DE GESCHIEDENIS VAN DE ^DOOR E. J. VERSCHUEREN^ en 21 MEEN niet, lezer, dat ik U een verhaal ga vertellen over de amoureuze avon turen van een cineast, want als ge zulks zoudt verwachten, dan zal ik U bitter teleurstellen. Cineast is een lelijke benaming voor een inter nationaal beroep, en maagdnu ja, dat weten we. Ik zal U slechts vertellen van de Nederlandse Cineast en de Nederlandse Maagd. Het is een eentonige geschiedenis, één onder zeer vele, waartoe ik thans overga. Ja, eentonig zal ze wezen, eentonig als het ver haal van de werkzaamheden der mier, die haar bijdragede rest kunt U zelf nalezen in de inleiding van die andere eentonige geschiedenis, die van Saidjah en Adinda. Toen de film zich van kermisvermaak opwerkte tot zelfstandig volksvermaak, toen enkele kunste naars naar dit nieuwe middel grepen om hun artistieke aspiraties uit te leven en toen dit streven niet door de industrie werd overgeno men, ontstonden in verschillende landen groepen van kunstminnenden, die de verrijzenis van deze nieuwe Muze signaleerden en propageerden. Ook in ons land: in de vorm van de filmliga. Daarbij bleek, dat ook hier mensen rondliepen met aspiraties voor de film als kunst en hun pro ducten trokken de aandacht van de liga's, ook in het buitenland. Het was de eerste, vluchtige kennismaking tussen de cineast en de maagd. Maar de cineast wilde niet inzien, dat een vluchtige kennismaking nog geen belofte inhoudt. Hij wilde zijn leven op deze kennismaking bou wen en toen de komst van de geluidsfilm het maken van films zeer kostbaar maakte, kon hij voor zijn maagd dit dure vermaak" niet langer bekostigen en zij keerde zich zonder wroeging tot de producten van beter gesitueerde „cineas ten" uit het buitenland, die haar in de door hen geschapen droomwereld ook eigenlijk een veel zoeter geheim toefluisterden. En toch maakte de cineast nog wel eens iets, o, heel bescheiden, want hij moest er zijn laatste spaarduit en het huishoudgeld aan opofferen, en waarlijk, de maagd toonde weer belangstelling, zij het niet veel. Had ze dit nu maar niet gedaan: de cineast zou dan wellicht zijn heengegaan. Zijn ondergang zou bitter zijn geweest, maar mijn verhaal zou dan hiermede ten einde zijn. De cineast wilde echter nog niet begrijpen, dat belangstelling geen belofte inhoudt, en omdat die beter gesitueerden hun korte dromen cadeau deden bij de grote, hadden de bioscopen de Ne derlandse filmpjes, die de cineast immers niet cadeau kon doen, ook niet nodig, en omdat de maagd er ook niet om vroeg Ik heb U gezegd, lezer, dat mijn verhaal een tonig is. Toen na de omwenteling bij onze oosterburen in 1933 vele hunner cineasten in het buitenland werk zochten, werden ook hier films gemaakt, grote, en de maagd toonde veel belangstelling, maar ze vergat te vragen, of dat nu werk was van de Nederlandse cineast en zo niet, waarom dan niet. Zij was hem eigenlijk helemaal verge ten, ofschoon hij toch ook een paar grote films maakte. Maar hij had niet de goede verbindingen met Het Bedrijf, en die kon hij ook niet krijgen, omdat hij ,,geen ervaring" had en de maagd er niet voor had gezorgd, dat hij ervaring kon krij gen, zoals de schilders of de musici. Zij was hem eigenlijk helemaal vergeten tot... 10 Mei 1940. In de toen volgende 5 jaren konden al diegenen, die niet met de vijand wilden werken, niets doen... of tóch wel? Ja, plannen maken! Want toen de maagd aan handen en voeten ge kluisterd lag, herinnerde ze zich de cineast! In het geheim vonden zij elkaar! Na de oorlog zou de maagd een actieve cul tuurpolitiek voeren en ook een eigen Nederland se filmcultuur moest er komen. Zij had nu gezien hoe belangrijk de film is, welke invloed zij kan uitoefenen op de grote massa: ten goede en ten kwade! Dus moest de filmproductie in Neder land in goede banen worden geleidna de oorlog. De cineast was optimistisch: hij is immers een idealist en idealisten zijn zo 5 Mei 1945. Nu zal het komen. Nu zal het verhaal van de cineast en de maagd een echt verhaal worden! Toen de lijfelijke vijand weer uit ons land ver dwenen was en toen de groeps- en partijbelangen, de politieke en confessionele richtingen weer meer op de voorgrond traden, toen Ach lezer, ik heb U immers gezegd, dat mijn verhaal eentonig is! Maar toch was de maagd de cineast ditmaal niet helemaal vergeten. Ditmaal bleef er van de ineast

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1948 | | pagina 23