dus het vastgestelde dollarbedrag gevaar loopen overschreden te worden bij de andere valuta is de mogelijkheid van onderlinge changeering bij overschrijding van een bepaalde limiet ten koste van een andere munt in de practijk niet zoo be zwaarlijk gebleken dan zou dus het verbruik op de een of andere wijze beperkt moeten worden: Van de wijze, waarop dit zou moeten geschieden, hebben wij thans nog geen duidelijke voorstelling. Voor de hand ligt een vermindering van het maximaal aantal toegestane Amerikaansche we ken. Maar hoe zou men kunnen minderen waar bijvoorbeeld he.t maximum reeds is verbruikt? Zij, die hun 28 weken hebben opgemaakt, zouden dan bevoorrecht worden boven hen, die het met de programmeering wat kalmer aan hebben gedaan. Ofwel deze exploitanten zouden voor het eerst komende jaar op een geringer rantsoen aan Ame rikaansche vertooningsweken moeten rekenen. Maar dit wordt een rekenpartij, die ons bespaard moge blijven; immers, het aantal vertooningswe ken en het deviezenverbruik zijn in de practijk maar al te vaak onvergelijkbare grootheden. Men zou films, voor vasten prijs ingekocht, ter beschik king kunnen stellen, doch ook hierdoor brengt men den voorzichtigen exploitant, die zijn Amerikaan sche weken gesteld dat hij deze wenscht te gebruiken min of meer gelijkmatig over het jaar verdeelt, in een dwangpositie en behandelt men hem onbillijk. Bovendien is de film geen distribu tiegoed, waarover men naar eigen goeddunken zou kunnen beschikken. De mogelijkheid om het verbruik eener bepaal de valuta in dit geval de dollar binnen de grenzen te houden door een vrij plotselingen stop beteekent ongetwijfeld een element van groote onzekerheid in de bioscoopexploitatie. De bio scoopondernemer is nu eenmaal gewend vooruit te zien, hij koopt vroegtijdig in; bovendien deelt hij zijn programma's in over perioden, vaak op een langen termijn, Hij is hierbij afhankelijk van tal van factoren van economirchen aard niet alleen, maar ook van het toeval en van omstandigheden, welke hij niet altijd vermag te overzien. Zijn be drijfsvoering wordt er door op losse schroeven gezet, iets wat dit ingewikkelde en zeer wissel- vallige bedrijf niet kan verdragen, wil men het tenminste op prijs stellen, dat het Nederlandsche bioscoopbedrijf ondanks de factoren, die het door zijn aard tegen heeft, zich blijft ontwikkelen als een stabiel en gezond bedrijf. Uiteraard zal omtrent dit punt nader overleg met het betrokken Ministerie moeten plaatsvinden. Een ander bezwaar is het ontbreken van een uit zonderingsmogelijkheid op het toegestane maxi mum voor bioscopen, die door haar karakter zijn aangewezen op een product, dat niet of nagenoeg niet op de Europeesche markt wordt aangeboden. Het betreft slechts een klein aantal volkstheaters. Ook te dezen aanzien zal nader overlegd moeten worden, ten einde onbillijkheden, die tot groote zakelijke nadeelen zouden kunnen leiden, te voor komen. Intusschen frappeert het, dat het Amerikaansche maximum zonder meer is gefixeerd en omgekeerd, voor het geval het quantum dollars niet mocht worden opgebruikt, niet in de mogelijkheid is voorzien het maximum aantal weken te verhoo- gen. Hieruit zou men mogen afleiden, dat .naast overwegingen van financieelen aard ook cultuur politieke motieven aan den ministerieelen maat regel niet vreemd zijn. Beschermende werking voor de binnenlandsche industrie heeft hij voor alsnog niet; wel echter geeft hij een verdeeling aan in de programma's, die kanoen biedt en be houdt voor de overige filmimporteerende landen. Een eenzijdige industrieele overheersching ter an nexeering van het bioscoopprogramma heeft men hierdoor blijkbaar trachten te voorkomen en tege lijkertijd te bereiken, dat dit program, voorloopig helaas op liet buitenland aangewezen, zoo univer seel mogehjk blijft. Voor de bioscoopondernemingen beteekent de quoteering een belangrijke vrijheidsbeperking, al grijpt zij, gezien de practijk van het afgeloopen jaar, niet rigoreus. in. De Amerikaansche onder nemingen en zij, die Amerikaansche films impor teeren, zullen er nimmer vrede mee kunnen heb ben; de onafhankelijke importeurs daarentegen. die zich op de Europeesche markt bewegen, ac cepteeren haar dankbaar als een welkome bescher ming. De practijk van de quoteering zal ongetwij feld het bedrijf voor allerlei problemen en pro bleempjes plaatsen. Hoe moet het in de kleine gemeenten, waar men twee films per week ver toont? Hoe, wanneer men vertooningen geeft in - meerdere gemeenten, als reizende bioscoop bij voorbeeld? Hoe, wanneer men een enkele Ameri kaansche film in een speciale jeugdvoorstelling vertoont? Enz. enz. In het algemeen kan dit ge zegd worden, dat onder alle omstandigheden de verhouding in de quoteering aangegeven, dus maximaal ca. 54 Amerikaansch en minimaal 46 niet-Amerikaansch bij alle te geven voor stellingen in acht dient te worden genomen. Het Bondsbureau zal in individueele gevallen gaarne van advies dienen en zoo noodig nadere instruc ties geven. Met de verplichting tot verhuur per film is in beginsel weinig veranderd aan de gedurende het vorig jaar bij Bedrijfsreglement van den Bond in gevoerde practijk, zij het dat toen blockbooking tot een maximum van zes mogelijk was. Met de voor- oorlogsche wijze van contracteeren is volledig ge broken door de invoering van het Bedrijfsregle ment ter zake eener aanvulling van de Algemeene

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1946 | | pagina 3