IN MEMORIAM
MUTATIES TECHNISCHE COMMISSIE
11
handeld worden, dat zij de toeschouwer aangrij
pen door een realistische tendenz met idealisti
sche inslag, Ofschoon menige amusementsfilm
zulks pretendeert, zijn er toch slechts weinigen
die dit effect bereiken. Het cultureel effect van
de amusementsfilm is over het algemeen niet groot.
Zij is dan in de eerste plaats ook vervaardigd om
ontspanning te brengen. Wij hebben gezien, dat
het gevaar niet denkbeeldig is, dat er eerder cul-
tuurbedervende tendenties van deze filmcategorie
uitgaan, daar zij is aangepast aan de massasmaak
en, als handelsproduct, gebonden is aan een zo
groot en internationaal mogelijk afzetgebied. Men
kan zich echter voorstellen, dat het meer dan'thans
het geval is; mogelijk moet zijn, films te vervaar
digen, die naast voortreffelijke ontspanning tevens
een bepaalde cultuurverheffende werking bezitten.
De zuivere kunstfilm tenslotte is in zijn uitersten
vorm slechts een product, geschikt voor betrek
kelijk weinigen. Zij zal haar invloed blijven uit
oefenen op amusementsfilm-en documentaire, ook
al wegens de nieuwe technische wegen, die voort
durend door haar worden gevolgd. Die invloed
zal stijgen naar gelang men gevoeliger geworden
voor dezen volkomen eigen vorm van beeldende
kunst, haar beter leert waarderen.
Moge ik dan thans dit korte en uiteraard zeer
onvo'lledige exposé besluiten met de wens uit te
spreken, dat allen, die bij het bioscoopbedrijf ziin
betrokken beseffen, dat hen met de film een steeds
belangrijker wordend instrument van volksbeïn
vloeding is gegeven en dat zij op grond daarvan
dat verantwoordelijkheidsbesef naast gevoel voor
hun commerciële belangen zullen kunnen handha
ven, dat kan leiden tot een groter geestelijk we'lzijn
van de Nederlandse bevolking.
De Bond betreurt het verlies van twee zijner
leden, welke hem kort na elkander zijn ontvallen.
Op Zondag, 21 September overleed in de ouder
dom van 67 jaar Mevrouw de Weduwe A. C. van
Berkel-Siegenthaler, exploitante van het Luxor
Theater te Waalwijk.
De begrafenis vond plaats in Waalwijk op 23
September, waarbij het Hoofdbestuur van zijn
deelneming heeft doen blijken.
Op Woensdag 1 October is, na een kortston
dige ziekte, te Amsterdam overleden de heer
Eduard Pelster, die jaren lang lid was van de
Bond als exploitant van een verhuurkantoor, dat
zich hoofdzakelijk specialiseerde in het in verto
ning brengen van cultuurfilms.
Als importeur van deze bijzondere films was de
heer Pelster een unieke verschijning, wiens naam
ook buiten het bedrijf een vertrouwde klank had in
de kringen der filmliga's, verenigingen en scholen,
welke zeer veel van zijn adviezen en grote vak
kennis hebben mogen profiteren.
Bij de teraardebestelling, welke Maandag 6 Oc
tober 1.1, plaats vond op de R.K. begraafplaats
,,Buitenveldert", waren verscheidene vertegen
woordigers van het bedrijf aanwezig om de over
ledene de laatste eer te bewijzen.
Het Hoofdbestuur van de Bond en het Bestuur
van de Bedrijfsafdeling Filmverhuurders hebben de
familie van de overledene hun deelneming betuigd.
De heer R. Uges, die het voorzitterschap van
de Technische Commissie heeft bekleed van haar
installatie af, heeft zich in verband met zijn vele
en drukke werkzaamheden genoodzaakt gezien
deze functie neer te leggen. Het Hoofdbestuur
heeft bij deze gelegenheid zijn grote waardering
uitgesproken voor het zeer vele werk, dat door de
aftredende voorzitter ten bate van het gehele be
drijf werd verricht.
Het werk van de Technische Commissie, dat
even als iedere commissoriale arbeid in ons bedrijf,
op vrijwel onopvallende wijze geschiedt, verdient
wel gememoreerd te worden. Enerzijds heeft het
het bioscoopwezen een grote besparing bezorgd
door de zwarte handel in technische apparaturen
en onderdelen daarvan te elimineren, anderzijds
heeft het het technisch niveau, dat ten gevolge
van bezetting en naoorlogse schaarste zeer gele
den had, opnieuw omhoog gestuwd en perspec
tieven geopend voor de technische perfectionne-
ring. Het werk der Commissie heeft de exploitant,
meer nog dan voorheen, bewust doen worden van
het feit, dat de cabine het hart van de bioscoop
is en dat de perfectie van de technische outillage
ten opzichte van veiligheid en kwaliteit der voor
stelling van de grootste betekenis is.
De Commissie heeft prachtige initiatieven ge
nomen, die voor de toekomst van groot belang
kunnen zijn. De heer Uges heeft tientallen zittin
gen gepresideerd en met zijn medewerkers in deze
Commissie resultaten bereikt, waarvoor het gehele
bedrijf hem erkentelijk is.
Tot opvolger van de heer Uges werd aange
wezen de heer W. F. Dubbeldeman, directeur van
de N.V, Capitol Theater te Amsterdam, die daar
voor vice-voorzitter der Commissie was, terwijl
tot lid werd benoemd de heer G. H. Groenewe-
gen, directeur van het Lido Theater te Leiden.