2),e QAo-ene, Atnltekdatntneb
„Uit de richtlijnen van de minister blijkt voorts,
dat er in films geen onderscheid wordt gemaakt:
zij alle zijn vermaak zonder uitzondering. Dat is
een zeer gemakkelijke oplossing, maar volkomen
onjuist. Ongetwijfeld zal een waardering in film-
kwaliteiten moeilijkheden in de practijk met zich
brengen, maar men kan de cowboyfilm met de
beste wil van de wereld niet gelijkstellen aan een
film, door een kunstenaar vervaardigd".
..Ti
ilsiO
lil
wee aanslagen op de cullnnr
.Ongeveer gelijktijdig komen van de zijde van
de regering twee maatregelen, die een aanslag be
duiden op onze cultuur. De eerste is de aankon
diging van de verlaging van het subsidie voor het
na de oorlog juist enigermate op poten gezette
toneel, de tweede die van een sterke verhoging
van de vermakelijkheidsbelasting, welke voorna
melijk de bioscopen zal treffen," met deze woor
den luidt ,,De Groene", onafhankelijk weekblad
voor Nederland en Vlaanderen, een artikel in, dat
onder bovenstaande titel in de aflevering van
6 December 1.1. verscheen. En na een pleidooi te
hebben gehouden voor onverminderde subsidie
aan het toneel, bespreekt het blad de funeste ge
volgen, welke de verhoging van de vermakelijk
heidsbelasting voor het Nederlandse filmwezen
zal hebben.
,,De financiële kant van de zaak", aldus het
blad, zullen we hier al geeft de hoogte van de
heffing allerminst blijk van enig inzicht bij de
regering voor de betekenis van dit volksvermaak
in deze toch al niet zo opgewekte tijden niet
bespreken. Waar we het wél over willen hebben,
is de volledige miskenning welke
in dit besluit ligt, ook weer voor
de culturele waarde van de goede
film.
Voor het toneel, voor concerten, voor sport-
bijeenkomsten wordt een uitzondering gemaakt,
hier blijft het oude tarief van de vermakelijkheids
belasting gelden, voor de bioscoop bestaat geen
uitzondering, goede en platvloerse films worden
over één kam geschoren, de factor cultuur, die
elders wel erkend wordt, blijft hier buiten be
schouwing. En hiertegen dient ernstig te worden
geprotesteerd.
Want wat zal het geval zijn?
Nu de exploitatie van een bioscooptheater moei
lijk zal worden, zal de exploitant er op uit zijn
die films te vertonen, van welke hij veronderstelt
dat zij een grote aantrekkingskracht zullen bezit
ten voor een zeer groot publiek. De prima pu
bliekfilms", zoals die werken in het vakjargon
heten. In de meeste gevallen zullen dat niet de films
zijn met de grootste aesthetische, met de belang
rijkste culturele waarde. Integendeel. Die culturele
films, die hij tot dusverre er tussendoor kon ver
tonen, zullen zijn belangstelling niet zeer meer
kunnen wekken, hij moet krakers" hebben, zoals
dat dan eveneens in de vaktaal heet. Het gevaar
in deze belastingverhoging ligt dus in de onge
remde vertoning van almaardoor „krakers", ligt
in een plotselinge vermindering van het culturele
peil in onze bioscooptheaters.
Het verzuim om bij deze belastingheffing een
onderscheid te maken tussen voor ons volk waar
devolle films en de loutere amusements- en ver-
strooiingsfilms, is daarom ernstig. Hoe slecht de
financiële toestand van een land ook mag zijn, hij
mag er nooit toe leiden om op grond daarvan met
open ogen de cultuur naar omlaag te halen. Een
regering die dit niet ziet, geeft blijk van een ver
wonderlijke bekrompenheid en van een volkomen
De Indonesische hevolking heeft dringend
behoefte aan medische hulp
Uil de jilm
..MELODIE DER BARMHARTIGHEID"