OFFICIEEL ORGAAN ECONOMISCHE AGRESSIE VAN DEN NEDERLANDSCHEN BIOSCOOP-BOND REDACTEUR: J. G. J. BOSMAN, AMSTERDAM De vijandige houding, welke een aantal Ameri kaansche filmproductiemaatschappijen plotseling tegen den Nederlandschen Bioscoop-Bond heeft aangenomen, is tot heden- in dit Orgaan niet be sproken. Hiervoor waren ernstige motieven. Er zou immers van een geschil sprake geweest kunnen zijn, ter beslechting waarvan de rechtmatigheid of on rechtmatigheid van de klacht der tegenpartij had dienen te worden onderzocht en vastgesteld. In dat geval zou een beoordeeling dezerzijds voorbarig en storend kunnen zijn geweest. Bovendien was de mogelijkheid van misverstanden niet uitgesloten als gevolg van het ontbreken van contact gedurende vijf jaren. Ter eventueele opheldering was niet het ter rein, door dit orgaan bestreken, het aangewe zene, maar dat der tegenpartij, die thans omstandig is geïnformeerd. Tenslotte was er een oogenblik, dat het de vertegenwoordigende instanties van de regeeringen der betrokken partijen scheen voor te komen, dat de aangelegenheid aspecten vertoonde, die haar niet onverschillig konden laten. Wij meen den daarom, dat het gepast was reserve in acht te nemen tot het zakelijk en particulier karakter van de actie voldoende was onderkend. Van een geschil in den eigenlijken zin blijkt inmiddels geen sprake te zijn, want er is geen eischende of klagende partij, tenzij men het Nederlandsche bioscoopbedrijf als zoodanig zou willen beschouwen. Van een misver stand evenmin, zooals uit conferenties en briefwis seling is komen vast te staan. En een diplomatiek aspect doet zich ook niet voor, aangezien de actie, waar het hier om gaat, wordt ondernomen door een belangengroep, die eenerzijds wordt gedesavoueerd door concurreerende ondernemingen in eigen land en anderzijds ten onzent tracht te bereiken, wat haar door haar eigen regeering op grond van de Sherman Act reeds zeven jaar betwist wordt. In dit verband is het mede naar aanleiding van de voorstelling van zaken, welke hier en daar in de pers gegeven wordt, dienstig op te merken, dat het uitsluitend één belangengroep is, welke het Neder landsche film- en bioscoopbedrijf attaqueert, niet het Amerikaansche filmbedrijf. Ook de vermelding, dat de Amerikaansche film geweerd zou worden is apert onjuist. Goed beschouwd verkeert de Nederlandsche Bioscoop-Bond. die men identiek mag achten met het Nederlandsche film- en bioscoopbedrijf, in de positie van een aangevallene, zonder dat hem de oorlog verklaard is of de aanval hoe dan ook ge motiveerd is. Het economisch verkeer tusschen de volkeren en hun maatschappelijke geledingen heeft 1 Van de ruim driehonderd films, welke dit jaar geïmpor teerd worden, zijn er over de honderd van Amerikaansche origine.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1946 | | pagina 2