Frankrijk 21 schade kan naar mening van de rechtbank eerst ontstaan indien in het desbetreffende gebied reeds een opmerkelijk aantal ontvangsttoestellen aanwe zig is, dat een noemenswaardig deel van het pu bliek bedient en daardoor het bezoek aan dezelfde film in de bioscoop doet verminderen. Deze om standigheden bestonden niet in het onderwerpe lij ke geval. Deze beide beperkingen, die aanleiding waren tot het niet-ontvankelijk verklaren van de eis tot schadevergoeding van de exploitant in quaestie. doen evenwel in generlei opzicht afbreuk aan de principiële overwegingen van het vonnis. Week van de culturele- en documentaire film Van 31 Mei tot 15 Juni j.1. is te Mannheim de „Derde Week van de Culturele- en Documentaire Film" gehouden, welke niet alleen de belangstel ling trok van de pers en het bedrijf, maar ook van tal van vertegenwoordigers uit de kringen van de lands- en gemeentelijke overheid, van vele leden van de Bondsdag en vertegenwoordigers uit on- derwijskringen. Deze jaarlijkse manifestatie is geen festival maar heeft ten doel een doorsnede te laten zien van de productie van culturele- en do cumentaire films. Hiertoe rekent men ook de kin derfilms (onder meer sprookjesfilms)industrie- films van internationale betekenis, reclamefilms, psycho-analystische films en actualiteiten. Het stadsbestuur van Mannheim verleende aan deze jaarlijkse filmweek grote steun door een grote reductie van de vermakelijkheidsbelasting en aanzienlijke subsidies. Ruim 50.000 schoolkin deren werden in de gelegenheid gesteld de drie grootste bioscopen te bezoeken, waar films uit twintig landen werden vertoond. Opiinie-onderzoek inzake bioscoopbezoek Het Centre National de la Cinéma- t o g r a p h i e, de overkoepelende organisatie van het Franse filmbedrijf, heeft een opinie-onderzoek doen instellen betreffende het bioscoopbezoek, waarvan de resultaten thans in een vijfhonderd bladzijden tellend rapport zijn gepubliceerd. De documentatiedienst van het Centre National heeft hiervan een korte samenvatting gegeven, welke met grafieken is verlucht. Uit deze, vooral voor de bedrijfsleden, zeer in teressante, samenvatting volgen hier enige karak teristieke opmerkingen: Het onderzoek werd verricht door ondervra ging van 3578 personen van vijftien jaar en ouder, gekozen uit de bevolkingsagglomeraties van ge heel Frankrijk, te weten: Klasse A: 358 uit de meer gegoede burgerij 10'' Klasse B: 894 uit de gewone middenstand 25 c/< Klasse C:1610 uit de werkende klasse 45r^ Klasse D: 716 uit het economisch zwak kere bevolkingsdeel 20 Sv welke verhoudingscijfers overeenstemmen met de gemiddelde stedelijke bevolking. Van de 100 ondervraagden, gaan er 64 wel en 36 niet naar de bioscoop. Deze 36 Fransen komen in klasse D voor, bij personen van 50 jaar en ouder en in het Zuid-Oosten en het Westen van Frankrijk. Van die 36 plachten er 30 vroeger de bioscoop te bezoeken, maar gaan er nu niet meer heen. en wel: „wegens gebrek aan tijd" of ,,in beslag ge nomen door de kinderen": 29 „omdat zij andere vormen van ontspanning prefereren" of films als slecht beschouwen": 32% „de prijzen te hoog zijn": Tiyc Degenen, die verklaarden niet de middelen tot bioscoopbezoek te hebben, werden in hoofdzaak onder de 50-jarigen, de klassen" C en D en te Parijs. De Fransen, die de bioscoop bezoeken, zijn in hoofdzaak personen jonger dan 25 jaar, de klas sen B en C (7 van de Franse bevolking) en de bewoners van de grote steden. Het publiek van de „gemiddelde bioscoop" be staat voor 55 uit mannen en 45% uit vrouwen. voor 85 c/c uit personen onder de 50 jaar en voor 79 uit personen afkomstig uit de klassen B en C. De Fransman geeft per jaar tienmaal meer aan alcohol uit (30 liter) dan aan bioscoopbezoek, ter wijl de Fransen van 15 jaar en ouder met elkaar gemiddeld 18 maal per jaar naar de bioscoop gaan. De 64%. die verklaarden de bioscoop te bezoe ken, doen dit gemiddeld 29 keer per jaar. Over het algemeen gaan zij des winters tweemaal zo vaak als in de zomer, vooral in de departementen Seine-et-Oise, Seine-et-Marne. de kust van de Middellandse Zee en in het Oosten en Westen van Frankrijk. Van de tien Fransen gaan er twee ,,naar de bio scoop" en acht ,,een film zien". De personen in klasse A en in Parijs laten zich leiden door de recensies in de dagbladen, terwijl degenen die „meer dan 50 maal per jaar naar de bioscoop gaan alsmede de provincialen" zich oriënteren door middel van de foto's en de affiches. 66 van de ondervraagde bezoekers zien in de bioscoop slechts ontspanning en afleiding. Zij gaan er niet heen om er een avondcursus te vol gen. 44 zijn voorstanders van de kleurenfilm. 25% van de zwart-witfilm. Vier vijfde deel van de bezoekers geeft de voorkeur aan de nagesyn chroniseerde film. Twee derde deel is tevreden over de programmering en een derde deel niet. Een op de twee bezoekers houdt van een docu mentaire, van journaals en van tekenfilms. Over het algemeen is men van mening, dat deze films het voorprogramma aantrekkelijker moeten maken.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1954 | | pagina 21