A. P. C. T. du Mée, J. L. Paerl, A. G. Visser,
J. Weening en A. F. Wolff. Ten slotte deed de
heer Van Biene het voorstel om over deze
candidatuur met gesloten briefjes te stemmen ten
einde de leden de gelegenheid te geven van hun
opvatting te getuigen door blanco te stemmen,
welk voorstel echter geen meerderheid wist te
verwerven.
Hierop werd de heer L. Groen, directeur van
de Warner Bros. First National Pictures N.V. te
Amsterdam, bij enkele candidaatstelling herkozen,
In de vacature, ontstaan door het aftreden van de
heer J. S. Croeze, die zich om gezondheidsredenen
niet herkiesbaar had gesteld, werd voorzien door
de verkiezing bij enkele candidaatstelling van de
heer D. J. van Leen, eigenaar van het Filmver
huurkantoor Centrafilm te Dordrecht.
Voor de vacature, ontstaan door het periodieke
aftreden van de heer W. K. G. van Royen, waren
candidaat gesteld de heren W. K. G. van Royen,
directeur van de N.V. Holland Film te Amster
dam en C. M. Westland, exploitant van het City
Theater en het Luxor Theater, te Wageningen.
Eerstgenoemde werd met 173 tegen 65 stemmen
en 11 onthoudingen herkozen.
De ingevolge artikel 8 van het Filmbeursregle
ment aftredende leden van de Filmbeurscommissie,
de heren A. J. Dresscher te Amsterdam, Ch. Hart
te Beverwijk en J. Nijland Sr. te Utrecht werden
herbenoemd.
Reglementswijzigingen
In zijn toelichting op zijn voorstel tot herstel
van artikel 25 van het Algemeen Bonds
reglement in zijn oorspronkelijke vorm had
het Hoofdbestuur er op gewezen dat de op 23
April 1951 aangebrachte wijziging, waardoor de
benoemingsduur van de leden van de Ledenraad
- die oorspronkelijk twee jaar was verkort werd
tot één vergadering of derzelver voortzetting, in
de practijk niet steeds bevredigend bleek te wer
ken. Ten gevolge hiervan hadden verschillende
Afdelingen de wens kenbaar gemaakt om de be
noemingsduur van de leden van de Ledenraad
weer op twee jaar vast te stellen.
Op dit voorstel was door de Bedrijfsafdeling
Filmverhuurders een amendement ingediend er op
neerkomende, dat de verkiezing van de leden voor
de Ledenraad in den vervolge uitsluitend zal ge
schieden uit de tijdig schriftelijk gestelde candi-
daten. Hierdoor wordt voorkomen dat staande ter
vergadering candidaten worden gesteld, waar
door, zoals in de practijk gebleken is, verwarring
kan ontstaan.
Niet alle leden bleken zich met het voorstel tot
herstel van artikel 25 in zijn oorspronkelijke vorm
te kunnen verenigen. Sommigen vreesden dat
daardoor de Afdeling een middel ontnomen zou
worden om een Ledenraadslid, dat in strijd met
de opvattingen en wensen van de meerderheid van
zijn Afdeling zou handelen, tot de orde te roepen.
Het voorstel van het Hoofdbestuur met het
amendement van de Bedrijfsafdeling Filmverhuur
ders werd ten slotte na ampele discussie met een
grote meerderheid van stemmen aangenomen.
De tekst van artikel 2'5 van het Algemeen
Bondsreglement luidt thans als volgt:
A. Voor de benoeming van de leden van de
Ledenraad, die worden benoemd door de
algemene ledenvergadering der Bedrijfsaf
deling Filmverhuurders, kan ieder lid dier
afdeling schriftelijk aan haar bestuur candi
daten aanbevelen, die moeten zijn hetzij zelf
lid dier afdeling hetzij lid ener maat- of
vennootschap onder firma of bestuurder
ener naamloze vennootschap, vereniging or
stichting, welke lid dier afdeling is, mits die
aanbeveling door nog ten minste vijf leden
dier afdeling schriftelijk ondersteund wordt
en bij het bestuur dier afdeling wordt inge
diend uiterlijk twee weken vóór de dag der
algemene ledenvergadering, waarop de be
noeming geschiedt.
B. De verkiezing geschiedt uit de aldus verkre
gen candidaten.
C. Het bestuur dier afdeling is verplicht met
vermelding van het aantal te vervullen
plaatsen haar leden minstens één maand
vóór de algemene ledenvergadering der af
deling, waarop de benoeming zal plaats heb
ben, uit te nodigen namen der gewenste can
didaten op te geven.
Het afdelingsbestuur is voorts verplicht de
leden der afdeling tenminste zeven dagen
vóór de dag van die algemene ledenverga
dering schriftelijk kennis te geven van de
namen der gestelde candidaten.
D. De benoeming van alle leden van de Leden
raad, die niet als zodanig lid van de Leden
raad zijn, geschiedt voor de tijd van ten
hoogste twee jaar, met dien verstande, dat
elk jaar de helft (bij oneven aantal naar
boven af te rondenzowel van de door een
plaatselijke of provinciale afdeling als van
de door de Bedrijfsafdeling Filmverhuur
ders benoemde leden aftreedt volgens een
door de Ledenraad te maken rooster.
E. De aftredenden zijn terstond herbenoem
baar, echter met inachtneming van hetgeen
in de vorige alinea's van dit artikel is be
paald; niettegenstaande hun aftreden vol
gens rooster blijven zij in functie, zolang
geen nieuwe benoeming heeft plaats gehad.
Een van de belangrijkste ter vergadering be
handelde agendapunten betrof het voorstel van