in het Officieel Orgaan van
1 Januari j.1. in een uitvoerig artikel het standpunt
van het Hoofdbestuur nopens de vroegere keu
ringsuitslagen was uiteengezet, hebben vertegen
woordigers van dit College een onderhoud gehad
met de Huishoudelijke Commissie, Tijdens dit on
derhoud zijn de bezwaren van het Hoofdbestuur
nader uiteengezet, bezwaren, welke door de Huis
houdelijke Commissie niet konden worden gedeeld.
Aan de hand van het eerste keuringsrapport,
waarin o,m. werd beweerd, dat de moderne paeda-
gogie zich tegen griezelverhalen verzet, is dezer
zijds aangetoond, dat in het bijzonder in het onder
havig geval niet op toelaatbaarheid, zooals dooi
de wet is voorgeschreven, maar op geschiktheid
was gekeurd.
De Huishoudelijke Commissie handhaafde daar
entegen haar oorspronkelijke opvatting.
Des te aangenamer doet het daarom aan. dat de
film ten slotte, na voor den vierden keer gebeurd
te zijn, zij het met honderd meter gecoupeerd, ook
voor kinderen beneden veertien jaar is toegelaten.
Met dezen keuringsuitslag heeft de Centrale
Commissie bevestigd hetgeen de Huishoudelijke
Commissie ons had medegedeeld, dat het geens
zins de bedoeling is geweest bij de keuring van de
onderhavige film een geschiktheidsmaatstaf aan te
leggen. Immers, is ondanks de aangebrachte cou
pures, aan datgene, wat in het eerste keurings
rapport als griezelverhaal werd gekwalificeerd,
hoegenaamd geen afbreuk gedaan.
Dit thans te kunnen constateeren, schenkt ons
groote voldoening.
Het wordt bovendien ten zeerste in de Centrale
Commissie gewaardeerd, dat de, zoowel dezerzijds
als in de pers op haar uitgeoefende critiek haar
niet tot prestige-overwegingen hebben verleid; zij
is haar eigen weg gegaan en heeft ten slotte uit
gesproken, wat zij billijk en redelijk achtte. Dit
strekt der Commissie tot eer en zal haar gezag
ongetwijfeld versterken.
Zooals indertijd medegedeeld, waren er bij het
Hoofdbestuur ook bezwaren gerezen tegen een
verbod door de Centrale Commissie van vertoo
ning voor volwassenen van de films ,,De geheim
zinnige Dr. Clitterhouse", „Sta op en vecht!" en
,,De vrouw met den blauwvos".
Aan deze verboden zaten weliswaar geen prin
cipieels kanten, doch er scheen een tendens tot
strenger keuring in tot uiting te komen.
Het stemt inmiddels tot tevredenheid, dat de
Centrale Commissie, nadat het Hoofdbestuur ook
hierover een onderhoud met de Huishoudelijke
Commissie mocht hebben, de films ,,De geheim
zinnige Dr. Clitterhouse" en „Sta op en vecht",
toelaatbaar heeft verklaard voor personen boven
achttien jaar. Wellicht is het mogelijk, dat ook de
andere, door ons genoemde film in gewijzigde
samenstelling alsnog kan worden toegelaten.
Wij hechten eraan, hier nog eens te verklaren,
dat wij in het algemeen genomen niet wenschen af
te wijken van de tot nu toe gevolgde gedragslijn,
in het openbaar zoo min mogelijk critiek uit te
oefenen op de beslissingen der Centrale Com
missie. In vele gevallen kon na contact met de
Huishoudelijke Commissie een bevredigend resul
taat worden verkregen. Moge dit in de toekomst
zoo blijven! Wij hebben er allerminst behoefte aan
de taak van de Commissie moeilijker te maken dan
zij is. Dat laat echter niet weg, dat het anderzijds
de taak van het Hoofdbestuur is tegenover de
werkzaamheid van de Centrale Commissie waak
zaam te blijven, omdat nu eenmaal niet valt uit te
schakelen het niet te onderschatten feit, dat ieder
verbod voor de betreffende filmonderneming ern
stige financieele consequenties heeft.
OOK IN 1939 GEEN JEUGD VERBOD IN
VENRAY
Gelijk bekend heeft de Raad der gemeente Ven-
ray op 11 Januari 1935 aan Burgemeester en Wet
houders de bevoegdheid gegeven het ter plaatse
bestaand jeugdverbod (art. 141 van de Algemeene
Politieverordening en art. 5 der Bioscoopverorde
ning) voor een proeftijd van 1 jaar buiten werking
te stellen.
Voor de jaren 1936, 1937 en 1938 is eenzelfde
besluit genomen. Thans deelen B. en W. van Ven-
ray ons mede. dat de Raad van Venray in zijn
vergadering van 30 December j.1. de aan B. en W.