BELANGSTELLING
IN ZWITSERLAND
JmJLi RaüeA
Yleue. QüAcAeA Zeituny
RADIO
len stellen, dat ons aandeel in het geestelijk bezit
der wereld (ook tot gestalte gekomen in de inter
nationale cinegrafische productie, al is deze dan
ook al-met-al een schamel, doch in zijn beste uitin
gen een niet onbelangrijk onderdeel daarvan),
onder geen beding afhankelijk mag worden van
de ordinaire tyrannie van den (Amerikaanschen)
geldzak. Dat wil zeggen, dat wij de keus aan ons
zelf wenschen te houden, mede door financieele
onafhankelijkheid. En om dit laatste gaat het hier
in eerste instantie.
Het Deensche bioscoopbedrijf heeft collectief
geweigerd de films van deze kongsi af te nemen.
Wij mogen hopen, dat in dit geval de Bioscoop-
Bond, met al zijn leden en de regeering, die hier
mede een beslissenden invloed zal moeten doen
gelden, tezamen en in vereeniging den weerzin-
wekkenden opzet van deze poging tot financieele
bevoogding en daardoor tot verregaande en on
duldbare inmenging, ook in cultureele zaken des
lands, zullen weten te voorkomen.
De publieke opinie moet over dezen gang van
zaken behoorlijk worden ingelicht, opdat het
publiek weet om welken inzet deze strijd gestreden
wordt".
„Nederlandsche Film-„Dictators"
Onder dit opschrift boven een beschouwing van
dit Engelsche blad d.d. 8 Februari 1946, lezen wij
onder meer:
„De Nederlandsche Bioscoop-Bond (Netherlands
Cinema Union) stelt zich te weer tegen de groote
filmmaatschappijen van Hollywood met een geest
kracht, welke diepe bewondering heeft opgewekt
bij de onafhankelijke producenten en exploitanten
in dit land.
De Bond. een democratische vereeniging van
filmverhuurders, exploitanten en producenten, valt
Hollywood op twee belangrijke punten aan: a. de
hooge huur, die door de Amerikaansche maatschap
pijen wordt berekend; b. het voortdurend aandrin
gen van de Amerikanen op het recht om, buiten
den Bond om, zaken te doen met de individueele
bioscoopbezitters.
Tot nu toe is de Bond aan de winnende hand.
Hij heeft eenvoudig een besluit uitgevaardigd,
waarin het den Nederlandschen exploitanten ver
boden wordt om films af te sluiten, bij welken ver
huurder dan ook, die geen lid is van den Bond. (De
Amerikaansche maatschappijen hebben het lidmaat
schap van den Bond opgezegd, toen zij bemerkten
niet hun eigen gang te kunnen gaan).
Er wordt bericht, dat de Amerikanen zich nu niet
bepaald op hun gemak voelen over den toestand.
Men verwacht, dat, indien dit verbod wordt ge
handhaafd, Engeland dit jaar een 100-tal films op
de Nederlandsche markt zal kunnen afzetten."
Het blad citeert dan uit het nummer van de
„Cinema" van heden een periodiek van
Wardour Street, dat gewijd is aan de activiteit van
de groote Anglo-Amerikaansche verhuurders
een beschouwing van „Onlooker", een medewerker
van „Cinema".
Deze luidt:
„De kwestie met den Bioscoop-Bond loopt
eenvoudig hierover, dat de Bond volkomen
beheerscht wordt door de belangen van een
minderheid. Hoe is dat te verklaren? Op dooct-
eenvoudige wijze: elk lid van den Bond heeft
één stem, of hij een groot of klein aandeel in
het bedrijfsleven heeft. Aangezien er norma
liter in eiken tak van het bedrijfsleven altijd
meer kleine dan groote ondernemingen zijn,
beteekent dit, dat de kleine ondernemers de
volledige controle hebben en dat zij de firma's,
die millioenen in het bedrijf hebben geïnves
teerd, volkomen overstemmenIk weet niet,
hoe U een dergelijken gang van zaken zoudt
betitelen, maar ik zou het dictatuur willen
noemen, ontdaan van alle franje."
De „Tribune" merkt naar aanleiding hiervan op:
„Als dat dictatuur is, dan zouden wij er hier ook
wel wat van kunnen gebruiken."
(Vertaling).
De pers in Zwitserland juicht het toe, dat door
het Amerikaansche conflict in Holland voor de
Zwitsersche films betere vooruitzichten op de
Nederlandsche markt gekomen zijn.
De bladen „Freie Ratier" van 12 April en
„Neue Zürcher Zeitung" van 15 April, beiden te
Zürich verschijnend, merken naar aanleiding hier
van nog op, dat in het komend seizoen de invoer
van Amerikaansche films naar Holland tot 100 films
zal teruggebracht worden, terwijl de overige te
verwachten 200 films uit andere landen, waar
onder Zwitserland, Engeland, Frankrijk, Rusland,
Denemarken en Zweden betrokken zullen worden.
Ook voor de radio is het conflict besproken
en nader toegelicht.
In een beschouwing voor de K.R.O., op Dinsdag
12 Maart gehouden, zeide de heer A. van Dom
burg, bekend filmcriticus en journalist te Amster
dam, o.m.:
„Voor den oorlog hebben we menigmaal onze
20