liiÉlilllllliI Daar het de bedoeling van dit artikel is de leden exploitanten zoveel mogelijk voor te lichten en hen te helpen de juiste oorzaak van een eventueel slecht beeld op te sporen, volgt hier nog een voor beeld uit de practijk. Een „handicap" is, dat men, hoe slecht de af stelling van het lantaarnhuis ook is, toch licht op het doek krijgt, waardoor men dus eventueel ook niet kan opmerken hoe vuil het doek eigenlijk wel is. Zo klaagde b.v. de directie van een bepaald theater er op een zekere dag hevig over, dat het licht van de ongeveer twee jaar in gebruik zijnde hoog-intensiteits spiegelboogiamp zo slecht was ge worden, dat er zowat geen beeld meer te zien was. Evenals in de meeste gevallen was de zaalverlich ting zó „knus" gehouden, dat men bij geopende gordijnen met de beste wil niet kon zien, of het doek wit dan wel geel was. Er werden lichtmetingen gedaan, de gebruike lijke 100 Lux waren aankezig, maar er werd prac- tisch niets gereflecteerd. Het doek was dus vuil. Een stuk wit papier werd op het doek bevestigd, het projectiehcht ingeschakeld en het resultaat was: goede reflectie. De directie was echter niet overtuigd. In een tot de groep behorend naburig theater stond n.1. een ander type lantaarn .met een groter spiegel, die zó goed was, dat zelfs bij een vuil doek een goed beeld werd verkregen. De lamp uit dit theater werd naar het andere theater overgebracht, opgesteld en het resultaat was: een slecht beeld! Nu was men er eindelijk van overtuigd, dat de oorzaak toch bij het doek gezocht moest worden. Men besloot derhalve dit a raison van 20.te laten wit spuiten. Voor de leverancier betekende dit buiten zijn ergernis aan reis-, verblijf- en trans portkosten een uitgave van 100.—, Men moet toch service geven. Weinig licht voor veel geld! Op het ogenblik zijn er z.g. „hoog- intensiteits" spiegelbooglampen op de markt, die wat betreft de spiegeihoe- danigheden, diameter en koienregeling misschien wel goed kunnen zijn, echter voornamelijk aan kleinere theaters worden geleverd met de mededeling, dat de betreffende lantaarns van een dusdanige constructie zijn, dat bij een 76 neg.- pos. h.i. trim bij 25 Amp. kan worden gewerkt. Deze lampen geven inderdaad licht, dat echter om boven omschreven redenen „blauw" is. De hoog-intensiteits kolen werken als normale laag- intensiteits kolen; er is dus van enige goede gasvorming in dit geval geen sprake. Wederom: Weinig licht voor veel geld! Verder kan men gevoegelijk zeggen, dat bij het afstellen en het gebruik van hoog-intensiteits boog- lampen zowel door de leveranciers als door de operateurs nogal de hand wordt gelicht, deels door onkunde deels door eigenwijsheid. Projectietechniek is niet zo eenvoudig als men denkt, tenminste niet, als men VEEL LICHT VOOR WEINIG GELD wil hebben. De Technische Commissie is gaarne bereid aan iedereen, zowel exploitant als leverancier, de nodige instructies en voorlichting te verstrekken pver verbetering van het projectiebeeld in het alge meen en speciaal over de toepassing van HOOG- INTENSITEITS licht. Ir. E. F. W. TRIJSSENAAR EEN NIEUWE LEDENLIJST Binnenkort kan de verschijning van een nieuwe naam- en adreslijst van de Nederlandsche Bio scoop-Bond worden tegemoetgezien. Het leden boekje is voorzien van een perforatie, opdat het mogelijk zal zijn het toe te voegen aan de in voor bereiding) zijnde nieuwe uitigave van Statuten, reglementen en besluiten van de Bond, welke te zijner tijd in een stevige ringband aan alle be langhebbenden zal worden toegezonden. Uit Berlikum In vogelvlucht. „DE BOUWHOEK VAN FRIESLAND" van Paul Schuitema.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1947 | | pagina 17