NIEUWS UIT HET BUITENLAND Duitsland TIJDENS de XHIe Biënnale zijn de orga nisaties van bioscoopexploitanten, die lid zijn van de Europese Unie van Bioscoopexploitanten Union Européenne de 1'Exploitation Cinémato- graphique), wederom te Venetië in vergadering bijeengekomen. Er waren vertegenwoordigers uit België, Frankrijk, Groot-Brittannië, Israël, Italië, Luxemburg, Nederland, Oostenrijk, Portugal, Spanje en Zwitserland. De Nederlandsche Bio scoop-Bond was vertegenwoordigd door de heer Joh. Miedema, Secretaris van het Hoofdbestuur, en de Bondsdirecteur, de heer J. G. J. Bosman. Het belangrijkste punt van bespreking op de vergaderingen, die van Maandag 9 tot Vrijdag 12 September werden gehouden, was de vaststel ling van de Statuten. Deze hebben thans hun de finitieve vorm gekregen, waarmede de oprichting van de Unie een feit is geworden. De organi satie heeft nu een bredere basis doordat ook ver enigingen van exploitanten uit de buiten Europa gelegen landen tot het lidmaatschap kunnen wor den toegelaten. In verband hiermede is de naam Europese Unie van Bioscoopexploitanten gewij zigd in Internationale Unie van Bioscoopexploi tanten. Het Bestuur van de Unie is thans samen gesteld als volgt: Henri Dutillieu (België), voorzitter; Itale Ge- mini (Italië), vice-voorzitter; Adolphe Trichet (Frankrijk), algemeen secretaris. Roger Xardel (Frankrijk), penningmeester; Graaf Edmundo Incisa di Camerana (Italië), Mosho Shapiro (Is raël), J. G. J. Bosman (Nederland) en Léon Hen- drickx (België), leden. Alvorens de gedelegeerden uiteen gingen heb ben zij de agenda vastgesteld van de werkverga dering, welke einde Januari 1953 te Parijs zal worden gehouden. Onderscheidene brandende kwesties, cnder meer betreffende auteursrecht en vermakelijkheidsbelasting, zullen daar besproken worden door de vertegenwoordigers der landelijke exploitantenorganisaties. De Internationale Federatie van Verenigingen van Filmproducenten (Fédération Internationale des Associations de Producteurs de Films), waarbij de Nederlandsche Bioscoop-Bond is aangesloten, heeft onlangs rege len vastgesteld waaraan filmtentoonstellingen of festivals moeten voldoen om haar officiële erken ning te verwerven. Voortaan zal de Federatie haar medewerking alleen verlenen aan die manifesta ties, die haar goedkeuring hebben verworven. Aangezien 17 nationale producentenverenigingen, die tezamen een productie van meer dan 1200 hoofdfilms per jaar vertegenwoordigen, lid zijn van de Federatie, zal het in de toekomst practisch niet meer mogelijk zijn filmfestivals te organiseren zonder haar medewerking. De reden voor dit vérstrekkende besluit is op de eerste plaats de onmogelijkheid om op het groei ende aantal filmfestivals altijd een voldoende aan tal films van bijzondere klasse te kunnen vertonen. Daarbij zou de waarde van manifestaties van deze aard dcor een al te grote frequentie al spoedig devalueren. De Federatie onderscheidt thans vier catego rieën van filmmanifestaties. te weten: a. internationale festivals met het karakter van een competitie; b. internationale filmfestivals, welke niet het karakter van een competitie hebben; c. internationale filmfestivals, welke zich beper ken tot speciale films (wetenschappelijke films, films over kunst enz.) al dan niet met her karakter van een competitie; d. nationale filmfestivals. Als zodanig worden ook beschouwd manifestaties waar weliswaar films van twee of meer nationaliteiten worden vertoond, maar die toch geen uitgesproken internationaal karakter hebben, hetzij in ver band met haar betrekkelijke betekenis, hetzij omdat zij niet door een internationaal publiek worden bijgewoond. Het bestuur van de Federatie zal deze maand bijeenkomen om een beslissing te nemen over de verzoeken tot erkenning als festival, welke ulti mo October moesten zijn ingediend. Tevens is besloten voor de sub a genoemde categorie een jaarlijkse Grand Prix de la Pro duction Internationale" in het leven te roepen. Duits-Italiaanse filmovereenkomst Nog tijdens de Biënnale te Venetië werd aan de pers medegedeeld, dat er een Duits-Italiaanse filmovereenkomst was gesloten, welke namens Duitsland was ondertekend door Dr. Mangold, als gevolmachtigde van het Ministerie van Econo mische Zaken der Bondsrepubliek, en Nicola de Piro, als directeur-generaal van het Italiaanse filmwezen. Door deze overeenkomst wordt inzonderheid geregeld de gemeenschappelijke vervaardiging van films, de zogenaamde co-producties. Meer en meer gaat men er toe over om gemeen schappelijk films te vervaardigen, waarbij aan de 21

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1952 | | pagina 22