ten zijn; d. de aanvrage betreft een nieuwe perma nente bioscoop, welke aan de door het Hoofdbe stuur te stellen eischen op het gebied van ligging, outillage, inrichting, veiligheid, e.d. voldoet; e. de aanvrage betreft de tijdelijke exploitatie door en voor rekening van den bedrijfstak van een filmverhuurkantoor, van een permanente bioscoop, uitsluitend voor het vertoonen van een of meer door dat filmverhuurkantoor uitgebrachte films, welke geen enkele permanente bioscoop in de desbetreffende gemeente tegen redelijke voor waarden heeft willen huren, in welk geval niet van toepassing is het bepaalde betreffende het aantal van ten minste 30 dagen, waarop per kalenderjaar bioscoopvoorstellingen moeten worden gegeven; f. de algemeene belangen, de structuur en de specifiek Nederlandsche belangen van het Nederlandsche film- en bioscoopbedrijf, alsmede het publiek be lang ermede gediend worden. Bij de samenstelling van het onderhavig concept- Algemeen Bedrij f sreglement is gestreefd naar een zoo eenvoudig mogelijke redactie, alsmede naar een indeeling, waardoor het geheel voor de leden overzichtelijk wordt. Het concept bevat definities van de verschillen de soorten zaken, die tot het Nederlandsche film en bioscoopbedrijf behooren. Deze definities zijn gebaseerd op den bestaanden toestand, waarbij ge wezen moge worden op de steeds terugkomende bepaling, dat de zaken „regelmatig in bedrijf moe ten zijn". Het behoeft geen betoog, dat de beteekenis van dit begrip afhankelijk is van den bedrijfstak, waar op het slaat. Het regelmatig in bedrijf zijn betee- kent voor een journaalfabriek vanzelfsprekend iets geheel anders dan voor een filmproductiezaak en voor een reizende bioscoop wederom iets anders dan voor een permanente bioscoop. Ook de filmfabrieken zijn thans in bedrijfstak ken gesplitst, welke nader zijn omschreven in over eenstemming met den werkelijk bestaanden toe stand. Beperkten de vroegere definities van filmpro ductiezaken de werkzaamheden dezer ondernemin gen uitsluitend tot het voorbereiden, arrangeeren en doen uitvoeren van de vervaardiging van één of meer speelfilms, nu in de practijk gebleken is, dat deze beperkingen op moeilijkheden stuiten, is voor de filmproductiezaken ook het recht vastge legd andere films, zij het met uitzondering van journaalfilms, te doen vervaardigen, echter met dien verstande, dat zulks steeds moet geschieden in samenwerking met een bestaande filmfabriek. De splitsing in bedrijfstakken is thans ook toe gepast op filmverhuurkantoren. Het betreft het verhuren van gewone speelfilms en andere films aan bioscopen en verder het ver huren van journaals en/of zelf vervaardigde do cumentaire films aan bioscopen. Voor deze laatste categorie is dus de toestem ming van het Hoofdbestuur noodig, terwijl alle an dere films vrijelijk door eerstgenoemden bedrijfstak kunnen worden uitgebracht. In de definities van permanente en reizende bio scopen is weinig verandering gekomen. Alleen is voor het geven van voorstellingen door reizende bioscopen iets meer ruimte opengelaten dan in de oude besluiten. Van groot belang is het algemeen beginsel, neergelegd in artikel 4, hoofdstuk II, volgens het welk krachtens het nieuwe reglement zal worden aangelegd en bijgehouden een bedrijfsregister, waarin wordt aangeteekend, welke bedrijven, resp., wanneer een bedrijf wordt onderscheiden in afzon derlijke bedrijfstakken, welke bedrijfstakken, alles in den zin van hoofdstuk I (waarin de bedrijven omschreven worden) door elk der leden worden geëxploiteerd en wie de individueel gerechtigden zijn tot die exploitatie. Het Hoofdbestuur heeft het ter beveiliging van de rechtspositie der leden individueel gewenscht geacht te doen registreeren, welke bedrijven, resp. bedrijfstakken door elk lid worden geëxploiteerd. Evenals van de beslissingen van het Hoofdbe stuur in zake het gaan exploiteeren van een bedrijf of een bedrijfstak staat ook van de beslissing van het Hoofdbestuur tot inschrijving of bijschrijving in het bedrijfsregister beroep open op den Ledenraad. Dit bedrijfsregister zal voor de leden ter inzage lig gen op het Bondsbureau. Verder is in het reglement de procedure gere geld, welke bij de behandeling van aanvragen tot het vestigen of overnemen van nieuwe zaken of bedrijfstakken zal worden gevolgd. Ten slotte is ook de beroepmogelijkheid uitvoe rig geregeld. Het Hoofdbestuur, hoezeer ook overtuigd, dat de Bond het voorloopig niet buiten de nieuwe re-

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1939 | | pagina 5