25 de „afsnijding" door de diverse beeldvensters tot een minimum te beper ken. Reeds lang hadden de optische experts uitge maakt, dat het voor het oog zeer vermoeiend is om te kijken naar een in tensief verlicht beeld- veld, dat door een don kere rand wordt omslo ten. Als men dit zwarte kader weglaat en ver vangt door een reflecte rende omlijsting, krijgt men een aanzienlijk gro tere zichtbaarheid in het midden van het gezichts veld, wat minder inspan ning van het oog vergt. Men kan dit systeem bij alle schermverhoudingen toepassen, maar dit zo genaamde „kaderloze" scherm wordt in het bij zonder aanbevolen bij de projectie van stereosco- 'pische films. Ter illustratie van en kele zeer uiteenlopende beeldverhoudingen pu bliceren wij hier enige fotc/s van een lichtge- bogen kaderloos pano- ramascherm, van 15 m x 7,5 m., zodat breedte en hoogte zich verhou den als 2 1. De diepte van de curve is bijna 1 m. en dus niet groter dan bijvoorbeeld die van het door CinemaScope gebezigde doek, dat ech ter ruwweg 2]/2 x zo breed als hoog is (2,55 1). Op de eerste foto ziet men de projectie van een normaalfilm in de standaardverhouding 4 3 of 1,37 1. De tweede foto laat dezelfde film zien, maar nu geprojec teerd door een beeld venster van, gewijzig de afmetingen, name lijk in een verhouding Filmbeeld van een gewone normaaljilm geprojecteerd 1,375 t op een panoramadoek. de huidige standaardverhouding 4 3 of Hetzelfde filmbeeld maar nu geprojecteerd in een Verhouding van 1,86: 1 op hetzelfde panoramadoek, waarbij zowel van de boven als van de onderkant /2% is weggevallen. Filmbeeld opgenomen en geprojecteerd met een breedtelens in een verhouding van 2:1. in

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1953 | | pagina 26