sie Filmkeuring het recht van redres gegeven, zij het dan na gepleegd overleg met de Huishou delijke Commissie. Hiermede gaat de Regeering absoluut te ver. De mogelijkheid van revisie im mers is voor het bedrijf veel te riskant. Kon men tot heden nog de moeilijkheden het hoofd bieden door een censuurclausule. in de toekomst zal men zich, indien de wijziging in dezen vorm wordt ge accepteerd, tegen geen enkel risico meer kunnen dekken. Spreker zet in het kort uiteen, welk een schade een ,,niet-toelaatbaarheidsverklaring ach teraf" het bedrijf kan berokkenen. Het zou moge lijk kunnen zijn, dat men tot dit voorstel is geko men onder den druk van de huidige oorlogsom standigheden, maar dan getuigt deze handelwijze toch wel van heel weinig waardeering voor de houding van het bedrijf, dat zich juist in moeilijke omstandigheden onmiddellijk achter de Regeering heeft geplaatst en deze volledigen steun heeft ge geven. Spreker herinnert in dit verband aan het uit de roulatie nemen van films, waartegen uit neutraliteitsoverwegingen bezwaar bestond. Zelfs heeft de Bond de schade gedragen, welke hierdoor voor een bepaald lid was ontstaan. Ook kan spreker zich indenken, dat de Regee ring zulk een maatregel wenschelijk zou achten voor het geval de nakeuring uit de bestaande Wet was geschrapt. Immers, indien de Rijkscommissie Filmkeuring zich zou blijken te hebben vergist in het effect van een bepaalde film, bijvoorbeeld in een of andere streek van ons land dan zou, indien er geen nakeuring bestond, de behoefte kunnen bestaan aan een zekere revisie. In zulk een geval zou voor een dergelijke rivisie wat te zeggen zijn. De practijk heeft wel uitgewezen, dat de nakeu- ringsbepaling in de Wet geen zin heeft. Er zijn immers nagenoeg geen gemeentelijke nakeuringen. De Regeering gaat, in stede van deze onsym pathieke bepaling te schrappen, nog verder en heeft de interpretatie, welke de Bond aan dit arti kel heeft weten te geven, uitgebuit door de moge lijkheid te scheppen, dat het nakeuringsartikel, dat is artikel 4, ook van toepassing kan worden ver klaard op de bestaande vergunninghouders. Spreker geeft voorts de bezwaren aan, welke het bedrijf heeft tegen wijziging van artikel 7, waardoor de bioscoophouders ook in hun reclame uuiten de bioscoop geen andere afbeeldingen mo gen gebruiken dan die vooraf door de Rijkscom missie Filmkeuring zijn toegelaten. Hierdoor zou dus de reclame voor de bioscopen in de kranten bijvoorbeeld onder de censuur vallen. Dit is in strijd met de grondwettelijke persvrijheid. Het be drijf wordt hierdoor ten achter gesteld bij welk ander bedrijf ook. Spreker denkt in dit verband aan het radiobedrijf, dat eveneens te maken heeft met een censuur, doch dat ten slotte vrij is om datgene wat de censor heeft geschrapt, te publi- ceeren, waar en hoe het dat maar wil. Ten slotte betoogt spreker, dat ook de wijziging van artikel 17, waardoor het verboden wordt een film aan te kondigen onder een anderen titel, dan waaronder zij door de Rijkscommissie Filmkeu ring is toegelaten, voor het bedrijf nieuwe moei lijkheden met zich brengt. Het kan immers voor komen, dat een exploitant een ander inzicht heeft in de waarde van een titel dan een verhuurder, terwijl het van den anderen kant tijdens de rou latie zin kan hebben, den titel te veranderen. De heer Roem. die de verschillende sprekers met een vriendelijk woord heeft bedankt, sloot hierna de bijeenkomst. ALGEMEEN BEDRIJF SREGLEMENT Het Hoofdbestuur heeft in zijn vergadering van Dinsdag, 6 Februari j.1. besloten toestemming te verleenen als bedoeld in artikel 8 van het Alge meen Bedrijfsreglement: a. tot het gaan exploiteeren eener nieuwe per manente bioscoop: te Sas van Gent aan het Comité tot oprich ting van een inrichting voor maatschappelijk verkeer, per adres den heer W. Doesburg. Westkade 49, Sas van Gent, zulks onder be paalde voorwaarden; te Beek (L.) aan de N.V. Bioscoopmaat schappij Asta i.o. aldaar, zulks ingevolge een aanvrage van Mevrouw de Weduwe M. Dirix aldaar; b. tot het gaan exploiteeren van de bestaande per manente bioscoop: te Sittard (Luxor Theater), aan de Ven nootschap onder firma van Mevrouw A. M. Bouts-Quadvlieg en den heer L. L. Putzeist, p.a. Roxy Theater, Lutterade, zulks onder be paalde voorwaarden; te Oldenzaal (Keur Bioscoop) aan de Maat schap Keur Bioscoop, Oostwal 5, aldaar. Ingevolge vorenvermelde beslissingen hebben het Comité tot oprichting voor maatschappelijk verkeer te Sas van Gent, de N.V, Bioscoopmaat schappij Asta i.o. te Beek en de Vennootschap on der firma van Mevrouw A. M. Bouts-Quadvlieg en den heer L. L. Putzeist te Lutterade verzocht om toelating tot het lidmaatschap van den Neder- landschen Bioscoop-Bond. Men gelieve in verband hiermede eventueele bezwaren uiterlijk binnen acht dagen na het ver schijnen van deze publicatie schriftelijk aan het Hoofdbestuur ter kennis te brengen. 10

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1940 | | pagina 12