Zwitserland 15 dene landen navolging heeft gevonden. Dat deze ,,self-regulation" de onverholen pauselijke waar dering wist te verwerven, zal niemand verwonde ren, die bekend is met het feit, dat het Katho lieke episcopaat in de Verenigde Staten zich steeds hardnekkig heeft verzet tegen invoering van een federale filmcensuur. Herhaaldelijk zijn pogingen ondernomen om een federale censuurwet in te voe ren. Te beginnen met de zogenaamde Upshaw Bill in 1924 en te eindigen met de zogenaamde Neely Bill in 1940 zijn niet minder dan 44 wetsontwer pen ingediend, tot invoering van een of andere vorm van administratieve censuur, welke alle wer den verworpen, tengevolge van het verzet der Ka tholieken en de American Federation of Labor. De National Legion of Decency, de organisatie der Amerikaanse katholieken op filmgebied, clas sificeert films in de termen der christelijke zeden leer en brengt deze morele waardebepalingen in een twee-wekelijkse lijst ter kennis van het publiek, opdat dit wordt ingelicht over het morele karakter van de vertoonde films en, daardoor, in staat wordt gesteld voor zichzelf een juiste keuze te doen. De ze publicaties worden ook in de Amerikaanse film- vakpers opgenomen. Het Legion staat onder leiding van de Filmcom- missie der Katholieke Bisschoppen, waarvan, be halve bovengenoemde voorzitter nog vier bisschop pen deel uitmaken. Jaarvergadering der Zwitserse zusterorganisatie De Schweizerische Lichtspieltheater-Verband heeft in zijn 35e ledenvergadering hulde gebracht aan de nagedachtenis van zijn onlangs verscheiden voorzitter, de heer G. Eberhardt. Na goedkeuring der jaarstukken werd met slechts 11 stemmen tegen het voorstel aangenomen om het vertonen van het nationale filmjournaal wederom voor twee jaar verplichtend te stellen, waardoor de voortzetting van dit journaal voor die periode verzekerd is. Tot de belangrijkste onderwerpen, welke verder ter sprake kwamen, behoorden o.m. reglementering van het smalfilmwezen in bondsverband, wijziging der bestaande auteurswetten, welke niet voldoende is aangepast aan de ontwikkeling van de film, alsmede het televisievraagstuk. Verreweg de belangrijkste op deze vergadering genomen beslissing was het besluit om conform de resolutie van het in Mei jl. te Parijs gehouden Internationale Congres van Bioscoopexploitanten voorlopig geen enkele film in de Zwitserse bio scopen te vertonen, die door middel van een tele visietoestel in Zwitserland kan worden ontvangen, althans zolang er geen internationale regeling met de televisiemaatschappijen tot stand is gekomen. NIEUWE UITGAVEN STATUTEN, REGLE MENTEN EN BESLUITEN VAN DE BOND Achtereenvolgens zijn sedert April verschenen en aan de leden en donateurs toegezonden de Bondsboekjes: no. 1, inhoudende de Statuten, het Algemeen Bondsreglement, het Arbitrage Bonds reglement en de Arbitrage-Overeenkomst N.B.B, en N.V.B.; no. 2, inhoudende het Gewijzigd Algemeen Be- drijfsreglement, het Overgangsbesluit d.d. 25 April 1950, het Bedrijfsbesluit inzake Reizende Bioscopen en het Bedrijfsregle- ment op de Lijst van Geen Bezwaar; no. 3, inhoudende de Algemene Voorwaarden van Verhuur en Huur van Films en het Aanvullingsreglement Bondsvoorwaarden; no. 4, inhoudende het Uniform Reglement van de Provinciale en Plaatselijke Afdelingen van Exploitanten, het Reglement van de Bedrijfsafdeling Filmverhuurders, het Con- tributiebesluit, het Reglement op de Weer- standskas, het Reglement Recette-controle, het Bedrijfsbesluit inzake de Uitvoering der Deviezenregeling, het Bedrijfsregle- ment terzake van de Filmvertoning, het Bedrijfsbesluit inzake zogenaamde „Smal- films", het Reglement op het Naamregister en het Filmbeurs-Reglement. Binnenkort zal de laatste uitgave, namelijk boekje no. 5, verschijnen, waarmede dan alle leden en donateurs in het bezit zullen zijn van een nieuwe complete serie Statuten, reglementen en besluiten van de Nederlandsche Bioscoop- Bond. Extra exemplaren kunnen worden besteld tegen betaling van de daarop vermelde prijs. DAGCURSUSSEN Van het Bestuur der Stichting „Instituut voor Opleiding van Technisch Bioscooppersoneel" ver nemen wij, dat zich voor de dagcursus 1950/51, waarvan de kosten ditmaal werden bepaald op 200.slechts vijf deelnemers hebben aange meld, zodat deze cursus wegens gebrek aan be langstelling geen doorgang zal kunnen vinden.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1950 | | pagina 16