s geschiktheid voor kinderen onder 14 jaar, naar to^iaaioaarneid voor jeugdige personen van H tot iö jaar en naar scnjtugueia mee guede zeüen of openoare orde voor volwassenen, bieeK. de Tweede Kamer, onaer at wij zing van net gescniktneiascri- termm voor knuieren, aan een ongeumerenucerde keurmg naar coeiaacoaarneid voor personen onder 15 jaar oe voorkeur ie geven, en sprak zij zien in meerderheid ook uit voor net beginsel van de over- heidsoemoenng met de openbare vertoonmg var films voor volwassenen. Ue tnans geidenae wet kent, in art. 16, lid 1, siecnts éen enicei criterium: dat van de toeiaaioaarheid, als niet m strijd met de goede zeden ot ae openoare orde. L>at die crite rium voor de versenmende leettijdsgroepen ver- scniilend wordt toegepast, doet aan zijn negatief karakter niet af. De Bioscoopwet van 1926 is in menig opzicht zeer bruiKDaar gebleken, zoodat de kegeenng, ge lijk door Uwe excellentie reeds is opgemerKt, in de Memorie van JLoencntmg op net bij jxoninKlijke Boodscnap van IÖ januari ïy^ü ingediende wees- ontwerp tot wijziging en aanvulling van die wet tereent van een „zegenrijke werking moent spre ken. De Centrale Keuring, en niet te vergeten de Gemeentelijke iNakeuring, heeft niet alleen recht streeks veel kwaad voorkomen, maar heeit ook, enkel door het leit van haar bestaan, preventief gewerkt in gunstigen zin. ben vergelijking met het nabije buitenland zal dit terstond duidenjk maken. Dat ondanKS enkele wijzigingen en aanvullin gen noodig werden geacht, was te wijten aan eeni- ge feitelijke omstandigheden, welke de wetgever van 19zö niet had voorzien of niet had kunnen voorzien. Het stelsel der wet werd echter in het zoo juist genoemde ontwerp van 1940 onveranderd gelaten. De opdracht, die Uwe Excellenties aan onze Commissie geven, is van veel verder Strekkenden aard. De snellere ontwikkeling van de omstandig heden tengevolge van de oorlogsgebeurtenissen en de veranderde eisenen van het maa.scnappenjk le ven hebben bij velen de vraag doen opKomen, of de bemoeiing van de Uverneid op het geoiei der filmkeuring niet verder zou moeten gaan dan tot nu toe het geval geweest is. Dat omtrent de toe passing van het beginsel der behartiging van het openbaar welzijn op deze materie zich aanzienlijke verscniilen van meening voordoen, zullen Uwe Ex cellenties zich niet vernelen.lOok omtrent de andere punten, door Uwe Excellentie aangeroerd, bleek reeds vroeger bij de openbare behandeling in de Tweede Kamer geen eenstemmigheid te bestaan. Uw Excellentie moge er intusschen van overtuigd zijn, dat allen, die tot deze Commissie zijn toege treden, zich diep doordrongen voelen van het groo- te gewicht van de hun opgedragen taak en van de verantwoordelijkheid, die zij daarmede op zich hebben genomen. Dankbaar voor het vertrouwen, dat Uwe Excellentie in ons heeft gesteld, en voor de woorden, die U tot ons hebt willen richten, gaan wij onze werkzaamheden beginnen. Moge het Rapport, dat wij Uwe Excellentie binnen niet al te langen tijd hopen aan te bieden, bijdragen tot het voorbereiden van die wettelijke maatrege len, welke de zedelijke en maatschappelijke geva ren, die de bioscoop voor het Nederlandsche volk medebrengt, naar den eisch des tij ds op de meest doeltreffende wijze zullen bestrijden! Deze plechtigheid werd door den Bondsdirec teur, den heer J. G. J. Bosman, bijgewoond, dien het Hoofdbestuur heeft aangewezen den Neder- landschen Bioscoop-Bond in deze Commissie te vertegenwoordigen. JAC. WESSEL OVERLEDEN Op Vrijdag 7 Februari eischte de Dood weder om zijn tol van het Nederlandsche Film- en bio scoopbedrijf. Jac. Wessel, een der meest geziene figuren in het Nederlandsche filmwezen, knap za kenman, uitstekend bestuurder en arbiter, wiens integriteit, boven alle lof verheven was, overleed volkomen onverwacht in den leeftijd van 62 jaar. Hij had zijn sporen verdiend zoowel in het bio scoopbedrijf als in het filmverhuurvak en was de laatste jaren tot voor kort directeur van de N.V. Warner Bros First National Pictures. In deze functie was hij geruimen tijd lid van het Hoofdbestuur alsmede lid en later Voorzitter van de Commissie van Geschillen. Als zoodanig en in andere functies heeft hij den Bond en zijn leden groote diensten bewezen. Groote achting heeft de heer Wessel zich in het bijzonder verworven doordat hij, hoewel ver tegenwoordiger van een buitenlandsch huis, zich immer realiseerde, dat hij bij de behartiging zijner zakelijke belangen de algemeene, Nederlandsche beiangen niet uit het oog mocht verliezen. Het Hoofdbestuur heeft aan mevrouw Wessel zijn bijzondere deelneming in het smartelijk ver lies betuigd. Bij de begrafenis, Welke op 12 Febru ari j.1. op Zorgvliet te Amsterdam plaats vond, was het Hoofdbestuur aan de groeve vertegen woordigd door de heeren P, J. Beynes, J. S. Croeze en Joh. Miedema. Tevens gaven het Bestuur der Bedrij f saf deeling Filmverhuurders en tal van vrienden en collega's acte de présence. Verder .werd het woord gevoerd door Verschei dene personen en bleek uit een schat van bloemen hoe bemind de overledene bij zijn bedrij f sgenooten en vrienden is geweest.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1947 | | pagina 9