deze Studio, omdat hierdoor het bewijs geleverd wordt, dat de leden van de Nederlandsche Bio scoop-Bond bereid zijn offers te brengen, wanneer het gaat om een gemeenschappelijk goed en wan neer het gaat om een volksbelang. De leden van de Bond zijn hun woord gestand gebleven, hun woord gegeven onder meer gunstige omstandigheden, toen er nog sprake was van een zogenaamde hoogconjunctuur en trots vervult ons hart, dat hun ondanks alles de overtuiging is bijge bleven, dat het hun taak was en is de voorwaarden en de outillage te scheppen, waardoor de vervaar diging van Nederlandse films mogelijk wordt. Maar wanneer ik spreek van verheugenis dan wil dit niet zeggen, dat deze onverdeeld is, integendeel. Mijn vreugde over de totstandkoming gaat gepaard met zorg voor de toekomst. Er zal voor moeten worden gezorgd, dat deze Studio in stand blijft, dat er blijvend geproduceerd zal kunnen worden en ik waag het erop een materialist genoemd te worden, indien ik met de meeste aandrang de hier aanwe zige autoriteiten mededeel, dat deze Studio niet aan haar doel kan beantwoorden, indien voor het vertonen van Nederlandse films geen belasting vrijdom zal kunnen worden verkregen. Ons taal gebied is ten enen male te beperkt om de hoge kos ten van de Nederlandse film in eigen land te amor- tiseren, indien de vertoning zou moeten plaats vin den onder de druk van de huidige belasting op ver makelijkheden. En wanneer ik hier een beroep doe op de autoriteiten, dan doe ik dat niet om voor onze leden een extra winst te behalen, maar in de volle overtuiging, dat ik het zou betreuren wanneer deze jonge plant van Nederlandse bo dem in zijn prille bloei zou wor den verzengd door een fiscale si rocco en zodoende alle offers vergeefs zouden zijn geweest. Laten wij ons wel realiseren, dat de plannen voor deze Studio zijn gerijpt in een tijd van zoge naamde hoogconjunctuur en dat zij zijn verwezenlijkt in een perio de van teruggang van zaken, een teruggang, die dubbel gevaarlijk wordt nu de Overheid, uitgaande van basiscijfers uit de boom periode, niet geaarzeld heeft de belastingdruk met 75 °/c te ver zwaren ten koste van de exploi tanten. Dit bracht met zich mede een winstderving van rond vier millioen gulden voor het bedrijf, in zoverre de winst toereikend zou blijken, om van derving te spreken, en, naar het zich laat aanzien, meerdere bedrijven door deze maatregel hun resultaten aan de andere zijde van de balans tot uitdrukking zien komen. Wanneer de hoogte van de kunst zou moeten worden afgemeten naar mate er minder kapitaal investering voor nodig is, dan hoort de filmkunst thuis in de lagere regionen. Immers is er een andere kunstuiting denkbaar, waar zooveel kosten mee ge paard gaan als met de film?" De Bondsvoorzitter sprak de hoop uit, dat de Nederlandse producenten en filmkunstenaars in deze filmstudio één hunner stoutste dromen ver wezenlijkt zullen zien. ,,De Pegasus staat getuigd en briesend voor de poorten, wachtend op zijn berijder", zeide hij schertsend. „Gij weet, het is een edel maar ook kostbaar ros. Moge gij de moed vin den om hem te bestijgen en de sporen in de flanken te drukken." Alvorens zijn rede te beëindigen, wendde de heer Vermin zich tot de Burgemeester van Amsterdam, Mr. Arn. J. d'Ailly, deze eraan herinnerend, dat hij in zijn rede, uitgesproken bij de opening van de Filmtentoonstelling, ter gelegenheid van de viering van het 30-jarig bestaan van de Nederlandsche Biosccop-Bond, reeds de aanstaande opening van Gedeeltelijk overzicht van de nasynchronisatiehal van de Neder landse Filmstudio tijdens de toespraak van de Bondsvoorzitter. Op de eerste rij vd.n.r. o.m. de heren G. Pippel, Raadadviseur van het Min. v. Ond. K. en W.. Mr. Arn. J. d'Ailly, burge meester van Amsterdam, Mr. H. Reinink en Dr. N. R. A. Vroom resp. Secretaris-Generaal en Hoofd v. d. Afdeling Kun sten v. h. Min. v. Ond. K. en W.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1948 | | pagina 15